Category, categorie: Religion, religie-video
The 7 Raptures in the Bible
De 7 Opnames in de hemel in de Bijbel
Robert Breaker
.
.
.
.
Op 1000 mannen die kiezen voor deze prostaatkankerscreening zijn er vermoedelijk 2 die binnen de 15 jaar een overlijden door prostaatkanker vermijden. Maar door voor een opsporing te kiezen worden veel mannen geconfronteerd met een kanker waar ze anders nooit of pas veel later last zouden van hebben.
Prostaatkanker evolueert immers meestal zeer traag. En de behandelingen die volgen op een diagnose kunnen zorgen voor ernstige complicaties, zoals incontinentie en impotentie.
.
.
.
Hoewel prostaatkanker bij Belgische mannen de vaakst vastgestelde kanker is, overlijdt minder dan 4% van de mannen eraan. Dat komt omdat prostaatkanker meestal zeer traag evolueert. In de helft van de gevallen wordt hij slechts na de leeftijd van 75 jaar vastgesteld. Zo hebben van de 80-plussers hebben meer dan 4 mannen op 10 prostaatkanker, zonder enig symptoom. Bij actieve opsporing waren deze mannen nodeloos behandeld geweest, met alle hinderlijke bijwerkingen.
.
.
.
Geschat wordt dat binnen de 15 jaar na de screening van 1000 mannen tussen 55 en 69 jaar, ongeveer 2 mannen minder zullen sterven aan prostaatkanker.
.
.
.
De PSA-test is niet 100% betrouwbaar. Prostaatkanker kan gepaard gaan met een verhoging van het PSA-gehalte (prostaat-specifiek antigeen) in het bloed. Een abnormaal PSA-testresultaat wijst echter niet altijd op prostaatkanker. Andersom is prostaatkanker ook mogelijk bij een normaal, niet-verhoogd, PSA-testresultaat. Dit betekent dat mannen zich ten onrechte bezorgd of opgelucht kunnen voelen.
De praktijkrichtlijnen raden systematische PSA-screening van alle mannen niet aan, en de PSA-test wordt in dat geval ook niet meer terugbetaald. Dit belet mannen echter niet om toch om de test te vragen. In dat geval is het de rol van de arts om hem goed te informeren over de voor-en nadelen en de onzekerheden die er mee gepaard gaan, zodat hij een weloverwogen keuze kan maken, toch een fundamenteel patiëntenrecht.
.
.
.
.
.
Meer testen leidt zeker tot meer invasieve behandelingen (biopsie, chirurgie, radiotherapie), met de gekende complicaties van impotentie en incontinentie, terwijl deze behandelingen niet altijd iets wezenlijks veranderen aan de levensduur van de patiënt.
Door screening worden kleine prostaatkankers gemiddeld 7 jaar eerder ontdekt dan wanneer er geen opsporing zou plaatsvinden. Dit betekent dat de man vroeger in zijn leven als “kankerpatiënt” wordt beschouwd. Hierdoor leven patiënten dus langer met de nadelen en de nasleep van de behandelingen dan patiënten die pas na klachten worden gediagnosticeerd en behandeld.
Daarnaast worden bij ongeveer 25 van de 1000 gescreende mannen tumoren opgespoord die heel langzaam groeien en die zonder opsporing tijdens de rest van het leven bij de grote meerderheid nooit problemen zouden gegeven hebben. Zonder screening zou deze man nooit “kankerpatiënt” zijn geweest, en nu wel.
.
.
.
Om mannen te helpen bij een beslissing om zich al dan niet te laten testen, ontwikkelden LUCAS KU Leuven in opdracht van de Vlaamse Liga tegen Kanker (VLK), en het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) elk een hulpmiddel om hen goed geïnformeerd een beslissing te helpen nemen.
Laat je je als man testen en kies je daardoor voor een iets betere overlevingskans en neem je er de aanzienlijke risico’s op nutteloze behandelingen en vervelende bijwerkingen bij? Of laat je je niet testen, met een kleine kans dat je een behandelbare kanker zal missen, maar zonder risico op een nutteloze behandeling?
De nieuw ontwikkelde hulpmiddelen geven geen pasklaar antwoord op deze vraag, maar ze helpen elke man wel om op een beter geïnformeerde manier zelf of in overleg met zijn arts een keuze te maken die het best aansluit bij zijn waarden en voorkeuren.
• Deze beslissingshulp is bedoeld voor mannen die:
– 50 tot 75 jaar oud zijn,
– een goede gezondheid hebben
– en een weloverwogen keuze willen maken over vroegtijdige opsporing van prostaatkanker.
• Als uw vader of broer(s) ooit de diagnose van prostaatkanker kregen, zijn de cijfers op deze website niet van toepassing op u. Raadpleeg uw arts indien u vragen heeft over opsporing van prostaatkanker.
• Vroegtijdige opsporing van prostaatkanker is niet geschikt voor mannen die ouder zijn dan 75 jaar en/of een slechte gezondheid hebben.
– Deze mannen zullen waarschijnlijk niet sterven aan hun prostaatkanker of hier ernstige klachten van ondervinden.
.
.
.
Vaak gestelde vragen | Indien u wel een PSA test laat doen | Indien u geen PSA test laat doen |
Wat zijn de belangrijkste voordelen? | Van alle 100 prostaatkankers die aan het licht komen zijn er 34 agressief (34%). Bij deze kankers kan vroegtijdige behandeling voordelig zijn. Zo voorkomt een vroege behandeling voor 3 op 100 mannen met prostaatkanker (3%) dat ze sterven aan de ziekte. Voor 8 op 100 mannen met prostaatkanker (8%) voorkomt vroege behandeling dat de kanker zich naar andere delen van het lichaam verspreidt. | Een verhoogde PSA waarde wijst niet altijd op prostaatkanker. Of dit zo is gaat men na met een biopsie. Indien u de PSA test niet laat doen, dan vermijdt u de risico’s van een biopsie. Ook vermijdt u de risico’s verbonden aan de behandeling van een vorm van prostaatkanker die geen behandeling vereist. |
Heb ik dan minder kans om te sterven aan prostaatkanker? | Waarschijnlijk niet. Door in een vroeg stadium te testen kan bij minder dan 1 klachtenvrije man op 100 (0,2%) voorkomen worden dat hij aan prostaatkanker sterft. | Neen. |
Als mijn PSA waarde hoog is, heb ik dan zeker prostaatkanker? | Neen: 76 op 100 mannen (76%) met een hoge PSA waarde hebben geen prostaatkanker. Of dit zo is, wordt onderzocht met een biopsie. | Als u ervoor kiest om zich niet te laten testen, zult u uw PSA waarde niet kennen. |
Als mijn PSA waarde laag is, heb ik dan zeker geen prostaatkanker? | Neen: Minder dan ŽŽn man op 100 (0,5%) met een normale PSA waarde heeft toch prostaatkanker. | In dit geval zult u uw PSA waarde niet kennen. |
Welke zijn de voornaamste nadelen? | Op 100 prostaatkankers zijn er 66 (66%) die zo traag groeien dat ze zonder behandeling geen problemen zouden veroorzaken. Voor deze kankers is behandeling niet nodig, maar het is moeilijk vooraf te zeggen of dit zo’n kanker is. Testen kan dus onnodige behandeling uitlokken. Hiernaast kan de PSA test laten doen leiden tot ongerustheid en twijfel over volgende keuzes. | Het risico bestaat dat een agressieve prostaatkanker niet vroegtijdig wordt ontdekt. Ook als u zich niet laat testen kunt u ongerust zijn en twijfelen. |
Welke nadelen brengt een prostaatbiopsie met zich mee? | Na de biopsie kan een man te kampen krijgen met onder meer bloed in de urine (langer dan drie dagen bij ongeveer 25 op 100 mannen, 25%) of pijn (bij ongeveer 5 op 100 mannen, 5%). Meer ernstige neveneffecten zoals infectie komen minder vaak voor. | Deze risico’s worden vermeden als u zich niet laat testen. Immers, enkel bij een verdachte PSA-waarde wordt een biopsie gedaan. |
Wat zijn de risico’s van een behandeling voor prostaatkanker | Dit hangt af van het type behandeling. Neveneffecten op lange termijn zijn bv. erectieproblemen (bij 40 tot 58 op 100 mannen; ±40-58%), urineverlies (na operatie bij ongeveer 32 op 100 mannen; ±32%) en darmklachten (na bestraling bij ongeveer 25 op 100 mannen ±25%). Een man kan er samen met zijn arts ook voor kiezen om zich niet meteen te laten behandelen. | Als u zich niet laat testen is het minder waarschijnlijk dat u vroegtijdig behandeld wordt voor prostaatkanker. |
.
.
.
.
.
.
.
.
Appelen blijven zoals alle andere fruitsoorten ook na de oogst fysiologisch actief. De processen die eigen zijn aan levend materiaal blijven doorgaan. Een van de meest belangrijke processen is de ademhaling. Door de ademhaling wordt zuurstof (O2) verbruikt en worden koolstofdioxide (CO2) en energie geproduceerd. Een deel van de geproduceerde energie wordt vastgelegd in organische verbindingen die nodig zijn om de vrucht in stand te houden. Een ander deel wordt omgezet in warmte.
.
.
.
.
.
Fruitsoorten die een hoge ademhalingssnelheid hebben zijn relatief snel bederfbaar. Producten met een lage ademhalingssnelheid kunnen beter of over relatief langere periodes worden bewaard. Herfstappelen (plukklaar in september) hebben een relatief lage ademhalingssnelheid. Dit verklaart waarom deze appelen ook in grootmoeders tijd redelijk lang konden worden bewaard en gegeten.
Zomerappelen (plukklaar in augustus) hebben een snellere ademhaling en zijn dus minder geschikt voor bewaring. Appelen behoren bovendien tot de groep van de climacterische fruitsoorten. Climacterische fruitsoorten vertonen tijdens de rijping een typische stijging van de ademhalingssnelheid die min of meer samenvalt met opvallende veranderingen in kleur, aroma en textuur die aangeven dat de vrucht rijp is.
Alle groentesoorten maar ook verschillende fruitsoorten zijn niet-climacterisch. De rijping van niet-climacterisch fruit verloopt langzamer. De aanwezigheid van ethyleen, het rijpingshormoon voor vruchten, versnelt ten slotte op zijn beurt eveneens de rijping waardoor climacterische fruitsoorten sneller het climacterisch maximum bereiken. Ethyleen wordt door de appel zelf geproduceerd. Zomerappelen produceren meer ethyleen en rijpen bijgevolg sneller dan herfstappelen die minder ethyleen produceren.
.
.
.
.
Door de bewaaromstandigheden aan te passen kan de ademhalingssnelheid van fruit worden vertraagd, de ethyleenproductie worden verminderd en de bewaringsperiode worden verlengd. De ademhalingssnelheid en de productie van ethyleen kunnen worden beïnvloed door aanpassing van de temperatuur, de luchtsamenstelling en de luchtvochtigheid.
De bewaring van appelen in grote koelcellen onder gecontroleerde atmosfeer steunt op dit principe. Appelen die over grote afstanden moeten worden getransporteerd worden eveneens gekoeld en onder gecontroleerde atmosfeer vervoerd.
Om de ademhaling voldoende te vertragen wordt de temperatuur verlaagd tot maximum 5°C. Te lage temperaturen moeten worden vermeden omdat dan ‘chilling’-schade kan optreden (bijvoorbeeld interne bruinverkleuringen).
De gassamenstelling van lucht bestaat onder normale omstandigheden voor ongeveer 78 % uit stikstof (N2), voor 21 % uit zuurstof (O2) en voor 0,03 % uit koolstofdioxide (CO2). Door de concentratie O2 te verlagen tot minder dan 8 % en de concentratie CO2 te verhogen tot boven 1 % worden de ademhaling en de ethyleenproductie sterk geremd.
Bij deze gassamenstelling worden ook allerhande bederfreacties geïnhibeerd (tegengehouden). De aangepaste atmosferische omstandigheden mogen echter geen aanleiding geven tot een anaërobe ademhaling. Dit zou de vruchten een onaangename fermentatieachtige bijsmaak geven.
De relatieve vochtigheid wordt bepaald door de keuze van de temperatuur en de gassamenstelling en varieert tussen 90 en 95 %.
De optimale bewaaromstandigheden in de koelcellen variëren onder meer naargelang de appelvariëteit, de mate van rijpheid van het fruit en de duur van de bewaring. Er is een goede vakkennis en veel ervaring nodig om de bewaaromstandigheden juist te kunnen bepalen. Een goede regeling van de atmosfeer in de koelcellen is eveneens noodzakelijk om een goede bewaring met een minimum aan kwaliteitsverlies te garanderen.
.
.
.
De voordelen van bewaring bij lage temperaturen onder gecontroleerde atmosfeer zijn onder meer:
• behoud van de groene kleur door vertraging van de afbraak van chlorofyl en de biosynthese van anthocyaninen (rode kleur);
• behoud van de stevigheid door vertraging van de werking van de enzymen die de structuren van de celwanden afbreken;
• behoud van de smaak door tragere omzetting van zetmeel in suikers en trager verlies van zuurheid;
• behoud van de voedingswaarde door een beter behoud van vitamine C en andere vitaminen.
Zodra men de appelen op de markt wenst te brengen worden de vruchten op een gecontroleerde manier terug in normale atmosferische omstandigheden gebracht. De rijping zal vanaf dan weer op een normale snelheid verlopen. De appel krijgt zijn gewenste kleur, zuurtegraad, zoetheid enz.
Diverse inlandse variëteiten van appelen (bv. Jonagold) zijn bijzonder geschikt om in koelcellen bij gecontroleerde atmosfeer te worden bewaard. Dit is ook het geval voor enkele inlandse peervariëteiten.
.
.
.
.
.
.
.
De reiki yoga zijn 8 bewegingsoefeningen welk oorspronkelijk uit de Qi-gong komen. Mikao Usui heeft deze oefeningen gebruikt binnen zijn spirituele lering; het is onduidelijk of hij het ook daadwerkelijk met reiki heeft verbonden. Wel staat vast dat hij deze oefeningen deed en erin onderwees. De 8 oefeningen zijn:
• handen dragen de Hemel
• boogschieten
• een arm heffen
• achterom kijken
• het hoofd schudden en de billen zwaaien
• de tenen vasthouden
• vuistspel met vurige ogen
• de hielen lichten
.
Hierbij gebruikt men het gehele lichaam. Uitstekend als ontspanningsoefening.
Deel 1
Buig de knieën en kom tot ruiterzit, wijdbeens, plaats de handen op de dijen met de duimen naar beneden wijzend.
Herhaal de oefening veelvuldig. Adem in bij stap 1 en 3, adem weer uit bij stap 2 en 4.
.
Deel 2
Stap uit naar links en buig de knieën, kom tot ruiterzit. Plaats de handen op de dijen met de duimen naar buiten wijzend.
Doe deze oefening in een vloeiende beweging. Wanneer je in een goede conditie verkeert herhaal je de oefening drie maal.
Deel 3
Sta met de voeten uit elkaar, handen in de zij, met de palmen omhoog. Kijk recht vooruit.
.
Deel 4
Het hoofd bewegen en de staart kwispelen om Hart-Vuur te kalmeren.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
Deze miniatuur is een der mooiste en oorspronkelijkste werkstukken van de monnik-kunstenaar. De boodschap van de hemelse Stem luidt :
“God stelde het volk van het oude Verbond, toen Hij van Abraham de besnijdenis verlangde, onder de gestrengheid van de wet. Later heeft Hij de gestrengheid veranderd in de mildheid van de genade. Door Zijn Zoon gaf God aan hen die het geloof aannamen, de waarheid van het evangelie en zalfde Hij ieder die door het juk van de wet wonden had opgelopen, met de olie van de barmhartigheid.”
In de theologische beschouwing van het hele Christusmysterie ziet Hildegard de synagoge als de voorloopster van de Kerk. De synagoge is er niet alleen de voorafbeelding van, maar méér nog de moeder van de Menswording van Gods Zoon en zo van de Kerk. Daarom is haar hoofd gekroond met een diadeem, waarvan de schittering gelijk is aan het oplichten van de dageraad, voorgesteld door de kleur oranje.
In de 13de eeuw en later worden de Synagoge en de Kerk dikwijls als elkaars tegenhangsters voorgesteld. Zo ziet men b.v. aan de kathedraal in Reims de Synagoge prachtig gebeeldhouwd als een geblinddoekte vrouw met een kroon op haar hoofd die afschuift, terwijl tegenover haar de Kerk stralend als een overwinnende koningin is uitgebeeld. Deze gedachtengang vinden we bij Hildegard niet. De Synagoge blijft voor haar de dageraad van de Kerk. Zij werd immers verlicht door de vooruitlopende stralen van Christus’ verlossingswerk.
Nu bespeurt men in de uitleg van dit visioen een ontwikkeling, overeenkomend met de voortgaande beweging van de geschiedenis van het oude Verbond. Hildegard spreekt eerst over een vrouw (de synagoge )die min of meer in de schaduw staat en die in de verte de nieuwe bruid (Christus )ziet opkomend uit de woestijn. Tevens ziet zij de zonen van die bruid, Christus volgelingen.
Maar in het vervolg van de tekst zegt de schrijfster dat deze vrouwengestalte van haar ogen beroofd is en haar handen onder de oksels houdt, wat weergegeven is in de miniatuur. De bovenste helft van haar lichaam is bleek-violet gekleurd. Dat blind zijn en die houding van niet willen meewerken geven samen met die sombere kleur iets geweldig roerends aan deze voorstelling.
Men krijgt eigenlijk diep medelijden met deze mislukte roeping, want zij had immers een hoge roeping. In haar hart zetelt Mozes (weergegeven met de in de middeleeuwen aan de joden voorgeschreven driehoekige hoed) die de twee tafels van de Wet omhoog houdt tegen de achtergrond van de godsverlichting, weergegeven door goud.
In de schoot van de Synagoge zien we Abraham met het zilveren mes, naast hem Aäron met de mijter van de hogepriester en achter hem een leviet. Deze drie zijn van het priesterlijk geslacht (Abraham wilde ook een priesterlijke handeling verrichten met het offer van Isaac). Daarnaast staan er nog negen profeten in het midden van de vrouw. Mozes is hier een voorafbeelding van Christus met zijn twaalf apostelen.
We zien het treurige drama zich als het ware langzaam voltrekken. Het benedendeel van de Synagoge wordt steeds zwarter en haar voeten zijn bloedrood, omdat zij tenslotte de profeet der profeten(Christus) vermoord heeft en daardoor zichzelf ten val bracht. Maar de betekenis van deze dood reikt buiten het kader van het Oude Verbond, want we zien hoe de voeten omgeven zijn door de helder witte wolk van de christelijke openbaring.
In de miniatuur is dit wit aangeduid door het heraldische wit, het metaal zilver. Reeds hier zien we bevestigd dat het zilver wijst op het geloofslicht in de loop van ons leven en in de ontwikkeling van de Kerk hier op aarde.
In de toespraak van de hemelse Stem konden we al iets merken van het grote medelijden van Hildegard met en haar verdriet over dit mysterievolle tekortschieten van de Synagoge. We hoorden de hemelse Stem zeggen:
“Door Zijn zoon zal God ieder van hen zalven die zich verwond hebben aan het juk van de wet, en wel met de olie van zijn barmhartigheid.”
Hier voelt men een verdriet en genegenheid als die van St. Paulus voor het uitverkoren volk, dat niet volledig heeft beantwoord aan zijn roeping. Een houding van onze mystica die sterk afsteekt tegen de gangbare afkeer van de joodse godsdienst en het joodse volk in de kerkelijke kringen van de twaalfde eeuw. Een afkeer die zich tijdens de kruistochten ontlaadde in hevige moordpartijen onder de joodse bevolking in al die plaatsen waar de kruisvaarders doortrokken, toen zij op weg waren om het heilige land te veroveren. Een praktijk waarvan Hildegard zich distantieert zoals uit haar correspondentie zeer duidelijk blijkt.
.
.
.
.
.
.
.
Pasteltekening van John Astria
pasteltekening van John Astria
Pasteltekening van John Astria
[12] Als wij verkondigen dat Christus uit de doden is opgestaan, hoe is het dan mogelijk dat sommigen onder u beweren dat er geen opstanding van de doden bestaat?
[13] Als er geen opstanding van de doden bestaat, is ook Christus niet opgestaan.
[14] En als Christus niet is opgestaan, dan is onze prediking zonder inhoud en uw geloof leeg.
[15] Dan blijken wij zelfs van God een vals getuigenis te hebben afgelegd; want dan hebben wij tegen God in getuigd dat Hij Christus heeft opgewekt, wat Hij niet heeft gedaan, indien, zoals zij beweren, de doden niet verrijzen.
[16] Want als de doden niet verrijzen, is ook Christus niet verrezen,
[17] en als Christus niet is verrezen, is uw geloof waardeloos en ligt u nog in zonde.
[18] Dan zijn ook die mensen verloren die in Christus ontslapen zijn.
[19] Indien wij enkel voor dit leven onze hoop op Christus hebben gevestigd, zijn wij het meest van alle mensen te beklagen.
[20] Maar zo is het niet! Christus is opgestaan uit de doden, als eersteling van hen die ontslapen zijn.
[21] Want omdat de dood er is door een mens, is de opstanding van de doden er ook door een mens.
[22] Zoals allen sterven in Adam, zullen ook allen in Christus herleven.
[23] Maar ieder in zijn eigen rangorde: als eersteling Christus, vervolgens, bij zijn komst, zij die Christus toebehoren.
[24] Daarna komt het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader zal overdragen, na alle heerschappij en macht en kracht te hebben onttroond.
[25] Want Hij moet het koningschap uitoefenen, tot Hij zijn voet heeft gezet op al zijn vijanden.
[26] En de laatste vijand die uitgeschakeld wordt, is de dood.