Maandelijks archief: november 2024

2 Kings,Koningen 11-12 – The power of influence / De kracht van invloed

Standaard

Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

 

.

2 Koningen 11 1 – 15 Athália doodt het ganse koninklijke geslacht, en regeert over Juda
16 – 21 Athália gedood
2 Koningen 12 1 – 3 Joas koning van Juda
4 – 16 De tempel te Jeruzalem hersteld
17 – 18 Aanval van Házaël afgewend
19 – 21 Dood van Joas

.

2 Kings 11-12 – The power of influence

2 Koningen 11-12 – De kracht van invloed

.

Paul LeBoutillier

 

 

 

 

 

 

Wie is Lucifer?

Standaard

categorie : religie

 

 

.

Het verhaal van Lucifer

.

.

lucifer

.

.

.

De oorsprong van Lucifer

.

Om de oorsprong van Lucifer te kunnen vinden, richten we ons tot het Oude Testament. De naam Lucifer is vertaald uit het Hebreeuwse woord “helel”, wat “helderheid” betekent. Deze aanduiding, die dus op Lucifer betrekking heeft, is de uitlegging van de “morgenster” of “zoon des dageraads” die in Jesaja wordt voorgesteld.

“O morgenster, zoon van de dageraad, hoe diep ben je uit de hemel gevallen. Overwinnaar van alle volken, hoe smadelijk lig je daar geveld. Je zei bij jezelf: Ik stijg op naar de hemel, boven Gods sterren plaats ik mijn troon. Ik zetel op de toppen van de Safon, de berg waar de goden bijeenkomen. Ik stijg op tot boven de wolken, ik evenaar de Allerhoogste” (Jesaja 14:12-14).

De context van deze passage slaat op de koning van Babylon zoals hij in zijn trots, zijn pracht en zijn val wordt voorgesteld. Maar de tekst is feitelijk gericht aan de macht die achter de boosaardige Babylonische koning steekt. Geen enkele sterfelijke koning zou beweren dat zijn troon zich boven die van God bevindt of dat hij de Allerhoogste evenaart. De boze macht achter de Babylonische koning is Lucifer, de “zoon des dageraads”.

 

.

.

De geschiedenis van Lucifer

.

Lucifer is gewoon een andere naam voor Satan, die als hoofd van het boosaardige wereldbestel de werkelijke, maar onzichtbare macht is achter de opeenvolgende heersers van Tyrus, Babylon, Perzië, Griekenland, Rome en alle andere kwaadaardige heersers die we in de geschiedenis van de wereld hebben zien komen en gaan. Deze passage gaat verder dan de menselijke geschiedenis en markeert het begin van de zonde in het universum en de val van Satan in het reine, zondeloze firmament vóór de schepping van de mens.

We zien ditzelfde thema in Ezechiël: “De HEER richtte zich tot mij: ‘Mensenkind, hef over de koning van Tyrus een dodenklacht aan:

“Dit zegt God, de HEER: Eens was jij een toonbeeld van perfectie, vervuld van wijsheid en volmaakt van schoonheid. Je leefde in Eden, in de tuin van God, en je was bekleed met een keur van edelstenen: met robijn, topaas en aquamarijn, met turkoois, onyx en jaspis, met saffier, granaat en smaragd, gevat in gouden zettingen. Op de dag dat je geschapen werd lagen ze klaar. Je was een cherub, je vleugels beschermend uitgespreid, je was door mij neergezet op de heilige berg van God, waar je wandelde tussen vurige stenen.

Je was onberispelijk in alles wat je deed, vanaf de dag dat je was geschapen tot het moment dat het kwaad vat op je kreeg. Door al het handeldrijven raakte je verstrikt in onrecht en geweld, en je zondigde; daarom, beschermende cherub, verbande ik je van de berg van God en verdreef ik je van je plaats tussen de vurige stenen. Je schoonheid had je hoogmoedig gemaakt, je had je wijsheid en luister verkwanseld.

Daarom heb ik je op de aarde neergeworpen, als een schouwspel voor andere koningen. Door je grote schuld, door je oneerlijke handel, waren je heiligdommen ontwijd. Daarom liet ik een vuur in je oplaaien dat je heeft verteerd, ik maakte van jou een hoop as op de grond, voor ieder die het wil zien. Alle volken die je kenden staan verbijsterd; je bent een schrikbeeld geworden, tot in eeuwigheid zul je er niet meer zijn.”‘” (Ezechiël 28:11-19).

.

Deze passage lijkt gericht tot de “koning van Tyrus”. In werkelijk is het echter gericht aan degene die achter de boosaardige koning van Tyrus schuilgaat. Deze passage bevat profetieën over Lucifer/Satan, omdat zijn laatste einde nog niet heeft plaatsgevonden en pas na het laatste oordeel zal plaatsvinden (Openbaring 20:7-10), ook al is het zeker dat dit einde op deze manier zal plaatsvinden.

Deze passages in Jesaja en Ezechiël hebben beide niet zozeer betrekking op Lucifer/Satan zelf, maar op zijn werk en zijn planning via aardse koningen en heersers die zichzelf een goddelijke eer toekennen. Zij heersen, bewust of onbewust, feitelijk in de geest van Satan en voor de doelen van Satan.

“Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen” (Efeziërs 6:12).

Satan is de vorst achter de machten van dit bedorven wereldbestel.

Let vooral eens op de volgende uitspraak in de passage uit Ezechiël: “de gezalfde cherub”. Een dergelijke uitspraak zou nooit van toepassing kunnen zijn op een menselijke koning. Nee, deze heeft betrekking op Lucifer/Satan die achter de menselijke koning zit. Deze engel is het hoogste wezen dat de HEER ooit heeft geschapen. De HEER zegt over hem: “Eens was jij een toonbeeld van perfectie, vervuld van wijsheid en volmaakt van schoonheid”.

Satan was het meest wijze schepsel dat God ooit had geschapen. Geen enkele andere engel en geen enkel ander wezen werd geschapen met de intelligentie die God aan dit schepsel had gegeven. God zegt dat dit schepsel “volmaakt van schoonheid” is. Na de Heilige Drie-eenheid – de Vader, de Zoon en de Heilige Geest – is dit wezen tegenwoordig het hoogste wezen.

In Ezechiël 28:14 lezen we:

“Gij waart een gezalfde, overdekkende cherub”. Dit vertelt ons dat we het niet over een menselijke koning hebben.

Het woord cherub is enkelvoud voor cherubim. De cherubim zijn een symboliek voor Gods Heilige aanwezigheid en Zijn onbereikbare grootheid. Deze cherubim nemen een unieke positie in. De “gezalfde, overdekkende cherub” is het beeld dat in de Hof van Eden voor ons geschetst wordt, nadat Adam en Eva waren weggestuurd en God de cherubim had opgesteld om de weg naar de levensboom te bewaken.

Ook toen Mozes de verzoeningsplaat maakte en deze in het Allerheiligste van de tabernakel plaatste, kwam Gods heerlijkheid er naartoe en ontmoette Hij Mozes tussen de cherubim. Zij “overdekten” de verzoeningsplaat met hun vleugels.

We zien dus dat Satan een cherub was en dat zijn taak bestond uit het bewaken van de troon van God Zelf. Zijn taak was de bescherming van Gods heiligheid. Satan nam de hoogste van alle posities in, een positie die hij verachtte en verloor.

We zien hier in Ezechiël een beschrijving van de hoogste van Gods schepsels, een musicus met perfecte wijsheid en onbeschrijflijke schoonheid, en bovendien met een verheven functie. Maar, dit schepsel met al zijn prachtige eigenschappen had ook een vrije wil. Op een dag zei God tegen dit schepsel:

“Er is ongerechtigheid in jou gevonden”.

 

.

.

De status van Lucifer

 

Wat voor ongerechtigheid werd er in hem gevonden? In het boek Ezechiël laat God ons in het prille begin als het ware over Zijn schouder meekijken, zodat we de oorsprong en de schepping van Satan kunnen zien. Maar waarom zegt God dit? Wat is deze ongerechtigheid?

We moeten naar Jesaja 14:13-14 teruggaan, de verzen die ons over de keuze van Lucifer/Satan vertellen. “Ik stijg op naar de hemel, boven Gods sterren plaats ik mijn troon. Ik zetel op de toppen van de Safon, de berg waar de goden bijeenkomen. Ik stijg op tot boven de wolken, ik evenaar de Allerhoogste.” Heb je gemerkt hoe vaak Satan in deze passage eigenlijk “ik zal” zegt? Hij zegt dat hij zijn troon boven Gods sterren zal plaatsen. Het woord “sterren” verwijst hier niet naar de sterren die we ’s nachts kunnen waarnemen. Hiermee worden de engelen van God bedoeld. Met andere woorden: “Ik zal de hemel overnemen, ik zal God zijn”.

Dat is de zonde van Lucifer/Satan en dat is de ongerechtigheid die er in hem werd gevonden. Hij wil geen dienaar van God zijn. Hij wil de dingen niet doen waar hij voor geschapen werd. Hij wil zelf gediend worden en er zijn miljoenen mensen die ervoor gekozen hebben om juist dat te doen: hem dienen. Zij hebben naar zijn leugens geluisterd en ervoor gekozen om hem te volgen. Eva geloofde de leugen dat zij net als God zou zijn. De reden dat Lucifer/Satan haar met die leugen verleidde was dat dit precies datgene is wat hij zelf wil: God zijn.

 

.

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

.

 

 John Astria

John Astria

 

De Maria verschijningen in Banneux

Standaard

categorie : religie

 

 

 

.

 

Onze-Lieve-Vrouw, Maagd der armen te Banneux

 

 

Banneux, België

Mariaverschijning 15 januari – 2 maart  1933

Aan Mariette Beco

 

.

Banneux (ook wel Banneux Notre-Dame) is een dorp bij Louveigné in de gemeente Sprimont in de Belgische provincie Luik. Het ligt tussen Luik en Spa.

Van 15 januari tot 2 maart 1933 verscheen de Maagd Maria acht keer aan Mariette Beco, een meisje van 11 jaar oud. Mariette Beco werd geboren als oudste van een gezin van zeven kinderen op 25 maart 1923. Het gezin woonde in een bescheiden arbeiderswoning aan de bosrand, buiten het dorp van Banneux.

.

.

.

.

.

De verschijningen

.

.

Eerste dag

Op 15 januari 1933 om 19:00u ’s avonds verschijnt een mooie Dame in de tuin van het huis. Zij wenkt Mariette om naar buiten te komen, maar de moeder van Mariette is bang en verbiedt het kind naar buiten te gaan.

.

.

Tweede dag

Woensdag 18 januari, 19:00 uur, Mariette is in de tuin. Zij knielt en bidt. Plotseling gaat Mariette van de tuin de weg op, terwijl ze de Dame volgt. Tot twee keer toe valt ze op de knieën. Een derde keer knielt ze dicht bij een kleine bron die door de hoge wegberm sijpelt. De Dame zegt: “Steek uw handen in het water.” Mariette doet het. Zij herhaalt de woorden die de Dame tegen haar zegt: “Deze bron is Mij voorbehouden.” De verschijning verdwijnt dan met de woorden: “Goede avond. Tot ziens.”

.

.

Derde dag

Donderdag 19 januari is het slecht weer. Mariette knielt rond 19:00 uur op het tuinpad. De Dame verschijnt. Mariette vraagt haar: “Wie bent u, mooie Dame?” “Ik ben de Maagd der Armen” Daarop leidt Maria het kind langs de weg naar de bron. Mariette vraagt nog: “Mooie Dame, gisteren hebt u gezegd: deze bron is aan mij voorbehouden. Waarom aan mij?” Terwijl zij dit vraagt, duidt Mariette zichzelf aan. Met een glimlach antwoordt O.-L.-Vrouw: “Deze bron is voorbehouden voor alle naties… voor de zieken…” Mariette antwoordt met “dank u”. Maria voegt er nog aan toe: “Ik zal voor je bidden. Tot ziens.”

.

.

Vierde dag

Vrijdag 20 januari blijft Mariette de hele dag in bed, ze heeft die nacht slecht geslapen. Even voor 19:00 uur staat ze op, kleedt zich aan en gaat naar buiten. Wanneer O.-L.-Vrouw verschijnt, roept Mariette: “Daar is zij!” Zij vraagt: “Wat verlangt u, mooie Dame?” Glimlachend antwoordt O.-L.-Vrouw: “Ik zou een kleine kapel willen.” Maria strekt dan de handen uit en zegent het kind.

Gedurende drie weken onderbreekt Maria haar bezoek. Mariette blijft echter trouw: elke avond om 19:00 uur gaat ze bidden in de tuin.

.

.

Vijfde dag

Zaterdag 11 februari is Mariette weer neergeknield in de tuin. Plots staat het meisje op en begeeft zich op weg naar de bron. Ze knielt weer twee keer en steekt de handen in het water. Ze maakt een kruisteken. Ze loopt plots terug naar huis en huilt. Zij begrijpt niet wat de Dame heeft gezegd: “Ik kom het lijden verlichten. Tot ziens” Ze begrijpt het woord ‘verlichten’ niet.

.

.

Zesde dag

Weer gaan drie dagen voorbij. Op woensdag 15 februari verschijnt O.-L.-Vrouw voor de zesde keer. Mariette brengt de vraag van kapelaan Jamin over: “Heilige Maagd, mijnheer kapelaan heeft me gezegd u een teken te vragen.” Maria antwoordt: “Geloof in Mij, Ik zal in u geloven.” Zij voegt er nog aan toe: “Bid veel. Tot ziens.” O.-L.-Vrouw vertrouwt het kind ook nog een geheim toe.

.

.

Zevende dag

Op maandag 20 februari ligt er sneeuw en ijs: het is bitter koud. Zoals gewoonlijk is de mooie Dame neergedaald en leidt zij het kind naar de bron. Bij de bron gekomen zegt de H. Maagd, glimlachend zoals altijd: “Mijn lief kind, bid veel.” Dan glimlacht zij niet meer en zegt, voordat ze weggaat, met ernstige stem: “Tot ziens!”

.

.

Achtste dag

Mariette wacht tien dagen voor ze Maria  terugziet, en nu voor de laatste keer. Zij verschijnt op donderdag 2 maart. Het regent onafgebroken sinds 15:00 uur. Mariette gaat naar buiten om 19:00 uur. Ze is al aan het derde rozenhoedje bezig wanneer het plotseling ophoudt met regenen. Mariette zwijgt, strekt de armen uit, staat op, zet een stap en knielt weer. Terug thuis brengt ze de Boodschap van de Maagd der Armen over: “Ik ben de Moeder van de Verlosser, Moeder van God!” Maria legt haar de handen op en zegt: “Bid veel. Vaarwel!”

.

 

 

 

 

 

Tussen 15 januari en 2 maart 1933 is Maria acht keer aan Mariette Beco verschenen. Bij de zesde verschijning zou zij aan het twaalfjarige meisje een geheim hebben toevertrouwd, dat die echter nooit bekend gemaakt heeft. Ook wijst Maria haar een geneeskrachtige bron aan “om het lijden te verlichten”, waarvan het water naar Christus verwijst, de bron van levend water.

Bovendien vraagt de verschijning om een kapel. Bij de laatste verschijning zegt Maria: “Ik ben de moeder van de Verlosser, de Zoon van God. Bidt vurig.” Dan spreekt ze het afscheidswoord ‘Adieu’ met een zegen voor Mariette. Het meisje valt flauw en ziet Maria ‘de mooie dame’ niet vertrekken. Toch wist ze dat dit de laatste keer was door het woord ‘adieu’.

De vorige keren had Maria steeds ‘Tot ziens’ gebruikt. Na de verschijningen wordt Mariette enige jaren achtereen onderworpen aan allerlei testen. Dokters en psychiaters onderzoeken haar, maar niemand vindt ook maar een spoor van hysterie of fantaserende leugenachtigheid. In 1943 erkent de bisschop van Luik, mgr. Kerkhofs, de verschijningen.

Maria is daar op de eerste plaats verscheen om de mensen te troosten. Want vandaag is Banneux een aardig dorpje, maar toen was het er straatarm. Voor veel moderne gelovigen, onder wie ook bisschoppen, zijn Maria-verschijningen iets van heel ver weg en lang geleden. En dat moet vooral zo blijven.

Wij menen Maria niet meer nodig te hebben en zouden ons eigenlijk geen raad weten. Ze zou maar storen. Maria maakt zich hier echter in 1933 bekend als de ‘maagd der armen’, op een plaats en tijd dat alle mensen, de gewone gelovigen maar ook hun pastoor en bisschop, nog door en door gelovig zijn. Maria uit bovendien geen kritiek op de Kerk, zoals zij bij eerdere verschijningen gedaan had.

.

.

.

.

 

.

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

.

 

 

Atacamiet

Standaard

categorie : Sieraden, juwelen, mineralen en edelstenen

.

.

Algemene informatie

.

Atacamiet is een groen, koperhoudend mineraal. Het is redelijk zeldzaam en vernoemd naar de vindplaats, de Atacamawoestijn, in Chili. De naam werd gegeven door D. De Gallizen in 1801.

De kleur van het mineraal is doorgaans donkergroen. Atacamiet is een relatief zeldzaam mineraal, hoofdzakelijk bestaande uit kopermineralen die in droge klimaten geoxideerd worden.

.

.

atacamiet-1

.

.

atacamite-235102

.

.

.

.

.

.

Chemische eigenschappen

.

Het mineraal  atacamiet is een koperchloorhydroxide met de chemische formule  Cu2Cl(OH)3.

hardheid: 3 – 3,5

dichtheid: 3,745 – 3,776

.

.

.

.

atacamit5_880

.

.

.

.

.

.
pijl-omlaag-illustraties_430109

.

.

JOHN ASTRIA

Gewone duivenkervel : Fumaria officinalis

Standaard

categorie : Kamerplanten en bloemen

 

 

 

134533791-iigmp43v-2011041301gewoneduivenkervel

 

 

Goed te herkennen aan
– de rijkbloemige trossen donkerroze of rozerode bloemen,
– die een donkerrode top met groene verdikking hebben

 

 

519915736

 

 

 

Algemeen

 

Gewone duivenkervel is eenjarig, teer plantje van 10 tot 50 cm hoog. Ze is vrij algemeen, maar zeldzaam in het zuiden van Groningen en Friesland, in Drenthe, Overijssel, de IJsselmeerpolders, Zeeland en grote delen van Utrecht en Gelderland. Ze groeit op omgewerkte, vochtig tot droge, voedselrijke grond, vooral op akkers en (moes)tuinen.

 

 

 

 

 

Bloem

 

Gewone duivenkervel bloeit vanaf mei tot in de herfst. De bloemen zijn donkerroze tot rozerood en staan met meer dan 15 bij elkaar in een tros. Ze hebben een donkerrode top met groene verdikking. De 2 kelkbladen (eerst doorzichtig wit, later roze) zijn 2 tot 3 mm lang en bedekken niet de hele breedte van de bloem. De kelkbladen van middelste duivenkervel zijn breder en bedekken vaak wel de hele breedte van de kroon.

 

 

 

 

 

Toepassingen

 

Gewone duivenkervel heeft tonische, bloedzuiverende, eetlustopwekkende en vochtafdrijvende eigenschappen. In de fytotherapie wordt ze gebruikt bij lever- en galaandoeningen en ter bevordering van de spijsvertering. In de volksgeneeskunde en homeopathie bij chronische huidaandoeningen. In de reguliere geneeskunde wordt gewone duivenkervel gebruikt bij de vervaardiging van een geneesmiddel tegen psoriasis.

 

 

 

 

 

Algemeen

 

papaverfamilie (Papaveraceae)
– eenjarig
– vrij algemeen tot zeldzaam
– 10 tot 50 cm

Bloem
– donkerroze tot rozerood
– vanaf mei tot in de herfst
– tros
– gespoord
– 7 tot 8 (9) mm
– 4 kroonbladen, vergroeid
– 2 kelkbladen
– 6 meeldraden
– 1 stijl

Blad
– verspreid
– samengesteld
– dubbel geveerd
– top met spitsje
– rand gaaf
– voet wigvormig
– handnervig
– blauwgroen

Stengel
– rechtop of opstijgend
– glad en kaal

zie wilde bloemen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

JOHN ASTRIA

2 Kings-Koningen 8 – 10: The judgment of Jehu / Het oordeel van Jehu

Standaard

Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

 

.

2 Koningen 8 1 – 6 De Sunamietische vrouw ontvangt haar goederen terug
7 – 15 Házaël koning van Syrië
16 – 24 Jehóram koning van Juda
25 – 29 Aházia koning van Juda
2 Koningen 9 1 – 13 Jehu koning van Israël
14 – 37 Dood van Joram, Aházia en Izébel
2 Koningen 10 1 – 17 Verdelging van het geslacht Achab
18 – 33 De profeten van Baäl uitgeroeid
34 – 36 Jehu’s dood

.

2 Kings 8-10: The judgment of Jehu

2 Koningen 8-10 : Het oordeel van Jehu

 

Paul LeBoutillier

 

 

 

 

 

 

 

2 Kings 6-7 God is able / God is in staat

Standaard

Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

 

.

2 Koningen 6 1 – 7 Elísa doet ijzer op het water drijven
8 – 33 De Syriërs met blindheid geslagen
2 Koningen 7 1 – 20 De wonderbare redding van Samaria

 

.

2 Kings 6-7: God is able

2 Koningen 6-7: God is in staat

.

Paul LeBoutillier