categorie : kamerplanten en bloemen
Goed te herkennen aan
– de gele lipbloemen met paarsblauwe, soms witte tanden en
– de bleke schutbladen
Algemeen
Grote ratelaar is een eenjarige plant, die haar naam te danken heeft aan de zaden die rammelen in de vrucht. Op sommige plaatsen in de Lage landen komt grote ratelaar nog vrij algemeen voor, maar zij gaat sterk in aantal achteruit. Ze heeft een voorkeur voor natte tot vochtige, voedselrijke grond in hooilanden, bermen, polderboezems, grienden, duinvalleien, aan slootkanten en op dijken.
Grote ratelaar bloeit van mei tot en met oktober met 1,5 tot 2,5 cm grote gele lipbloemen met een gesloten keel en donker paarsblauwe, soms witte, tanden aan de bovenlip. Ze wordt 10 tot 80 cm hoog. De 4-tandige kelk is opgeblazen en zijdelings afgeplat.
Blad en stengel
De stengelbladeren zijn langwerpig tot lancetvormig en hebben een gezaagde rand. De schutbladen zijn bleekgroen, lang toegespitst, breed driehoekig, ingesneden getand met ongelijke tanden. De vierkantige stengels zijn al of niet vertakt en hebben vaak kleine zwarte streepjes.
ALGEMEEN
bremraapfamilie (Orobanchaceae)
– eenjarig
– plaatselijk vrij algemeen
– 10 tot 80 cmBloem
– geel
– vanaf mei t/m oktober
– eindelingse tros
– lipbloem
– 15 tot 25 mm
– 5 kroonbladen, vergroeid
– 4 kelkbladen, vergroeid
– 4 meeldraden
– 1 stijl
Blad
– kruisgewijs tegenoverstaand
– enkelvoudig
– stengelbladeren :
– lancetvormig
– top spits
– rand gezaagd
– voet afgerond
– veernervig
– schutbladen :
– bleekgroen
– breed driehoeking
– lang toegespitst
– getand met ongelijke tanden
Stengel
– rechtop
– glad en kaal of weinig behaard
– scherp vierkant
– vaak met kleine donkere streepjesµ
zie wilde bloemen