categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen
Algemene informatie
Het mineraal columbiet is een ijzer-mangaan-tantalium-niobium-oxide, wat ook wel niobiet genoemd wordt. De massieve kristallen zijn zwart of bruin-zwart van kleur, en zijn ondoorzichtig. Uit het mineraal wordt het metaal niobium gewonnen. Het wordt ook aangeduid met de naam niobiet, niobiet-tantaliet en columbaat. Columbiet is een belangrijke bron van niobium. Het is tevens één van de bestanddelen van coltan.
.
.
.
Etymologie
Columbiet werd in de 17e eeuw vernoemd naar het land Colombia. Het mineraal werd ontdekt in Haddam (Connecticut, Verenigde Staten). In 1844wist de Duitse scheikundige Heinrich Rose aan te duiden dat het mineraal niobium en tantalium bevat.
.
.
Vindplaats
Columbiet wordt voornamelijk aangetroffen als secundair mineraal in of op pegmatieten. Columbiet wordt onder meer gevonden in Duitsland, Frankrijk, Scandinavië, Madagaskar en de Verenigde Staten.
Chemische eigenschappen
Het opake zwarte tot bruinzwarte columbiet heeft een orthorombisch kristalstelsel. De kristallen zijn meestal massief en granulair. Het breukvlak is subconchoïdaal en heeft een duidelijke splijting volgens het breukvlak [010]. De hardheid is 6 op de schaal van Mohs en de relatieve dichtheid bedraagt 6,3 g/cm³. Columbiet is noch magnetisch, noch radioactief.
samenstelling: (Fe,Mn)(Ta,Nb)2O6
hardheid: 6
dichtheid: 6,3
Columbiet | ||
![]() |
||
Mineraal | ||
Chemische formule | (Fe,Mn)(Ta,Nb)2O6 | |
Kleur | Zwart-bruin | |
Streepkleur | Bruinig zwart | |
Hardheid | 6 | |
Gemiddelde dichtheid | 6,3 g/cm3 | |
Glans | Submetallisch | |
Opaciteit | Opaak | |
Breuk | Subconchoïdaal | |
Splijting | [010] duidelijk | |
Habitus | Massief-granulair | |
Kristaloptiek | ||
Kristalstelsel | Orthorombisch | |
Ruimtegroep | Pcan | |
Eenheidscel | a = 5,746 Å b = 14,308 Å c = 5,075 Å |
|
Overige eigenschappen | ||
Vergelijkbare mineralen | tapioliet, tantaliet | |
Radioactiviteit | geen | |
Magnetisme | geen |