Tagarchief: duitsland

Shattuckiet

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

.

Het mineraal shattuckiet is een koper-silicaat met de chemische formule  Cu5Si4O12(OH)2. Het mineraal behoort tot de inosilicaten.

.

.

ruw

.

.

.

Eigenschappen

.

Het doorzichtig tot doorschijnend (donker)blauwe of groene shattuckiet heeft een glasglans, een blauwe streep- kleur en de splijting is perfect volgens de kristalvlakken [100] en [010]. De gemiddelde dichtheid is 3,8, het kristalstelsel is orthorombisch en het mineraal is niet radioactief.

.

.

ruw

.

gepolijste chattuckiet

.

.

Etymologie

.

Shattuckiet is vernoemd naar de Shattuck mijn in Bisbee, Arizona in de Verenigde Staten.

.

.

.

.

.

.

Vindplaats

.

Shattuckiet wordt o.a. gevonden in de Verenigde Staten, Argentinië, Duitsland, Oostenrijk en Zuid-Afrika.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

Advertentie

Borniet / Pauwenerts

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

.

Borniet of pauwenerts is een bronsgele steen met blauwe, paarse, groene, gele en oranje geïriseerde aanloop- kleuren. Het mineraal borniet is een koper-ijzer-sulfide met de chemische formule Cu5FeS4. Het mineraal heeft een orthorombische kristalstructuur. De hardheid is 3 en de gemiddelde dichtheid is 5,09. Na verhitting is borniet magnetisch en het is niet radioactief.

.

.

.

.

.
.
.

Naamgeving

.

Borniet is genoemd naar de Oostenrijkse mineraloog I. von Born (1742-1791)

.

.

.

.

.

.

Voorkomen

.

Borniet wordt veelal gevonden in pegmatieten. Het komt onder andere voor in Duitsland, Frankrijk, Engeland, Polen, Noorwegen, de Verenigde Staten, Canada en Mexico.

.

.

.

.

.

.

Chemische eigenschappen

.

samenstelling: Cu5FeS4

hardheid: 3 – 3,25

dichtheid: 4,9 – 5,3

.

.

.

.

.

.

Mineraal Borniet
Chemische formule Cu5FeS4
Kleur Koperrood, bronsbruin op vers breukvlak
Streepkleur Grijszwart
Hardheid 3
Gemiddelde dichtheid 5,09 kg/dm3
Glans Metaalglans
Opaciteit Opaak
Breuk Oneffen
Splijting [111] Imperfect
Kristaloptiek
Kristalstelsel Orthorombisch
Overige eigenschappen
Radioactiviteit Geen
Magnetisme Na verhitting

 

.

.

.

.

.

.

.

.

Borniet / Pauwenerts

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

.

Borniet of pauwenerts is een bronsgele steen met blauwe, paarse, groene, gele en oranje geïriseerde aanloop- kleuren. Het mineraal borniet is een koper-ijzer-sulfide met de chemische formule Cu5FeS4. Het mineraal heeft een orthorombische kristalstructuur. De hardheid is 3 en de gemiddelde dichtheid is 5,09. Na verhitting is borniet magnetisch en het is niet radioactief.

.

.

.

.

.
.
.

Naamgeving

.

Borniet is genoemd naar de Oostenrijkse mineraloog I. von Born (1742-1791)

.

.

.

.

.

.

Voorkomen

.

Borniet wordt veelal gevonden in pegmatieten. Het komt onder andere voor in Duitsland, Frankrijk, Engeland, Polen, Noorwegen, de Verenigde Staten, Canada en Mexico.

.

.

.

.

.

.

Chemische eigenschappen

.

samenstelling: Cu5FeS4

hardheid: 3 – 3,25

dichtheid: 4,9 – 5,3

.

.

.

.

.

.

Mineraal Borniet
Chemische formule Cu5FeS4
Kleur Koperrood, bronsbruin op vers breukvlak
Streepkleur Grijszwart
Hardheid 3
Gemiddelde dichtheid 5,09 kg/dm3
Glans Metaalglans
Opaciteit Opaak
Breuk Oneffen
Splijting [111] Imperfect
Kristaloptiek
Kristalstelsel Orthorombisch
Overige eigenschappen
Radioactiviteit Geen
Magnetisme Na verhitting

 

.

.

.

.

.

.

.

.

Sarder

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

 

 

Algemene informatie

 

Sarder is een chalcedoon variant en kan oranje, rood en bruin van kleur zijn. De steen is doorschijnend met een matte tot zijdeglans. Het is wat betreft chemische samenstelling en werking vrijwel gelijk aan carneool maar vaak iets harder en wat donkerder van kleur.

Het behoort tot de kwartsen. Het element dat de rode kleur veroorzaakt, is ijzer dat in kleine onzuiverheden in het mineraal zit. Door verhitting kan de kleur verdiepen. Carneool is genoemd naar het Latijnse caro, dat “vlees” betekent. De oude Nederlandse naam is kornalijn.

 

 

ruw

 

 

 

 

 

Geschiedenis

 

Carneool werd al voor het begin van onze tijdrekening gebruikt voor de vervaardiging van zegelstenen en sieraden. Men beweerde dat carneool bescherming bood tegen ruzie, kiespijn en zenuwaandoeningen, bloedingen stopt, koorts verlaagt, toorn vermindert en geluk brengt.

 

 

 

 

 

 

 

 

Voorkomen

 

Carneool ontstaat in vulkanische verweringszones en is onder meer bekend uit India, Saoedi-Arabië en Egypte; belangrijke vindplaatsen bevinden zich verder in Brazilië, de Verenigde Staten, Australie, Rusland, Tsjechië,  Staten,  Duitsland en Roemenië.

 

 

 

 

 

 

 

 

Chemische eigenschappen

 

Samenstelling: SiO2

hardheid: 7

dichtheid: 2,6

 

 

 

 

 

 

 

Carneool
Carneool.jpg
Mineraal
Chemische formule SiO2
Kleur Donkerrood, oranjerood, bruinrood
Streepkleur Wit
Hardheid 6-7
Gemiddelde dichtheid 2,60
Glans Glasglans, mat
Breuk Ruw, schelpvormig
Splijting Geen
Kristaloptiek
Kristalstelsel Trigonaal
Brekingsindices N1,539-1,544, N1,526-1,535
Dubbele breking 0,004-0,009
Dispersie Geen
Luminescentie Geen
Pleochroïsme Geen
Overige eigenschappen
Veredeling Niet bekend
Bijzondere kenmerken Insluitsels van hematiet en andere mineralen

 

 

sarder

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Beril

Standaard

categorie :  Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

 

 

 

Algemeen

 

Beril is een mineraal. Het is een kleurloos, wit, gelig wit, geelgroen tot groen, roze, blauwig tot groenblauw, rood of goudgeel aluminium-beryllium silicaat. De chemische formule is Al2Be3Si6O18. Het behoort tot de cyclosilicaten.

 

 

 

 

 

Eigenschappen

 

De hardheid van het mineraal is 7,5 tot 8 (bros) op de schaal van Mohs en de streepkleur is wit. Het mineraal, dat in kristallen, korrelige, compacte of radiale aggregaten of keitjes voorkomt, is doorzichtig tot doorschijnend en heeft een glasachtige, matte glans. De dichtheid van beril is 2,63-2,80 en het heeft hexagonale kristalstructuur.

 

 

 

 

 

Naamgeving

 

Plinius vernoemde beril naar het Griekse woord berullos (= “edelsteen met zeegroene kleur”).

 

 

 

 

 

Voorkomen

 

Beril komt voor in pegmatieten en in hydrothermaalpneumatolische en metamorfe gesteenten en is vrij zeldzaam. De typelocatie is niet nader gedefinieerd, maar per variëteit verschillend. Het mineraal wordt onder andere gevonden in de Verenigde Staten (South Dakota, Connecticut), Brazilië, Duitsland en Australië. Het grootste berilkristal had een lengte van 18 meter en was 3,5 meter breed.

 

 

 

 

 

Variëteiten

 

Beril wordt naar kleur en chemische samenstelling onderscheiden in een aantal variëteiten:

 

Gewoon beril – meest verbreide variëteit

Smaragd – groene edelsteen

Aquamarijn – groenblauwe tot lichtblauwe edelsteen

Morganiet – roze edelsteen

Goudberil – goudgele edelsteen

Heliodoor – gele tot geelgroene edelsteen

Gosheniet – kleurloze edelsteen

Bixbiet – rode edelsteen

 

 

 

 

 

Mineraal
Chemische formule Al2Be3Si6O18
Kleur Kleurloos, wit, gelig wit, geelgroen tot groen, roze, blauwig tot groenblauw, rood of goudgeel
Streepkleur Wit
Hardheid 7,5 – 8
dichtheid  2,76 kg/dm3
Opaciteit Doorzichtig tot doorschijnend
Splijting Imperfect, [0001]
Kristaloptiek
Kristalstelsel Hexagonaal

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rosasiet

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

 

.

.

 

Algemene informatie

 

Rosasiet is blauw, groenblauw of groen van kleur en is vernoemd naar de Rosasmijn op Sicilië waar het voor het eerst ontdekt werd.

 

 

 

 

 

 

 

 

Vindplaats

 

Rosasiet wordt o.a. gevonden in Italië, Oostenrijk, Spanje, Engeland, Duitsland, Mexico, Australië en de VS.

 

 

Rosasiet
Rosasite-291101.jpg
Mineraal
Chemische formule (Cu,Zn)2(CO3)(OH)2
Kleur blauwgroen, hemelsblauw
Streepkleur lichtblauw
Hardheid 4
Gemiddelde dichtheid 4,09 kg/dm3
Glans glas- tot zijdeglans
Opaciteit doorzichtig tot doorschijnend
Breuk splinterig
Splijting [100], [010] perfect
Kristaloptiek
Kristalstelsel Monoklien
Overige eigenschappen
Radioactiviteit niet radioactief
Magnetisme niet magnetisch

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Pyroop

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

Het mineraal pyroop is een magnesium-aluminium silicaat met de chemische formule Mg3Al2(SiO4)3. Het nesosilicaat behoort tot de granaatgroep. Het rozerode, oranjerode, donkerrode maar vaak bloedrode pyroop heeft een glasglans, een witte streepkleur en het mineraal kent geen splijting. De gemiddelde dichtheid is 3,74 en de hardheid is gedefinieerd als 7,5. Het kristalstelsel is isometrisch en pyroop is niet radioactiief.

Naamgeving

De naam van het mineraal pyroop is afgeleid van het Oudgriekse  πυρωπός (purōpos), dat “vuurogig” betekent. Dit vanwege de rode kleur van het mineraal.

Voorkomen

Pyroop, ook rhodoliet genoemd, is een granaat en komt als zodanig voor in sterk gemetamorfoseerde gesteenten, maar ook in ultramafische stollingsgesteenten. De typelocatie is gelegen in Zöblitz, Duitsland. Het wordt ook gevonden in Brazilië en Zuid-Spanje.

Prehniet

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

 

.

.

Eigenschappen

 

Het doorzichtig tot doorschijnend kleurloze, witte, grijze of geel tot geelgroene prehniet heeft een glas- tot parelglans, een witte streepkleur en de splijting is duidelijk volgens het kristalvlak [001]. Prehniet heeft een gemiddelde dichtheid van 2,87 en de hardheid is 6 tot 6,5. Het kristalstelsel is orthorombisch en het mineraal is niet radioactief.

.

 

 

 

 

 

Naamgeving

 

Het mineraal prehniet is genoemd naar de Nederlandse kolonel Hendrik van Prehn (1733 – 1785), die het mineraal in Zuid-Afrika ontdekte. Prehniet was het eerste mineraal, dat naar een persoon genoemd werd.

 

 

 

 

 

 

.

.

Voorkomen

 

Prehniet is een mineraal, dat vrij algemeen voorkomt in hydrothermaal verweerde gesteenten. Hoewel het geen zeoliet is, wordt het vaak in de buurt van zeolieten gevonden. Het wordt onder meer gevonden in granieten, in syenieten en gneisen. De typelocatie is Haslach, Harzburg en Oberstein, Duitsland.

 

 

 

 

 

 

 

 

Chemische eigenschappen

 

samenstelling: Ca2Al2Si3O10(OH)2

hardheid: 6-6,5

dichtheid: 2,8-3

 

 

Prehniet
Prehnit - Carchelejo, Spanien.jpg
Mineraal
Chemische formule Ca2Al2Si3O10(OH)
Kleur Kleurloos, wit, grijs, geel tot geelgroen
Streepkleur Wit
Hardheid 6 – 6,5
Gemiddelde dichtheid 2,87 kg/dm3
Glans Glas- tot parelglans
Opaciteit Doorzichtig tot doorschijnend
Splijting [001] Duidelijk

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Parel.

Standaard

 categorie :  Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemeen 

.

Een parel is een hard, rond voorwerp dat door bepaalde weekdieren (hoofdzakelijk oesters, soms slakken) wordt gemaakt, en dat opgevist wordt om als sieraad te dienen. De glans van parels hangt van de reflectie en de breking van het licht in de doorzichtige lagen af. Naarmate de laagjes dunner en talrijker zijn, is de glans fijner.

Parels worden verkregen door parelduikers en parelkwekers. Parels zijn vaak rond, maar soms ook onregelmatig van vorm. Traanvormige parels worden vaak als hanger gebruikt. Onregelmatig gevormde parels worden gebruikt in kettingen.

.

.

.

.

.

.

Geschiedenis

.

Hoewel parels binnen 100-105 jaar verouderen, dan bladdert het parelmoer af, heeft men in Pompeï parels gevonden uit het jaar 79 na Christus. Het is waarschijnlijk dat mensen al 6000 jaren parels kennen.  De Egyptenaren waren ermee vertrouwd en ook bij opgravingen in Mexico werden parels gevonden (deze stammen uit 2500 voor Christus).

In India worden parels gebruikt als talisman. Volgens de overtuiging van Mongolen verhoogt afkooksel van parels de kracht van de mannen. Chinezen gebruikten parels in de geneeskunde. Romeinen beschouwden ze als symbool van macht, wijsheid en geluk.

In de 19e eeuw waren parelcolliers en sieraden met mooi gevormde parels een kostbare accessoire. Menige jongedame droeg een collier van onregelmatige maar natuurlijke parels. De kweek van parels bracht de volmaakt ronde en fraai gekleurde gekweekte parel, de zogeheten cultivé, in het bereik van bredere kringen waar parelkettingen soms onderdeel waren van een parure.

.

.

.

.

.

.

Samenstelling

.

Een parel bestaat uit parelmoer; dit is voornamelijk koolzure kalk (in de vorm van aragoniet) en organische hoornstof die de concentrisch om een middelpunt gerangschikte microkristallen aan elkaar kit. Ofschoon de hardheid slechts 2,5 tot 5 op de hardheidsschaal van Mohs is, zijn parels buitengewoon vast. Het is bijna onmogelijk ze met de hand stuk te maken.

De laagjes worden door een hoornachtige stof aan elkaar gekit. Het geheel is het parelmoer. De grootte van de parels varieert van een speldenkop tot een duivenei. De grootste gevonden parel is de Parel van Allah. Een andere grote parel is de Hope Parel.

.

.

Parel van Allah

.

.

.

Hope parel

.

Ontstaan

.

Parels vormen zich in oesterachtige zeemossels, enkele soorten zoetwatermossels en soms ook in slakken. Ze ontstaan als reactie op binnengedrongen vreemde delen tussen de schelp en de mantel of zelfs in het inwendige van de mantel. De buitenhuid van de mantel omsluit echter ook binnengedrongen vreemde voorwerpen. En uit deze kapsels ontstaat de parel. Als de parel op de binnenkant van de schelp groeit, dan moet ze uit de wand worden gezaagd. De vorm is dan slechts half kogelvormig. Deze parels heten blisters of schaalparel.

Soms wordt er ook iets tegen de schelp ingebracht als een soort van kern (heel vroeger was dit zelfs in de vorm van boeddha beeldjes). Het weekdier omvat dit met haar paarlemoer. Wanneer deze blister parel dan geoogst wordt snijden ze hem uit de schelp. De kern wordt verwijderd en het resterende opgevuld met een harde stof.

Hierna wordt de achterkant gedicht met een stuk schelp. Deze bewerkte blister parel noemt men een mabé parel en zo was het eerste kweekproces van zoetwaterparels ontstaan reeds in de 13de eeuw in China. Geschat wordt dat in 1 op de 15000 wilde oesters een parel zit.

Tegenwoordig komen de meeste parels uit kwekerijen. In de natuur komen ze voor in Sri Lanka, de Perzische golf, Saoedi- Arabië, Iran,Oman. Pareloesters groeien op Tahiti en voor de kusten van Japan, Mexico, Panama en Californië. De pareloester Pinctada maxima heeft een diameter van 30 cm en weegt 5,5 kilogram. Hij komt voor langs de kusten van Noord- en West Australië.

De grootste pareloester is Tridacna gigas, met een diameter van een meter en een gewicht van 225 kilogram. Minder bekend zijn de zoetwateroesters uit de Mississippi, en de historische vindplaatsen in Duitsland, Bohemen en het Russische Noorden.

Bijna alle parels worden tegenwoordig gekweekt (‘cultivéparels‘). Hiervoor wordt in de oester een klein korreltje parelmoer gelegd en de parel kan dan na twee jaar of langer geoogst worden. De teelt is door de Japanner Kokichi Mikimoto ontwikkeld en in 1896 gepatenteerd. Bij de zoetwaterparels wordt er geen parelmoer maar mantelweefsel ingebracht, deze worden dus zonder kern gekweekt.

.

.

.

.

tridacna gigas

.

Sierwaarde

.

De sierwaarde van een parel hangt af van zeven factoren, de glans, vorm, kleur, grootte, perfectie en symmetrie en structuur van het parelmoer, waarbij de glans of luster het belangrijkste is. Daarom kan een kleine parel meer waard zijn dan een grote parel. Perfecte ronde parels zijn zeldzaam. Een parel met een zeldzame kleur is ook kostbaarder. Vaak wordt ten onrechte gedacht dat de donkere, Tahitiaanse parels duurder zijn dan witte Japanse of Australische parels.

In vergelijking met dezelfde maat en kwaliteit zijn ze echter even kostbaar. Het is wel zo dat de Tahitiaanse parels meestal groter zijn en daardoor lijken ze duurder. De gekweekte Tahitiaanse parels hebben een minimum grootte van ongeveer 7 mm en gaan tot 15 mm. Er zijn zeldzame exemplaren die nog groter zijn. De Japanse zoutwatercultuurparels starten vanaf ongeveer 2 mm en gaan tot ongeveer 11 mm.

Doorgaans is de parel licht van kleur (zoetwaterparels hebben wit en alle mogelijke roze tinten), maar er zijn er ook met een donkere kleur, de zogenaamde zwarte parels. Dit zijn Tahiti Parels. Deze worden door de zwartkleppige pareloester Pinctada margaritifera, die in de Grote Oceaan leeft, gevormd door de afzetting van een grijze tot zwarte parelmoerstof. Sinds 1963 worden deze oesters gekweekt.

Jonge nog vrijlevende oesterlarven worden gevangen en opgekweekt op mosselgaas. Na drie jaar wordt in de dan volwassen oester een parelmoerkorreltje ingebracht, waarna het nog twee tot drie jaar duurt voordat te zien is of er een parel gevormd wordt. De bekendste zwarte parel is de Azra. Ze vormt het hart in een ketting van de Russische kroonjuwelen.

.

.

.

.

zwarte parel

.

.

.

.

.

Antimoniet

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

.

Antimoniet wordt ook wel stibniet genoemd. De belangrijkste vindplaatsen van antimoniet liggen in Mexico en in de provincie Tjiangsi in China. De rijkste Europese afzettingen bevinden zich in Bohutin en in Milesov bij Pribram (Tsjechië), in de Kleine Karpaten (Slowakije), op Sardinië en in Toscane (Italië), en bij Fojnica, Krupanj en Kostajnik (Servië).

In Roemenië (Baia Sprie en Chiusbaia) worden schitterende drusen van antimoniet gevonden. Antimoniet is het belangrijkste erts voor de winning van antimoon, waarvan het tot 71% bevat. Bijna driekwart van de productie wordt gebruikt voor het maken van diverse legeringen, met name lettermetaal (legering van antimoon en lood).

.

.

l_verzameling_150

.

.

Etymologie

.

Het woord antimoniet komt van het Griekse anthemon, wat bloem betekent en heeft betrekking op de groeivorm van de kristalclusters. De naam stibniet komt van het Griekse stibi en het Latijnse stibium wat antimoon betekent.

.

.

antimoniet

.

.

Chemische eigenschappen

.

chemische formule: Sb2S3

hardheid: 2

dichtheid: 4,6 -4,7

.

.

.

Vindplaats

.

Antimoniet wordt o.a. gevonden in Canada, Mexico, Peru, Japan, China, Duitsland, Roemenië, Italië, Frankrijk en Engeland.

.

.

antimoniet-1

.

.

.

.

pijl-omlaag-illustraties_430109

.

.

JOHN ASTRIA