Category/categorie: Video
Who are the Nephilim? / Wie zijn de Nefilim?
preview en aankoop boek “De Openbaring “:
http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget
Entiteiten roepen een ziel om ze naar haar verdiende, positieve bestemming over te brengen
Pasteltekening van John Astria
Magnesiet is kleurloos, wit, geel, groen tot bruin. De steen is doorschijnend tot doorzichtig met een glasachtige glans. De steen kan, gepolijst, makkelijk verward worden met howliet. Magnesiet wordt soms turquoise geverfd als goedkope imitatie van turkoois. Het verschil tussen magnesiet en howliet is met het blote oog bijna niet te zien. De mineralen kunnen alleen betrouwbaar onderscheiden worden met behulp van een zuurtest waarbij mineraalpoeder voorzichtig in een verwarmde oplossing van 10% zoutzuur wordt gestrooid.
Magnesietpoeder ontwikkelt hierbij gasbelletjes en howliet veranderd in een gel-achtige massa. Uiterlijk is het enige verschil dat de aders in howliet eerder grijs zijn en in magnesiet meer bruin of zwart. Het verven van magnesiet maakt zijn energie of werking minder krachtig.
samenstelling: MgCO3
hardheid: 3,7-4,3
dichtheid: 3
Er zijn een aantal factoren die de waarde van een antiek juweel bepalen. Vooreerst is er het esthetisch aspect: een mooi, met vakmanschap uitgevoerd juweel heeft uiteraard een grotere waarde dan een juweel dat slordig werd gemaakt.
Ook speelt de zeldzaamheid van een juweel een rol om tot een waardebepaling te komen. Heeft u een juweel uit de oudheid waarvan er maar één meer bestaat, dan heeft u wellicht de jackpot gewonnen, zeker als het volgens de regels van de kunst gemaakt is. Laat het zeker schatten door een expert, die er u graag een correcte prijs voor zal geven.
mooie juewelen
Maar minstens even belangrijk als de leeftijd, de zeldzaamheid en het vakmanschap van de edelsmid is het gehalte van het juweel. Met gehaltes bedoelen we de mix van de verschillende metalen waarmee het juweel gemaakt werd. Voor juwelen geldt de minimale aanwezigheid van goud, zilver en platina of een mengeling van deze drie erg kostbare edelmetalen. Hoe meer en hoe zuiverder edelmetaal in het juweel, hoe hoger ook de prijs logischerwijze zal zijn.
De waarde van goud wordt in karaat uitgedrukt. Het uitgangspunt is simpel: 24 karaat (of 100%) noemen we zuiver goud, 14 karaat wil zeggen dat 14 van de 24 delen uit puur goud bestaat en dat de overige 10 delen gevormd worden door andere metalen of edelmetalen die aan het goud worden toegevoegd om de eigenschappen van het goud te beïnvloeden.
We denken hierbij aan de hardheid van het goud, dat een zacht metaal is, maar ook de kleur, uitzicht, elasticiteit en zo verder. Al deze verschillende factoren worden door de expert die het juweel maakt of die het moet verkopen of aankopen in ogenschouw genomen om de juiste prijssetting te doen.
Ook speelt de functie van het goud een rol.
Goud in een stevig sieraad zal wellicht meer andere metalen bevatten omdat daar de stevigheid van belang is. Goud in een veer in een uurwerk of een veer zal misschien meer puur goud bevatten omdat het dan elastisch kunnen moet zijn. Het is dus niet zo dat goud met een hoger karaat gehalte meer waard is dan een met minder karaat. Omwille van zijn zachtheid zal puur goud namelijk sneller verslijten dan goud waaraan ook andere metalen werd toegevoegd.
gouden armband
De goudlegeringen verschillen van land tot land zonder dat daar duidelijke regels over bestaan. Het kan afhangen van de vlotte toegankelijkheid tot goud, maar evengoed van plaatselijke voorkeuren om juwelen met een bepaalde vorm of kleur te maken. Hetzelfde kunnen we zeggen van zilver, dat andere oogverblindende edelmetaal dat bij het maken van juwelen zo vaak gebruikt wordt. Hier spelen zeker ook sentimentele redenen mee. Platina bijvoorbeeld komt dan weer bijna altijd in een erg hoge legering van 950/1000 voor.
Het mineraal aegirien is een natrium-ijzer- inocilicaat met de chemische formule NaFe3+(Si2O6). Het behoort tot de pyroxenen. Het groene, roodbruine of zwarte aegirien heeft een geel-grijze streepkleur, een glasglans en de splijting is duidelijk volgens onbekende kristalvlakken. De gemiddelde dichtheid is 3,52 en de hardheid is 6 tot 6,5. Het kristalstelsel is monoklien en het mineraal is niet radioactief.
Het mineraal aegirien is genoemd naar Aegir, de Teutoonse god van de zee.
Aegirien is een algemeen voorkomend pyroxeen dat voornamelijk in natriumrijke nefelien – syenieten gevormd wordt. De typelocaties zijn de Konsberg in Buskerud, Noorwegen en de Magnet Cove, Hot Spring County, Aekansas,VS. Het mineraal wordt ook gevonden op het Russische Kola schiereiland, in Quebec, Canada en Utah.
Goed te herkennen aan
de in een eindelingse, eenzijdige trosstaande groengele, klokvormige, knikkende bloemen met teruggeslagen franje-achtige kelkbladen, die soms rozerood verkleuren
Algemeen
Franjekelk is een overblijvende tuinplant uit Noord-Amerika, die in de Lage landen verwilderd voorkomt en wellicht ingeburgerd is.
Bloem
Ze bloeit in mei en juni met groengele bloemen, die in een eenzijdige tros aan het einde van de stengel staan. De bloemen vallen op door hun franje-achtige kelkbladen, die soms rozerood verkleuren. De 5 kelkbladen zijn vergroeid en vormen een opgeblazen, vijftandige kelk. De franje-achtige kelkbladen komen tussen de kelktanden naar buiten en buigen zich in de loop van de bloeitijd helemaal terug.
Blad
De behaarde bladeren zijn in omtrek nagenoeg rond. Ze hebben een hartvormige voet. De rand is gelobd en getand. De onderste bladeren vormen een rozet en zijn lang gesteeld. De stengelbladeren zijn korter gesteeld. Naar boven toe worden de stelen korter; de bovenste bladeren zijn zittend.
Algemeen
– steenbreekfamilie (Saxifragaceae)
– overblijvend
– verwilderd, wellicht ingeburgerd
– 30 tot 75 cm
Bloem
– groengeel, soms rozerood verkleurend
– mei en juni
– eenzijdig, aarvormige tros
– klokvormig
– tot 1 cm
– 5 kroonbladen, vergroeid
– 5 kelkbladen, vergroeid
– 10 meeldraden
– 2 of 3 stijlen
Blad
– rozet en stengelbladeren
– enkelvoudig
– in omtrek nagenoeg rond
– top spits
– rand gelobd en getand
– voet hartvormig
– handnervig
– behaard
Stengel
– rechtop
– behaard
– rolrond
– groen tot roodbruin
zie wilde bloemen
Goed te herkennen aan
– de 5-tallige, gele, glanzende, vrij kleine boterbloemen en
– de enkelvoudige, langwerpige tot lijnvormige bladeren
Algemeen
Egelboterbloem is overblijvende plant van 10 tot 45 cm hoog, soms tot 70 cm. Ze groeit op natte, matig voedselrijke grond in graslanden, trilvenen, op kapvlakten, langs bospaden en vennen. Ze is zeer algemeen voorkomend.
Bloem
Egelboterbloem bloeit vanaf juni tot en met oktober met licht goudgele, glanzende, 5-tallige bloemen, die je direct herkent als boterbloemen. Ze zijn een stuk kleiner dan de bloemen van grote boterbloem en tonen ieler dan de bloemen van de scherpe boterbloem; de kroonbladen zijn smaller en vallen nauwelijks over elkaar heen. De kelkbladen zijn behaard, groengeel en staan vaak iets van de kroon af.
scherpe boterbloem
Blad en stengel
Jonge, niet bloeiende planten bestaan uit een rozet van lang gesteelde, driehoekige, gekartelde bladeren met afgeronde voet. Vanuit het rozet groeien opstijgende of liggende stengels, die eindigen in een bloeiwijze van een paar alleenstaande bloemen. De liggende stengels wortelen vaak op de onderste knopen, waar nieuwe rozetten gevormd worden. Als de plant bloeit zijn de rozetbladeren inmiddels afgestorven. Later vormt de plant opnieuw een rozet maar dan van elliptische bladeren met een wigvormige voet. De stengelbladeren van bloeiende planten zijn verwijderd en ondiep getand of hebben een gave rand.
Algemeen
– ranonkelfamilie (Ranunculaceae)
– overblijvend
– zeer algemeen tot zeldzaam
– 10 tot 45 (70) cm
Bloem
– licht goudgeel
– vanaf juni t/m oktober
– gesteeld alleenstaand
– 5 tot 15 (20) mm
– stervormig
– 5 kroonbladen, niet vergroeid
– 5 kelkbladen, behaard
– meer dan 20 meeldraden
– meer dan 20 stijlen
Blad
– verspreid
– enkelvoudig
– langwerpig tot lijnvormig
– top spits
– rand ondiep getand of bijna gaaf
– voet wigvormig of afgerond
– kromnervig
Stengel
– rechtop, opstijgend of liggend
– glad en kaal
zie wilde bloemen
Goed te herkennen aan
– de lange, soms bovenaan vertakte stengels en
– de geurende zachtroze tot witte bloemschermen en
– de bladeren, die allemaal geveerd zijn met 9 – 21 paar blaadjes
Algemeen
Echte valeriaan is een zeer algemeen voorkomende overblijvende plant. Ze heeft veel vocht nodig. Ze groeit op natte tot vochtige, voedselrijke grond aan waterkanten, in grienden en moerasbossen, in ruige graslanden, op kapvlakten en in de duinen. Zodra ze geplukt wordt, gaat ze hangen. Ze wordt 60 tot 120 cm hoog.
Bloem
Echte valeriaan bloeit in juni en juli. De bloemen zijn zachtroze tot wit en staan in een schermachtige bloeiwijze aan het einde van de stengel. Bloemen in de knop zijn roze. De meeldraden en stijl steken buiten de bloem.
Stengel
De stengels zijn, als ze vertakt zijn, alleen bovenaan vertakt.
Toepassingen
Echte valeriaan wordt gebruikt in de homeopatie en fytotherapie. De wortel bevat vluchtige olie en valepotriaten, die een zeer effectieve kalmerende werking hebben. Echte valeriaan kan gebruikt worden tegen nervositeit, stress, slapeloosheid en examenvrees. Het is een mild en doeltreffend plantaardig middel zonder gewenning of versuffing.
Vergelijkbare soort
Kleine valeriaan, tot 40 cm hoog, onderste bladeren ongedeeld en lang gesteeld, tweehuizig (dus mannelijke en vrouwelijke bloemen op aparte planten), staat op de rode lijst.
Algemeen
– kamperfoeliefamilie (Caprifoliaceae)
– overblijvend
– zeer algemeen tot vrij zeldzaam
– 60 tot 120 cm
Bloem
– roze, wit
– juni en juli
– bijscherm
– buisvormig
– 2,5 tot 5 mm
– 5 kroonbladen, vergroeid
– 5 kelkbladen
– 3 meeldraden
– 1 stijl
Blad
– tegenoverstaand
– samengesteld
– oneven geveerd
– top spits
– onderste deelblaadjes rand gezaagd
– bovenste deelblaadjes rand gaaf
– netnervig
– onderste gesteeld, bovenste zittend
Stengel
– rechtop
– soms bovenaan vertakt
– gegroefd
– onderaan verspreid behaard
zie wilde bloemen