Welvaartspredikers misbruiken 10 Bijbelverzen

Standaard

categorie : religie

 

 

Het welvaartsevangelie verkondigt dat God persoonlijk geluk, financiële rijkdom en een goede, lichamelijke gezondheid belooft aan hen die veel geloof hebben. Bijbel-teksten waarin wordt vermeld dat het christenleven gepaard gaat met vervolging, lijden en zelfverloochening blijven achterwege. Hier worden tien Bijbelverzen op een rij vermeld die welvaartspredikers vaak citeren.

 

 

 

 

 

1. ‘De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben’ (Johannes 10:10)


Dit vers wordt gebruikt om te suggereren dat God in alles het geluk voor ogen heeft voor Zijn volgelingen. Maar daarmee wordt de context rondom dit vers verwaarloosd. De overvloed waar dit vers over spreekt, heeft te maken met het kennen en gekend worden door Jezus. Dat zijn niet-materiële zaken.

 

 

2. ‘U krijgt niet, omdat u niet bidt’ (Jakobus 4:2)


Dit vers wordt binnen het welvaartsevangelie gebruikt om biddend te claimen wat je zelf niet bezit. Wanneer je niets hebt, komt dat omdat je niet genoeg gebeden hebt. Maar deze interpretatie negeert het vers dat volgt: ‘U bidt wel, maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt met het doel het in uw hartstochten door te brengen.’

Het gebed is cruciaal in het leven van een christen. Dit als middel gebruiken om eigen verlangens af te dwingen bij God gaat ook in tegen het gebed dat Jezus bad aan de vooravond van Zijn kruisiging: ‘Laat niet Mijn wil, maar de Uwe geschieden’ (Lukas 22:42).

 

 

3. ‘Er is niemand die huis of broers of zusters of vader of moeder of vrouw of kinderen of akkers verlaten heeft omwille van Mij en om het Evangelie, of hij ontvangt honderdvoudig, nu in deze tijd.’


Welvaartspredikers leggen graag de nadruk op geven, zodat hun visie op het eerste gezicht in lijn lijkt met de Schrift. Maar de motivatie die erachter zit verstoort de Bijbelse boodschap. De predikers denken door financiële donaties te geven dit 100 maal terug te ontvangen.

Dit is uiteraard niet de juiste uitleg van het desbetreffende vers. Het volgende vers geeft duidelijkheid: ‘Maar veel eersten zullen de laatsten zijn, en veel laatsten de eersten.’ Hier wordt gehoorzaamheid en discipelschap aangemoedigd in plaats van persoonlijk gewin.

 

 

 

 

 

4. ‘De zegen van Abraham is in Christus Jezus tot de heidenen gekomen, opdat wij de belofte van de Geest zouden ontvangen door het geloof’ (Galaten 3:14)


Welvaartspredikers gebruiken dit vers om te verwijzen naar het in Genesis gesloten verbond met Abraham en concluderen daaruit dat God de nakomelingen van Abraham financiële zegeningen heeft beloofd. Opnieuw wordt een Bijbelgedeelte verwaarloosd.

In hetzelfde gedeelte staat vermeld dat Jezus is geofferd, zodat wij door het geloof de belofte van de Geest ontvangen. Paulus herinnert de Galaten hier aan de geestelijke zegeningen als gevolg van Jezus’ redding – wat niets te maken heeft met aardse rijkdom.

 

 

5. ‘Want u kent de genade van onze Heer Jezus Christus, dat Hij omwille van u arm is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat u door Zijn armoede rijk zou worden’ (2 Korinthiërs 8:9)


Welvaartspredikers suggereren aan de hand van dit vers dat Jezus’ dood ons rijkdom geeft. De meeste christenen zijn het erover eens dat wanneer Paulus zegt dat Jezus ‘rijk’ werd, hij verwijst naar Zijn status als de Zoon van God. En Zijn armoede is een verwijzing naar Zijn vrijwillige daad om mens te worden. Paulus maakte de vroege christenen duidelijk dat Zijn doel gelijkheid was.

 

 

6. ‘Geliefde, ik wens dat het u in alles goed gaat en dat u gezond bent, zoals het uw ziel goed gaat’ (1 Johannes 3:2)


Binnen het welvaartsevangelie wordt naar aanleiding van dit vers beweerd dat lichamelijke gezondheid onlosmakelijk verbonden is met geestelijke groei. Wanneer iemand voldoende geloof bezit, zal hij of zij lichamelijke zegeningen ontvangen. Maar dit vers is ‘gewoon’ het begin van een brief aan Johannes door middel van een groet.

Dit zou je kunnen vergelijken met iemand die uit beleefdheid aan het begin van een brief de ander het goede toewenst. Het gaat hier niet om een belofte en dit mag zeker niet worden opgevat als de belofte dat Gods kinderen niet ziek kunnen worden.

 

 

7. ‘Breng al de tienden naar het voorraadhuis, zodat er voedsel in Mijn huis is. Beproef Mij toch hierin, zegt de Heer van de legermachten, of Ik niet de vensters van de hemel voor u zal openen, en zegen over u zal uitgieten, zodat er geen schuren genoeg zullen zijn’ (Maleachi 3:10)


Dit vers wordt vaak als krachtig hulpmiddel gebruikt bij fondsenwerving onder welvaartspredikers. Gelovigen worden zo gemanipuleerd om tienden te geven, waarna ze er veel meer voor zullen terugkrijgen. Maar dit vers is niet van toepassing op individuele rijkdom. Integendeel, het komt voort uit de historische situatie van het volk Israël.

De Israëlieten waren ongehoorzaam aan God door onvoldoende voedsel te geven aan de nationale opslagplaats, dat werd gebruikt door de priesters. God vermaande Zijn volk en riep op tot gehoorzaamheid. Als zij zouden gehoorzamen, zou beloning volgen.

 

 

 

 

8. ‘De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is er voor ons genezing gekomen’ (Jesaja 53:5)


De meeste christelijke geleerden lezen dit vers als een profetie waarin de overwinning op onze zonden wordt vermeld, dankzij het verzoenende werk van de Heer Jezus. Maar welvaartspredikers gebruiken dit vers om duidelijk te maken dat geloof zal leiden tot lichamelijke genezing.

Eén van de oprichters van het welvaartsevangelie schreef: “Het plan van onze Vader is, dat Hij in Zijn grote liefde en barmhartigheid, geen enkele gelovige ooit nog ziek wordt. Iedere gelovige zal zijn volledige levensduur in gezondheid op aarde zijn.”

 

 

9. ‘Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt de Heer. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven’ (Jeremia 29:11)


Dit is één van de meest onbegrepen Bijbelverzen onder christenen. Jeremia 29:11 wordt gebruikt om anderen goed nieuws te beloven en suggereert dat God iedere slechte situatie in ons voordeel gebruikt. Dit vers is niet bedoeld voor hedendaagse christenen die hun baan hebben verloren. Het was een door God gegeven belofte aan het volk van Israël, waaruit blijkt dat God op Zijn eigen tijd het volk zou herstellen.

 

 


10. ‘Als u iets vragen zult in Mijn Naam, Ik zal het doen’ (Johannes 14:14)

 

Dit is vergelijkbaar met het misbruiken van Jakobus 4:2 door welvaartspredikers. Alsof God alle gebeden van gelovigen zou beantwoorden. Christenen die bidden voor financiële rijkdom doen er verstandig aan om Mattheüs 19:24 te lezen: ‘Het is gemakkelijker dat een kameel door het oog van een naald gaat, dan dat een rijke het Koninkrijk van God binnengaat.’

In Johannes 14:14 moedigt Jezus zijn discipelen aan om het Evangelie te verspreiden. Dit vers moet dan ook worden gelezen in de context van de verzen die erop volgen: ‘Wie in Mij gelooft, zal de werken doen die Ik doe’ (vers 12) en ‘Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht’ (vers 15).

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: