Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video
.
.
Jeremiah 6-8 • Be warned, Jerusalem
.
Jeremia 6-8 . Wees gewaarschuwd, Jeruzalem
.
Paul LeBoutillier
.
.
.
.
.
.
.
.
De omtrek van je taille mag niet meer zijn dan de helft van je lengte. Dán heb je een gezond gewicht, zeggen Britse wetenschappers. Hoe langer de riem om je middel, hoe meer jaren je van je leven (letterlijk) afsnoept.
Gooi je weegschaal weg en vergeet die ingewikkelde berekeningen: volgens nieuw Brits onderzoek is een lintmeter al wat je nodig hebt om te weten of je een gezond gewicht hebt. Dat schrijft The Sunday Times, dat een onderzoek van de City University London kon inkijken.
De onderzoekers baseren hun conclusies op twintig jaar Britse medische gegevens. Volgens co-auteur Margaret Ashwell is het bewijs voor het verband tussen taille en lengte zo sterk dat de nieuwe formule de standaard zou moeten worden voor de berekening van een gezond gewicht.
‘Mensen leven in valse hoop als ze rekenen op hun BMI. De omtrek van het middel geeft ons een veel correctere berekening. Is die omtrek de helft of minder dan de helft van je lengte, dan zit je goed.’ Volgens de onderzoekster geldt de regel voor iedereen, ongeacht leeftijd, geslacht of afkomst.
Het ‘middel’ definiëren de onderzoekers als het smalste punt halfweg de onderste rib en het heupbeen, op voorwaarde dat je je adem niet inhoudt. Uit hun berekeningen blijkt dat het middel van een gemiddelde 30-jarige man van 178 centimeter, niet dikker mag zijn dan 89 centimeter.
Wanneer de omtrek oploopt tot 107 centimeter (dus 60 procent van zijn lengte) verliest die persoon 1,7 jaar van zijn leven. Laat hij zijn taille aanzwellen tot 142 centimeter, dan kan hij zelfs twintig jaar vroeger sterven. Dat zijn natuurlijk de meest extreme cijfers, want van die leeftijdsgroep is maar 0,2 procent zo zwaarlijvig.
Een gemiddelde vrouw van 30 met een lengte van 162, 5 centimeter, moet al oppassen als de omtrek van haar taille oploopt tot 97,5 centimeter. Als haar taille-omtrek de 130 centimeter nadert, verliest ze tien jaar van haar leven.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
In augustus en september wordt er volop geoogst en geplukt. Wie slim is kijkt vooruit en vriest verse groenten en fruit in om er ook later nog van te kunnen genieten. De voedingswaarde van diepgevroren groenten en fruit is vergelijkbaar met die van verse producten, op voorwaarde dat de voedingsmiddelen correct worden ingevroren.
.
.
.
.
.
– Invriezen moet zo snel mogelijk en op een zo laag mogelijke temperatuur gebeuren, namelijk bij -24°C. De bewaartemperatuur in de diepvriezer bedraagt -18°C.
Bij sommige diepvriezers kan de capaciteit tijdelijk worden verhoogd om het invriezen te versnellen. Controleer of uw naar behoren werkt. Leg een thermometer in het vriesvak en kijk de temperatuur na.
– Ga uit van verse producten van eerste kwaliteit.
– Blancheer verse groenten voor ze in de diepvriezer gaan. Dit om het verlies aan vitaminen en kleur onder invloed van de inwerking van enzymen te beperken. Dompel het voedsel een tweetal minuten in kokend water onder om de aanwezige enzymen te inactiveren. Spoel ze vervolgens kort met koud water af om het kookproces stop te zetten en verdere verslapping van het weefsel tegen te gaan.
– Groenten zijn beter bestand tegen invriezen dan vruchten, temeer omdat we ze in het algemeen na ontdooiing door middel van koken zachter maken. Fruit eten we liever stevig en ongekookt. Vruchten worden daarom zelden geblancheerd. De door enzymen veroorzaakte bruine verkleuring van ingevroren vruchten kan worden voorkomen door ze onder te dompelen in een suikeroplossing en/of ze met ascorbinezuur (vitamine C) te behandelen.
– Koel warme producten snel af voordat u ze in de vriezer plaatst (bijvoorbeeld door de pan/schaal in een bak met ijs te zetten).
– Gebruik geschikt verpakkingsmateriaal.
– Ga hygiënisch te werk.
– Maak kleine, platte pakketjes met zo weinig mogelijk lucht (maximaal 1 kg). Zo kan de koude sneller tot de kern doordringen en wordt ook vriesbrand vermeden. Vriesbrand ontstaat door verdamping van ijskristallen aan het oppervlak. Hierdoor worden zowel de structuur als de smaak van het product aangetast.
– Vries geen te grote hoeveelheden in één keer in.
– Voorzie elk diepvriespakje van een datum.
– Geblancheerde groenten bewaren 8 tot 9 maanden.
– Vries producten die al eerder bevroren zijn geweest, nooit opnieuw in. Hierdoor gaat de kwaliteit sterk achteruit en neemt de kans op een voedselvergiftiging toe.
.
.
.
.
.
.
De 7 stralen vormen 7 kosmische sferen van het licht rondom de Grote Centrale Zon. Deze 7 sferen zijn de verzamelplaatsen van de universele informatie van positief karma, de positieve ervaringen afkomstig van alle levende wezens in de Kosmos. Op het moment dat de ziel geboren wordt in de witte vuurkern van de Grote Centrale Zon krijgt ze ruim de tijd de vibraties van de 7 sferen van het Goddelijk bewustzijn in zich op te nemen.
De ziel vormt dan rondom haar eigen witte vuurkern, haar causale lichaam die uit 7 sferen bestaat (dit is de exact hetzelfde formatie als de Grote Centrale Zon). In iedere sfeer van het causale lichaam ligt een bepaald talent van de ziel opgeborgen die ze in haar reïncarnaties gaat ontdekken, ontwikkelen en toepassen voor het vervullen van haar persoonlijke Goddelijke opdracht.
Iedere ziel krijgt de kans het Pad van alle 7 stralen te bewandelen in haar vele levens. Iedere keer als de ziel goed karma maakt stijgt de energie van haar positieve ervaring naar een van de 7 sferen. Op die manier groeit ieder persoonlijke causale lichaam naarmate de ziel zich op haar pad van zelf bewustwording bevordert.
Als de ziel haar tijd doorbrengt in de materie, behaalt ze stap voor stap meesterschap over alle 7 stralen van het Goddelijke bewustzijn. Uiteindelijk mag de ziel haar vrije keus maken welke straal de hoofdstraal van haar persoonlijke ontwikkeling zal worden.
In de vibraties van deze hoofdstraal wordt ze gedisciplineerd en voorbereid om haar Hemelvaart te behalen. Tijdens het proces van inwijding in het Meesterschap van de hoofdstraal en op het hele traject van spirituele Pad van discipelschap wordt de ziel in contact gebracht met de chohan ofwel de Heer van de gekozen straal. De Chohan van de straal is een opgevaren meester die als een geestelijk hoofd over de hiërarchie van de desbetreffende straal voor de hele planeet dient.
De chohan werkt samen met adepten van dezelfde straal, dat zijn de gevorderden leerlingen van de hoofdmeester. Iedere straal wordt ondersteund door de legioenen van de engelen die samen met de chohan en zijn leerlingen op dezelfde straal dienen. De ziel die aan de eisen voor de Hemelvaart voldoet, krijgt persoonlijke begeleiding en correctie van een chohan, adepten en engelen van haar gekozen straal in voorbereiding van haar ritueel van de Hemelvaart.
Deze training stimuleert de ziel haar zelfdiscipline, zelfbeheersing, zelfcontrole te ontwikkelen en haar zelfstudie te verrichten. Nadat het heilige ritueel van de Hemelvaart plaats heeft gevonden wordt de ziel een opgevaren meester van de straal van haar keuze.
Uiteraard heb je als ouder de laatste stem in wat voor kleding je kind draagt. Ook het budget wat je beschikbaar hebt, speelt een belangrijke rol. Al heb je iets minder te besteden, dan nog kan je kind gekleed gaan naar de laatste modetrends. Als je zelf handig bent met een naaimachine, kun je zelf de kleding maken. Of misschien woont er wel iemand in de buurt die je kan helpen met het maken van kleding.
Skinny jeans zijn nog steeds populair en, naast rokjes, een musthave in de kledingkast van meisjes. Ze zijn ook verkrijgbaar met prints en in allerlei hippe kleuren. Met een skinny jeans kun je heel veel basisstukken combineren. Blazers zijn ook populair. Qua kleuren zijn dit najaar bordeauxrood, marineblauw, legergroen en okergeel in de mode.
Draagt je dochter graag rokjes of jurkjes, dan kan dit prima gecombineerd worden met leuke maillots en laarzen. De mode voor de jongens is dit najaar lekker sportief en stoer. Jacks of truien met ritsen zijn heerlijk om te dragen tijdens de donkere dagen. Ook heel leuk bij jongens zijn de shirts met een grote print er op.
Dat is de bovenkleding. Ook schoenen zijn onderhevig aan de mode. Zowel jongens als meisjes kunnen dit najaar kiezen uit veel sportieve kinderschoenen. De sneakers hebben vrolijke kleuren en prints en zijn verkrijgbaar in zowel een laag model als een halfhoog model (net over de enkel).
Voor meisjes zijn er natuurlijk ook nog de laarzen en de enkellaarsjes verkrijgbaar. Enkellaarsjes kun je zowel onder een rok of jurk dragen, draag je ze onder een skinny jeans dan krijg je een stoere eigentijdse look.
De heer Meyer, cultureel attaché van de Duitse Bondrepubliek, opende het woord de ontvangstzaal naast de attractie de Fata Morgana, met een prachtige sterrenhemel. Roodkapje, de wolf en Sneeuwwitje stonden klaar om de genodigde pers en sprookjesliefhebbers naar hun plaats te begeleiden.
.
De Efteling in Kaatsheuvel
.
Vervolgens nam Olaf Vugts, directeur Imagineering van de Efteling het woord. “We hebben een nieuwe paus gekregen, we krijgen een nieuwe koning en we hebben een nieuwe keizer.” Daarmee doelde hij op de weergave van een nieuw sprookje in het sprookjesbos ‘de nieuwe kleren van de keizer’.
Maar het verhaal over die keizer werd opgetekend door Hans Christian Andersen (1805-1857) in 1837, de Deense sprookjesschrijver. Vandaag waren we hier bijeen gekomen om juist die andere sprookjesvertellers te herdenken: de gebroeders Grimm.
Olaf Vugts vervolgde zijn introductie met de woorden “Wat we u verkopen is een jeugdherinnering”. Door de dag heen waren er verschillende sprekers die inspeelden op deze jeugdherinnering en zij beargumenteerden hoe sprookjes zich ontwikkelden in de loop van de 19e, 20e eeuw en 21e eeuw.
.
De mannen die centraal stonden waren de zoons van advocaat Philipp Wilhelm Grimm en diens vrouw Dorothea Grimm. Jacob was de eerste zoon en werd geboren op 4 januari 1785. Wilhelm Karl Grimm zag iets meer dan een jaar later, op 24 februari 1786, het levenslicht. Al op jonge leeftijd waren de twee broers onafscheidelijk, wat ze de rest van hun leven bleven.
Beiden gingen studeren aan de universiteit van Marburg, sliepen samen op één kamer en deelden al hun boeken. Na hun afstuderen kregen Jacob en Wilhelm een betrekking in de universiteitsbibliotheek van Kassel, waar de twee zich onder andere bezighielden met het verzamelen en de bestudering van Duitse literatuur.
.
.
Vanaf 1806 legden de broers zich toe op het verzamelen van sprookjes en sagen. Ze vergeleken verschillende varianten van de mondelinge en schriftelijk overgeleverde verhalen en publiceerden de uitkomst in 1812 onder de titel Kinder- und Hausmärchen. Het was een verzameling van 201 sprookjes en 10 kinderlegenden. Om tot dit werk te komen moesten de gebroeders echter een paar keuzes maken.
De volksvertellingen waar zij zich op baseerden waren van oorsprong vaak harde en gruwelijke verhalen. Bijvoorbeeld het verhaal over Roodkapje dat eerder door Charles Perrault (1628-1703) was opgetekend, kende een heel ander karakter dan het verhaal dat wij heden ten dagen kennen.
Zo kwam Roodkapje in deze versie ´naakt in het bed bij de wolf liggen´, werd zij aan het einde van het verhaal ´opgegeten´ en was het moraal van dit verhaal ´dat kleine meisjes moesten oppassen voor wolven`?
..
.
Tot aan de 19e eeuw waren sprookjes dan ook bedoeld voor volwassenen, maar met de optekening door de gebroeders Grimm verschoof de doelgroep naar kinderen en hun ouders. Tijdens het symposium werd door de sprekers duidelijk gemaakt wat de kern van de sprookjes was: volksvertellingen die meedeinen op de tred van de tijd. Zo pasten de gebroeders Grimm de sprookjes aan de 19e eeuw aan.
De kern elementen die oorspronkelijk de sprookjes sierden: seksualiteit, wreedheid en geweld, werden niet meer geschikt geacht voor tere kinderzieltjes. Zo werd de jaloerse moeder in het sprookje ‘sneeuwwitje’ door de gebroeders Grimm veranderd in een ‘stiefmoeder’, waardoor het sprookje acceptabel werd voor een breder publiek, en werd Roodkapje aan het einde van dit sprookje gered.
.
.
.
Nadat de gebroeders de Hausmärchen hadden geschreven, begonnen zij aan het opstellen van Das Deutsche Wörterbuch, een project dat pas in 1961 voltooid werd. In 1822 ontdekte Jacob de ‘Wet van Grimm’, die betrekking heeft op de eerste klankverschuiving die het Germaans onderscheid van de Proto-Indo-Europese taal.
Vanwege zijn grote rol in de bestudering van de oorsprong van de Germaanse taal en cultuur raakte Jacob verder ook betrokken bij het politieke proces van de Duitse eenwording. Zo kreeg hij in 1848 zitting in het revolutionaire Frankfurter Parlement, dat tevergeefs probeerde van Duitsland een eenheidsstaat te maken.
Wilhelm Grimm overleed op 16 december 1859, Jacob op 20 september 1863. Tegenwoordig zijn de gebroeders Grimm, naast hun politieke en taalkundige verdiensten, met name bekend door hun sprookjesboek dat zij in hun jonge jaren uitgaven.
.
.
.
De gebroeders Grimm maakten de sprookjes dus toegankelijk voor een breder publiek. In de afgelopen 200 jaar zijn echter ook de sprookjes van Grimm sterk geëvolueerd. In de verschillende edities van Kinder- und Hausmärchen kwamen in de loop van de tijd verschillende verhalen te vervallen en werden andere verhalen toegevoegd en soms ook aangepast.
De sprookjes van Grimm verschenen in 1820 voor het eerst in Nederland onder de titel Sprookjes-Boek voor Kinderen. “Opvallend is dat de vertaalde sprookjes aanvankelijk niet succesvol waren in Nederland en dat het boek zelfs op weerstand stuitte”, vertelde literatuurwetenschapper Vanessa Joosen.
“In 1820, toen de eerste vertaling verscheen, bestond in Nederland geen sterke romantische traditie en volksliteratuur vond men nog niet interessant.” Kinderen in Nederland moesten met name ‘nuttige literatuur’ lezen over de werkelijkheid, en de toch nog gruwelijke sprookjes, die zich afspeelden in de fantasiewereld, pasten niet in dit opvoedingsbeeld.
.
.
.
Roodkapje
.
.
De sprookjes die voor deze eerste Nederlandse uitgave waren geselecteerd bevatten van de moderne populaire sprookjes als Roodkapje, Sneeuwwitje en de Kikkerkoning, slechts één variant. Aan deze romantische vertellingen werd voorbijgegaan ten gunste van tegenwoordig minder populaire en harde verhalen, en de vertaling was slecht, waardoor de sprookjes lange tijd geen populariteit in Nederland genoten.
Hier kwam pas verandering in nadat er een bundel van Hans Christian Andersen in Nederland werd gepubliceerd, die volgens Joosen ‘minder grove en boerse vertellingen en juist meer romantische sprookjes dan de eerste Nederlandse publicatie van Grimm bevatte’. Een nieuwe bundel van de gebroeders Grimm werd uitgebracht en eind 19e eeuw kenden de sprookjes ook in Nederland een opleving.
.
.
Sprookjes maakten in de eerste helft van de 20e eeuw een ware revolutie door, onder andere in de eerste film van Disney in 1937: Snow White and the seven dwarfs, waarin de dwergen voor het eerst namen kregen en Sneeuwwitje de rol als moeder en huisvrouw op zich nam. In Nederland wordt de opleving van sprookjes nog het beste verbeeld in de totstandkoming van de Efteling.
In de jaren ’30 van de 20e eeuw werd ten zuiden van Kaatsheuvel een sportpark aangelegd. In 1950 richtten de burgemeester van gemeente Loon op Zand, kunstenaar Anton Pieck en cineast Peter Reijnders de Stichting Natuurpark de Efteling op. Anton Pieck tekende de ontwerpen en Peter Reijnders bracht deze technisch tot leven. De doelgroep van deze verbeelding van de sprookjes werd eens te meer ‘het kind en de ouder’.
.
Disney : Snow White and the seven dwarfs
.
.
De Efteling opende haar deuren op 31 mei 1952, destijds als speeltuin met een Sprookjestuin. Bij de opening waren er tien sprookjes te vinden, waaronder het Kasteel van Doornroosje, Langnek, de Put van Vrouw Holle, de grot van Sneeuwwitje en de Kikkerkoning. Al snel kwamen daar nieuwe sprookjes bij, zoals Hans en Grietje (1955) en Roodkapje (1960).
Sinds de oprichting heeft de Efteling tal van sprookjes in kleur, klank en beweging een plekje in het park gegeven. Inmiddels staan 15 sprookjes van de gebroeders Grimm uitgebeeld in het Sprookjesbos van de 28 verbeeldde sprookjes.
.
.
Roodkapje in de Efteling
.
.
.
Vanessa Joosen is van mening dat de sprookjes in de loop van de 20e eeuw steeds meer verkleuterden om de tere kinderzieltjes te sparen. Wat uit deze dag in ieder geval duidelijk werd is dat sprookjes een spiegel zijn van de moderne maatschappij, verweven in de eeuwenoude verhalen. In de 21e eeuw kenden de sprookjes opnieuw een opleving.
Deze keer in het grote aantal speelfilms en series met het sprookje als uitgangspunt. Voorbeelden hiervan zijn: Red riding hood, Snowwhite and the Huntsman, Mirror Mirror, Shrek, Ever After, Tangled (Rapunzel) en Hansel and Gretel: Witch Hunters.
Theo Meder, onderzoeker bij het Meertens Instituut, beargumenteerde dat ‘de oude motieven van ‘seksualiteit en geweld’ die in de 18e eeuw nog verweven zaten in de sprookjes nu weer terug zijn gekomen’. Sprookjes worden hierdoor weer aanlokkelijk voor jongvolwassenen.
Daarnaast ziet hij de moderne maatschappij doorschemeren in een nieuw fenomeen: de prinses als daadkrachtig en heldhaftig personage, die goed voor zichzelf kan zorgen.
.
.
Grimm sprookjes – Efteling
.
..
.
De sprookjes van Grimm behoren inmiddels tot het werelderfgoed en zijn in meer dan 170 talen vertaald. Ter gelegenheid van de belangrijke rol van de gebroeders Grimm werd op 14 maart 2013 een beeldje van Jacob en Wilhelm Grimm in het sprookjesbos onthuld. “Als symbolische ode aan de inspanning die de Efteling al 60 jaar aan de dag legt om het cultuurerfgoed sprookjes levend te houden”.
De sculptuur is een blijk van waardering van de Deutsche Grimmgesellschaft, een internationale, wetenschappelijke vereniging die de nalatenschap van de gebroeders Grimm beheert, en is mede mogelijk gemaakt door de steun van Grimm Heimat NordHessen.
.
.
.