Category, categorie : A complete animated overview of the bible
.
.
Book of Hosea, summary
.
Boek Hosea, samenvatting
.
.









Nootmuskaat olie (Myristica fragrans)
– aroma: zoetig, kruidig, warm, hout-achtig
– kleur: helder tot lichtgeel
– consistentie: dun
– extractie: stoomdistillatie (van de noten)
Nootmuskaat olie heeft een sterk verwarmende uitwerking en wordt daarom afgeraden voor gebruik bij onderstaande klachten als dezen gepaard gaan met koorts, hitte gevoelens en overmatige transpiratie; ze kan het beste toegepast worden in situaties waar ook sprake is van gevoelens van kou en vermoeidheid.
in aromatherapie vervult Nootmuskaat olie een ondersteunende rol in de volgende situaties:
geest en zenuwstelsel
– geeft helderheid en focus bij zenuwinstortingen met angsten en depressies
– geeft nieuwe levenskracht bij geestelijke uitputting, ‘aan het eind van je latijn zijn’:
nootmuskaat olie wordt ook wel ‘Buddha olie’ genoemd, omdat ze de wijsheid, die we allemaal in ons hebben, naar boven brengt om zo een nieuwe weg in het leven te kiezen (er wordt beweerd dat Nostradamus nootmuskaat gebruikte om zijn profetische visioenen op te wekken – let wel op de contra-indicaties van deze olie)
luchtwegen
– luchtweginfecties met griep, verkoudheid en bronchitis
spijsverteringssysteem
– zwakke spijsvertering met koude gevoelens, gebrek aan eetlust, vermoeidheid, winderigheid, een vol gevoel na de maaltijd en diarree
(dit kan soms gepaard gaan met indigestie en misselijkheid met een slechte adem: in een dergelijke situatie is er niet genoeg energie om het verteerde voedsel naar beneden te voeren, waardoor een opeenhoping van voedsel ontstaat in de maag)
hart en bloedvaten
– lage bloeddruk en zwakke circulatie
(dit kan soms gepaard gaan met een ‘leeg’ gevoel in de borst)
gynaecologisch systeem
– periodes die te laat komen of zelfs helemaal uitblijven met een koud gevoel in de onderbuik
spieren en gewrichten
– jicht, artritis en reumatiek met pijn en stijfheid in spieren en gewrichten
– verstuikingen met blauwe plekken (bloedstolling) en een koud gevoel op de plaats van verwonding
seksuele energie
– impotentie en frigiditeit van psychische aard (vooral indien veroorzaakt door nerveuze spanningen)

– verdamper
– huid: maximaal 2 druppels per theepel basis olie (verhoudingsgewijs is dit 2% van de olie)
– bad: maximaal 4 druppels, vermengd met een emulgator (bv. badolie of baddouche)
– huid: kan irritaties veroorzaken bij een gevoelige huid
– vermijd tijdens zwangerschap
– vermijd langdurig en/of overmatig gebruik
– de aanbevolen dosis niet overschrijden: een overdosis kan niet alleen tot hallucinaties leiden, maar ook verdoving,misselijkheid, hoofdpijn en krampen veroorzaken
– wordt veel gebruikt in de farmaceutische-, cosmetische- en levensmiddelen industrie
– goed te combineren met aromatische olie van oa. citroen, eucalyptus, gember, laurier, lavendel, mandarijn, petitgrain, rozemarijn, salie, sinaasappel



.
.
.
.
.
•Crèmes of gels op basis van menthol
•Fenolhoudende preparaten (Calamine-lotion) worden afgeraden bij grote of beschadigde huidoppervlakten vanwege het gevaar van opname.
•Het gebruik van kamfer is achterhaald.
•Capsaïcine crème is effectief maar geeft wel vaak roodheid en irritatie van de huid.
•Uitwendige antihistaminica zoals Azaron (difenhydramine) worden vanwege de kans op allergische reacties niet aanbevolen.
•lokale anaesthetica worden om dezelfde reden niet aanbevolen, maar bij gebruik van lidocaïne (Emla, Xylocaine) of pramocaïne (pramocaïne 1% en zinkoxide 10% in hydrofobe crème) treden weinig problemen op. Lokale anaesthetica worden vooral gebruikt bij gelokaliseerde jeuk zoals anusjeuk (pruritus ani) ten gevolge van bv. aambeien.
• Teerzalven en bufexamac zalf of crème hebben jeuk-dempende eigenschappen.
•Lokale corticosteroïden hebben meestal een goed anti-jeuk effect, maar zijn minder geschikt voor de lange behandeling van jeuk omwille van het risico op verdunning (atrofie) van de huid. Ze worden vooral toegepast bij ernstige jeuk ten gevolge van chronische huidziekten.
•Immunomodulerende crèmes en zalven worden soms bij chronische huidziekten voorgeschreven.
Bij een droge huid kan men vetcrèmes (bv. 20% vaseline in cetomacrogolcrème, of witte vaseline gemengd met gelijke delen lanette crème of paraffine liquidum) en vochtinbrengende crèmes gebruiken.
.
.
Antihistaminica zijn effectief bij jeuk van allergische oorsprong, zoals bij netelroos en atopische dermatitis. Ze hebben als bijkomend voordeel dat ze een licht slaapverwekkend effect hebben en daardoor de slaapkwaliteit verbeteren die kan verstoord zijn door de jeuk. De behandeling moet voortgezet worden zolang de jeuk aanhoudt.
Ook bij sommige vormen van jeuk ten gevolge van inwendige ziekten (bv. bepaalde leveraandoeningen) kunnen orale antihistaminica helpen. Bij jeuk ten gevolge van een inwendige ziekte zoals bv. nierinsufficiëntie worden soms specifieke behandelingen tegen de jeuk toegepast.
.
.
.
.
.
.
1 – toeval
2 – kerk en wetenschap
3 – energiegericht denken
4 – de strijd om energie
5 – ontvankelijk worden voor de universele energie
6 – karakterstructuren
7 – transformatie
8 – intuïtie
9 – de toekomst
10 – het reïncarnatieproces
11 – alles is energie
Alle inzichten moet je begrijpen, maar ook voelen en ervaren. Het is geen theoretisch aanneembaar stuk, het moet echt gevoelsmatig binnenkomen. De verdere inzichten kan je pas ten volle begrijpen als je de voorgaande inzichten begrijpt, voelt en ervaart.
Om het vijfde inzicht goed te kunnen begrijpen is het verstandig om nog even terug te gaan kijken naar de vier voorgaande inzichten en deze als één geheel te gaan zien.
Het eerste inzicht openbaart zich als we ons open stellen voor de toevalligheden. Deze toevalligheden laten op hun beurt zien dat ‘toeval’ een spirituele lading heeft en dat niets zonder reden gebeurt.
Het tweede inzicht laat zien dat we niet alléén staan in dit besef, maar dat het een mondiaal gebeuren is welk zich laat uitleggen aan de hand van de geschiedenis. Na het wegvallen van de kerk als bakermat in de Middeleeuwen zocht de mens naar nieuwe antwoorden op spirituele vragen om zekerheid te krijgen.
Toen deze niet gevonden werden zocht de mens op een andere manier naar zekerheid en vond deze in het materiele. Toen in de jaren ’80 van de vorige eeuw een verzadigingsniveau werd bereikt bemerkten we dat alleen het materiele niet genoeg was en dat de spirituele vraagstelling nog bestond.
Het derde inzicht geeft een begin van een antwoord op deze spirituele vragen. Het stelt dat het universum bestaat uit een zuivere energievorm welk reageert op ons denken. Er is dus een interactie mogelijk tussen onszelf en deze energie. Sterker nog, wij zijn deel van deze energie, eigenlijk niets meer dan een manifestatie van deze energie.
Het vierde inzicht laat zien dat we een behoefte hebben naar meer energie. Dat we ons goed en prettig voelen als we vol zijn van energie en dat we ons somber en onprettig voelen als we leeg zijn van energie. We willen dus steeds energie ontvangen en doen dit op de meest basale manier die we kennen: energie ‘stelen’ van anderen. We proberen steeds een ander te beheersen om zodoende energie te ontvangen.
Tegelijk worden wij ook beheerst door gedachten, normen en waarden, structuren en dogma’s. We bevinden ons in een beheersingsysteem. Het vijfde inzicht is een klein maar heel belangrijk inzicht. Het geeft namelijk aan dat er een verschuiving plaatsvindt van onbewust met energie omgaan naar een stadium waarin we bewust met energie omgaan. Het vierde inzicht liet zien dat we constant met energie werken, maar zeer basaal, zeer onwetend, zeer onbewust. We ‘stelen’ de energie van anderen.
Dit vijfde inzicht vertelt ons dat dit niet nodig is, dat er een andere manier is om deze energie te ontvangen en wel uit het universum zelf. Maar voor we dat bewust kunnen doen moeten we ons eigen beheersingsysteem onder ogen zien, en dat gebeurt binnen het zesde inzicht. Het vijfde inzicht vertel ons dus alleen, maar heel duidelijk, dat we op een andere manier, een bewuste manier, energie kunnen ontvangen.
De mens is een energetisch wezen. We zijn een manifestatie van de energie zoals een stoel of een steen ook een manifestatie is van deze energie alleen op een andere trilling. Energie is te meten en heeft een amplitude (uitslag vanaf de nullijn naar boven en naar beneden) en een frequentie (aantal trillingen per seconde) en het trillingsgetal is de duur van 1 trilling (de duur van een gehele amplitude dus één positieve en één negatieve uitslag).
Op het moment dat ons iets gebeurt dat we voorheen definieerden als toeval, beginnen we dat nu steeds meer te zien als intuïtie. Deze intuïtie heeft een spirituele lading en herbergt een les voor ons. Het is niet alleen belangrijk om deze intuïtie te ontvangen, maar ook om deze les eruit te halen en te leren. Doen we dit, dan bereiken we een inzicht en groeien wij. Dit groeien is niets anders dan het verhogen van ons trillingsgetal.
Op het moment dat zeer vele mensen dit aan het doen zijn ontstaat er een transcendente ervaring en vindt deze groei steeds meer plaats op collectief niveau dan op individueel niveau. We evolueren al duizenden jaren, maar altijd onbewust. Door de toevalligheden niet meer te zien als toevalligheden maar als intuïtie met een duidelijke spirituele les daarin, vind deze evolutie steeds meer plaats op bewust niveau.































































Jacques en Joseph Montgolfier
Hoe de broers precies op het idee kwamen om een luchtballon te ontwerpen is niet duidelijk, maar het verhaal gaat dat het zien van een opbollend dichtgeknoopt hemd vlakbij het haardvuur één van de broers op een idee bracht. Daarnaast raakten zij vermoedelijk geïnspireerd door de Britse wetenschapper Joseph Priestley, die in diezelfde periode veel gasexperimenten uitvoerde. De gebroeders Montgolfier experimenteerden op hun beurt met zelfgemaakte ‘ballonnen’ van stof en papier, die zij probeerden te laten zweven met behulp van vuur en hete lucht.

Aan het begin van 1783 waren de Montgolfiers ver genoeg gevorderd in hun onderzoek om een volgende stap te zetten. Begin juni van dat jaar gaven ze op de markt van Annonay een demonstratie met een groter exemplaar. Deze ballon van negen meter doorsnee was gemaakt van zijde, werd bijeengehouden door tweeduizend knopen en was gevoerd met wit papier, waarover brandwerend aluin was gestreken. De onbemande luchtballon steeg tot zo’n twee kilometer hoogte en raakte achthonderd meter verderop weer de grond.

Vanwege deze prestatie werden Joseph en Jacques Montgolfier op 19 september 1783 gevraagd hun uitvinding te presenteren aan het hof van Lodewijk XVI en Marie-Antoinette. Hun nieuwe ‘Montgolfier-ballon’, met een doorsnede van twaalf meter, steeg ditmaal vijfhonderd meter, maar overbrugde in acht minuten tijd wel een afstand van drie kilometer. Tijdens deze demonstratie was de ballon bovendien niet onbemand: een schaap, een haan en een eend vormden de gelukkige passagiers. Ze kwamen alle drie weer zo goed als ongedeerd aan land.

Omdat de dierlijke bemanning deze demonstratietocht had overleefd, werd aangenomen dat het toch ook voor de mens niet onmogelijk moest zijn het luchtruim te trotseren. Voor de zekerheid bepaalde Lodewijk XVI dat in eerste instantie alleen misdadigers een proefvlucht mochten maken. Toch was het de enthousiaste Franse natuurkundige Jean-François Pilâtre de Rozier die op 15 oktober 1783 de geschiedenis in ging als de eerste persoon die een ballonvlucht maakte.
Zijn derde proefvlucht op 21 november was bovendien de eerste vrije vlucht, waarbij de luchtballon niet door middel van een koord met de grond was verbonden. Uiteindelijk zweefde op 19 januari een luchtballon met zeven inzittenden een tijdlang op een kilometer hoogte boven Lyon.

Hun baanbrekende uitvinding leverde de gebroeders Montgolfier veel roem op. In het Frans wordt de heteluchtballon nog steeds Montgolfière genoemd. Nadat de heteluchtballon al vanaf het einde van de 18e eeuw een tijdlang werd overschaduwd door de uitvinding van de waterstofballon door Jacques Alexandre César Charles, werd de heteluchtballon rond 1960 weer populair als toeristische activiteit. Helaas is gebleken dat niet al deze pleziertochtjes net zo goed aflopen als de eerste bemande ballonvluchten.
Johannes 17 : 3 > ‘’dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u , de enige ware God en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus .‘’
Openbaring 1 : 3 > ‘’ gelukkig is hij die deze profetische woorden van de Here voorleest; en dat geldt ook voor de mensen die ernaar luisteren en het zullen onthouden. Want de tijd dat deze dingen werkelijkheid worden, komt steeds dichterbij. ‘’
Openbaring 22 : 7 > Jezus zegt: ‘’ ja, ik kom gauw. Gelukkig is hij die de profetische woorden van dit boek onthoudt. ‘’