Tagarchief: visioen

The Priest who spoke with Jesus Christ!

Standaard

Religie

 

 

The Priest who spoke with Jesus Christ!

 

 

 

 

 

Wat is het boek der Openbaring ?/ What is the book of Revelation ?

 

De Openbaring is het laatste boek van het Nieuwe Testament en de Bijbel. Het werd geschreven door de apostel Johannes op het eiland Patmos, een eiland in de Egeïsche Zee vlakbij Turkije. Het boek is gedateerd in 96 NC, alhoewel er ook argumenten zijn voor een vroegere datum. Omdat de teksten in het Grieks geschreven zijn, noemt men het boek ook de Apocalyps.

Hedendaags gebruikt men dit woord wanneer men de klemtoon wil leggen op een grote  ramp. Het is een profetisch boek en bevat 22 hoofdstukken. God openbaart Johannes via een visioen geheimen over de eindtijden, gebeurtenissen die de mens zijn verstand te boven gaan.

  • Johannes 17 : 3 > ‘’dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de  enige ware God en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus.‘’
  • Openbaring 1 : 3 > ‘’gelukkig is hij die deze profetische woorden van de Here voorleest; en dat geldt ook voor de mensen die ernaar luisteren en het zullen onthouden. Want de tijd dat deze dingen werkelijkheid worden, komt steeds dichterbij.‘’
  • Openbaring 22 : 7 > Jezus zegt : ‘’ ja, ik kom gauw. Gelukkig is hij die de profetische woorden van dit  boek onthoudt.‘’

 

Dit zijn citaten uit de Bijbel waarin God de mens aanmaant kennis in zich op te nemen over zichzelf en Jezus Christus. Wie God zoekt zal hem vinden. Het is aan de mens om de eerste stap te zetten. Wanneer we God om inzichten vragen zal de Heilige Geest ons geestelijk denken verlichten. Het onbegrijpelijke wordt plots of op het gepaste moment verstaanbaar.

In het eerste en het laatste hoofdstuk van de Openbaring zegt Christus tot twee maal toe dat het lezen ervan een zegening geeft. Het woord van God, de Bijbel, is meer dan de traditionele preken en parabels die we al jaren kennen.

Kennis opnemen van God is niet alleen bestemd voor theologen, maar voor iedereen. Door die opname van kennis krijgen we inzichten in het verleden en heden waardoor we met een gerust hart en vertrouwen de toekomst tegemoet kunnen gaan.

 

 

 

God geeft kennis over

 

-zijn doel met deze wereld

-de toekomst van Israël en de wereld

-het mysterie van het goede en het kwade

-de bestraffing van het goede en de bestraffing van het  kwade

-de toekomstige natuurrampen en oorlogen

-de wederkomst van de Messias

-de dag des oordeel

-het uitzicht in de hemel en zijn troon

-de nieuwe  hemel en de nieuwe aarde

 

 

De Openbaring is moeilijk te begrijpen door de vele mystieke symbolen in de teksten en de verwijzingen naar het Oude Testament. De geschiedenis van Israël is een leidraad doorheen de 22 hoofdstukken. Jeruzalem wordt het centrum van Goddelijke theocratie voor gans de wereld.

 

 

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

 

pijl-omlaag-illustraties_430109

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

JOHN ASTRIA

Tweede Miniatuur: eerste visioen van het eerste boek

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

.

.

Hildegard von Bingen

.

.

eerste visioen van het eerste boek

.

Deze miniatuur hoort bij het eerste visioen van het eerste boek van het driedelige werk Scivias. Het eerste boek bevat zes visioenen, die met negen miniaturen verlucht zijn.

.

In dit eerste visioen gaat het om de ontmoeting van God en de mens Hildegard. Terwijl Hildegard de Stem hoorde van Hem die op de berg zat, kregen die woorden de vormen en kleuren als in deze miniatuur weergegeven.

En de doordringende Stem sprak:

“Gebrekkige mens, stof van aardse stof, as van as, roep en spreek er over, hoe men in de verlossing welke alles herstelt, binnengaat. Stort jezelf uit als een overmatig rijke bron en doe deze van geheimen zwangere leer uitstromen, opdat door deze watervloed de priesters opgeschrikt worden die hun plicht verzaken en die ook nog vanwege de zonde van Eva jou als vrouw minderwaardig vinden. Wat je nu hoort en ziet, ontvang je niet door een mens, maar door de vreeswekkende hemelse Rechter wordt je dit van bovenaf gegeven, waar dit sterke licht steeds weer onder de voeten van de Lichtende die zetelt op de troon, in volle klaarheid opvlamt. Verkondig wat je nu geleerd hebt, hoe God die Zijn schepping met macht en goedheid regeert al degenen die Hem vrezen en Hem deemoedig dienen, overstroomt met hemelse verlichting en hen zo, als zij volharden op de weg der gerechtigheid, voert tot de vreugde van de ware aanschouwing’”.

In welke beeldvormen is deze toespraak in de geest van Hildegard geëtst? Om te beginnen: de stem van de openbaring komt van bovenaf. Zij ziet een hoge berg, een onwrikbaar volume met de kleur van ijzer. Deze kleur wordt een van de kern begrippen in heel de miniaturenserie. Hier is ijzer weergegeven met de kleur grijs, maar later zal dit bladzilver zijn.

Die ijzerkleurige berg is door zwarte lijnen in zeven heuvelen verdeeld. Waarom zeven? Het getal zeven komt in de Bijbel veelvuldig voor. Het duidt op een verandering, die na een periode zal aanbreken, met een nieuw begin als gevolg. Het is voor ons gemakkelijk aan te voelen, waarom voor de troon van de hoogste Rechter een berg getekend is. Hoeveel te meer dan voor mensen, die leefden van de Bijbel en zijn beelden.

Is de berg Sinaï niet de troon van God?  God gebruikt de berg als Zijn zetel en Hij verschijnt volledig in een gouden kleur, die nog sprekender gemaakt is door de rode lijnen die licht en vuur suggereren: een poging om het oogverblindende zo sterk mogelijk uit te beelden. Ook bij ons verwijst zo’n berg-zetel naar iemand die macht bezit.

“Maar”, zegt de hemelse Stem, “God regeert niet alleen met macht maar ook met goedheid!” Dit is aanschouwelijk voorgesteld door twee grote vleugels die zich van Gods schouders uitstrekken. Dat vleugels goedheid en bescherming kunnen uitbeelden, behoeft geen betoog, maar het is een originele vondst van de miniaturist de grote goedheid van God weer te geven door de vleugels het eigenlijke kader van de miniatuur ver te laten overschrijden. Deze uitbeeldingswijze zullen we ook in andere miniaturen tegenkomen.

Nu zegt de Stem, dat God diegenen met Zijn hemels licht overstroomt, die Hem vrezen en deemoedig dienen. Deze twee zielshoudingen zijn noodzakelijk om met God in contact te kunnen treden. Want men kan God wel vrezen en Hem toch niet dienen; denken we slechts aan de gevallen engelen.  De psalmist zegt immers van de deugd om God te vrezen: de Vreze des Heren is het begin van alle Wijsheid (ps. 110).

We zullen in een der laatste visioenen van Scivias de enorme betekenis van deze deugd ontdekken, doordat zij daar bij de gaven van de H. Geest behandeld wordt, omdat de Mensenzoon haar als garantie van Zijn zending aangehaald heeft (Luc. 4,18 – Is. 61,1-2).

Hier is deze deugd voorgesteld als een mensenfiguur die geheel overdekt is met een gekleurde tule, waarop aan alle kanten open ogen geborduurd zijn. Daardoor is haar waakzaamheid tegen het kwaad en haar streven naar het goede duidelijk aangegeven.

De andere figuur, een kind met een matkleurig kleed, duidt op de Armoede van Geest. Ze draagt witte schoenen, omdat ze graag de voetstappen van Gods Zoon volgt. Het is dit figuurtje, dat bijna hulpeloos haar handen in biddend gebaar ophoudt, dat rechtstreeks van de voeten van de Hemelse Vader met een gouden lichtstroom overgoten wordt, en wel zozeer, dat het gezicht niet eens meer te onderscheiden valt. Zo volkomen wordt haar geringheid opgenomen in de goddelijke liefdegloed.

We merken op dat rondom elk der twee figuren bundels licht met sterren geschilderd zijn. De tekst van Scivias zegt: allen die God vrezen, worden door Gods genade verlicht om hun goede werken te kunnen verrichten. Maar de mystieke begenadiging, rechtstreeks komend uit Gods licht, is alleen voor hen die dit geschonken krijgen als een charismatische gave ten bate van heel de Kerk.

In de berg, of beter in de zeven heuvels ziet men tien maal twee hoofden in een venster afgebeeld, en bij goed toezien bemerkt men, dat het ene hoofd twee rode koontjes heeft en het andere bleek is. Dit moet laten zien, dat er zielen zijn, die gezond zijn en volharden op de weg der gerechtigheid en weer anderen die lauw en slap zijn.

Ja, zegt de verklaring van Hildegard, Gods kennis kent de waarde van iedere ziel. En juist het mysterie van de vrije wil van ieder mens speelt een belangrijke rol in heel het betoog van het boek Scivias. Deze miniatuur, eenvoudig van opzet, is met weinig commentaar te begrijpen. De volgende is moeilijker maar ook mooier.

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

JOHN ASTRIA

 

 

 

De geestelijke ontwikkeling van de mens.

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

 

 

.

 

hildegard von bingen

 

.

 

De geestelijke wereld

.

In het gedachtengoed van Hildegard staat de persoonlijke verantwoordelijkheid van de mens in het middelpunt; het gaat op de weg door dit bestaan om de ontwikkeling van de deugden door een juiste keuze te maken tussen goed en kwaad, met het doel de hemel op aarde te brengen en die ook te bereiken.

.

 

1. Geest, ziel en lichaam

.

Dat er met de mens een verhouding tussen geest, ziel en lichaam samenhangt, wordt wel genoemd, maar niet verder uitgewerkt.
Zie artikel ” de geestelijke wereld “.

.

 

scivias-t-11

.

 

 

2. De geestelijke vermogens

.

De eigenschappen van de geestelijke vermogens worden opgesomd in de tekst bij het visioen Scivias Boek II,2:
Er is namelijk sprake van: licht en warmte (vuur), dat doordringend en doordringbaar is (zelfvormend en vormbaar) wat de eigenschappen van de geestelijke vermogens zijn:

 

.

licht en warmte vermogens voortbrengselen
vormbaar licht
zelfvormend licht
vormbare warmte
zelfvormende warmte
waarnemen
denken
voelen
willen
ervaringsbeelden
denkbeelden
gemoedstoestand
krachtstoestand

 

 

.Dan wordt de betekenis van de Heilige Drievuldigheid besproken:

.
Het allerhelderste licht is ‘zonder smet van bedrog’ (is de waarheid) en duidt de Vader aan.
(Vader – waarheid: denken)
Het allerzoetste rode vuur is ‘zonder smet van sterfelijkheid’ (is de levenskracht) en ‘zonder smet van duisternis’ (is het bewustzijn) en duidt de Heilige Geest aan.
(Heilige Geest – bewuste kracht: waarnemen, willen)
De mensengestalte is ‘zonder smet van verharding’ (is de zachtmoedigheid) en duidt de Zoon aan, uit de Vader geboren.
(Zoon – zachtmoedigheid: voelen)
De Vader en de Heilige Geest worden kenbaar gemaakt door de Zoon.

 

.

Vader
Heilige Geest
Zoon
waarheid
bewustzijn en kracht
zachtmoedigheid
denken
waarnemen en willen
voelen

 

 

.

In het Liber Divinorum Operum bij visioen 1

 

ldo-visioen-1

 

.

 

ldo-visioen-1-b

.

 

“Ik ben de rationalitas (‘berekenen’, denken), die de wind van het klinkende woord bevat, de woorden van de redelijkheid waardoor elk schepsel is gemaakt. Maar ik ben ook officialis (‘dienstvaardigheid’, voelen). Want de levende dingen branden dankzij mij. Ik ben dienaar en toeverlaat.
En ik ben het equalis leven (‘equalis’: a. ‘van het paard’: willen; b. ‘van de ruiter’: waarnemen) in eeuwigheid, dat niet ontstaan is en niet zal eindigen. En datzelfde leven is de zich bewegende en werkende God, en toch is dit leven één in deze drie krachten (de geestelijke vermogens).”

 

.

rationalis
equalis
officialis
denken
waarnemen en willen
voelen

 

 

.

Het Liber Divinorum Operum, visioen 4

 

 

ldo-visioen-4

 

.

Het vierde visioen van het Liber Divinorum Operum is geheel gewijd aan het bezielde schepsel, de mens. Het visioenbeeld geeft in metaforen te kennen, hoe de ziel (geest) in het lichaam werkt. De ziel heeft twee krachten, waardoor zij zowel het werk als de rust van haar ijverig streven met gelijke sterkte beheerst. Met de ene (kracht) stijgt zij omhoog, waar zij God ervaart.

Met de andere (kracht) neemt zij het gehele lichaam waarin zij bestaat, in bezit om daarin te werken.
Want het is de ziel tot vreugde om in het lichaam werkzaam te zijn. Daartoe is het immers door God gemaakt. En door dat werk van het lichaam snelt de ziel (geest) naar haar vervolmaking.

Het menselijke lichaam is als het ware een afspiegeling van de geschapen wereld als geheel, het universum. In haar visioen zag Hildegard de mensengestalte staande in het midden van de cirkels der elementen. Zoals de armen en benen het lichaam van de mens in evenwicht houden temidden van alle natuurkrachten, zo houdt de ziel het innerlijk van de mens in evenwicht.

Maar zoals het lichaam gemaakt is om te bewegen, zo staat ook de ziel niet stil. Zij is voortdurend in beweging, net zoals de winden in het uitspansel, die het wereldgebouw in evenwicht houden. De ziel vliegt in de mens met vier vleugels (bewegen: willen), namelijk met het waarnemingsvermogen(sensualitas), met het verstand (intellectus, denken) en met de kennis van het goede en het kwade (scientia boni en scientia mali, voelen).

Zo werkt de ziel met de zintuiglijke waarneming volgens de smaak van het vlees; door het verstand onderscheidt zij waarlijk haar werken, of die God of de mensen welgevallig zijn. Door de twee vleugels der kennis, namelijk van het goede en kwade, voltooit de mens elk werk in de ziel, waardoor de innerlijke verscheidenheid ervan getoetst wordt: welke werken door de geest verlossing door God verlangen, welke door het vlees het eerbetoon eigenlijk van de mensen begeren.

 

 

.

3. De geestelijke ontwikkeling (en)

.

4. De geestesgesteldheid van onbewuste vereenzelviging,

gehechtheid, eenzijdigheid (en)

.

5. Bewustwording, bevrijding, zelfverwerkelijking

 

.

In de drie visioenen die in Scivias Boek I ( miniaturen T5,T6 en T7) staan beschreven, wordt aan Hildegard de kringloop van de menselijke geest getoond. Deze begint in de algeest (het vierkant dat zich naar alle zijden uitstrekt), van waaruit de menselijke geest (de vurige bol) door zijn moeder heen in een lichaam op aarde wordt geboren.

Daar moet de geest zich staande zien te houden in de druk die van de tijd als stroom van gebeurtenissen uitgaat. Als de mens erin slaagt bij zichzelf te komen en zich geestelijk te ontwikkelen, bereikt hij het doel: zelfverwerkelijking. Bij het overlijden wordt hij opgevangen door geesten met wie hij nu overeenstemt door zijn ontwikkeling; door hen wordt hij naar zijn eigen wereld gevoerd. Is dat een lichte wereld, dan kan hij in het paradijs weer met God worden herenigd.

.

 

 

Sivias T5 : geboorte uit de hemel en de levensweg op aarde

 

.

scivias-t5

 

.

“En nadien zag ik een bijzonder grote en heldere schittering die leek op te vlammen (een kracht), met vele ogen (is alziend, m.a.w. een bewuste kracht), en die vier hoeken had die naar de vier uithoeken van de wereld (alomtegenwoordig) gekeerd waren (m.a.w. de vierhoek is de algeest): in die schittering, die het geheim van de hoogste schepper aanduidde, werd me een heel groot geheim onthuld. En daar binnenin die schittering verscheen ook een andere schittering, gelijkend op die van de ochtendgloed en die de helderheid van een purperen schittering bevatte (en vele, vurige bollen: de wereld van de menselijke geesten in de algeest).”

(De ‘ochtendgloed’ of ‘morgenrood’ is een beeld van Jezus. Het hoofdje dat in de baan te zien is, is de geest van Jezus, de heilige geest, die als volmaakte geest naar de aarde afdaalt.)

“En zo zag ik … een vrouw (op aarde) die in haar buik … de volledige gestalte van een mens droeg. En zie, door een geheim raadsbesluit van de hoogste schepper begon deze gestalte hevige, levengevende bewegingen te maken en wel zo dat een vurige bol (bol van licht en warmte, een menselijke geest uit de geestelijke wereld), die niet de vorm van een menselijk lichaam had, (door de verbinding afdaalde en) het hart van deze gestalte in bezit nam en diens hersenen bedekte, en zich in al zijn ledematen verspreidde (de indaling van de geest in het lichaam).

En daarna kwam diezelfde mensengestalte, die aldus tot leven werd gewekt, uit de schoot van deze vrouw en dit in overeenstemming met de bewegingen welke die bol (de geest) in diezelfde mensengestalte veroorzaakte; en in overeenstemming met die bewegingen veranderde die mensengestalte ook van kleur.

En ik zag dat de vele wervelwinden (zintuiglijke ervaringen) die deze bol binnendrongen – de bol welke nog altijd in dat lichaam bleef – hem naar de aarde deden afbuigen (de onbewuste vereenzelviging); maar deze bol, die weer op krachten was gekomen, richtte zich moedig op en weerstond krachtig die wervelwinden en zei, al klagend: Waar ben ik, ik die verdwaald ben? In de schaduw van de dood.” (de zelfbewustwording).

En zie, ik zag op aarde mensen die in hun kannen melk droegen en daar kazen van maakten (verwerking van ervaringen tot persoonlijkheidstrekken: de ‘kazen’ zijn ‘witte bollen’: de geest); één deel ervan was vet en dik, en daaruit werden sterke kazen (krachtige geest) gemaakt; het andere deel was licht en dun, en daaruit werden zwakke kazen gestremd (zwakke geest); en een deel was vermengd met vies slijm, het was besmet en daaruit werden bittere kazen gemaakt (kwaadaardige geest).”

“En jij nu mens, die dit ziet, sta er ook bij stil, want ‘de vele wervelwinden die deze bol binnendringen – de bol die nog altijd in dat lichaam blijft – doen hem naar de aarde afbuigen’ (maakt de geestesgesteldheid zintuiglijk: de onbewuste vereenzelviging): dit betekent dat de menselijke ziel, wanneer de mens nog in zijn lichaam leeft, door vele onzichtbare verleidingen wordt geboeid, die haar door het genot van de zintuigen vaak doen afbuigen naar de zonden van de aardse genietingen.”

 

.

De rechter helft van de miniatuur, die uit vijf afbeeldingen bestaat, toont de levensweg van de mens. De onderste drie laten de beproevingen zien die de mens op aarde heeft te verduren om zich staande te houden tegenover allerlei verleidingen.
De vierde afbeelding toont de mens die tot bezinning is gekomen en besluit zich weer tot God te richten. De bovenste toont de mens die de geestelijke vermogens (de vleugels) tot ontwikkeling heeft gebracht en zich daardoor niet meer laat afleiden van de rechte weg. Zijn lichaam is een tempel Gods geworden.

 

.

 

Scivias T6 : de beproefde, zich tot God richtende mens bij zijn gang over de aarde

 

.

scivias-t-6

 

.

“Maar met herstelde krachten richt ze zich moedig op en verzet zich er krachtig tegen’: dat is omdat de gelovige en beproefde mens, ook al heeft hij gezondigd, vaak dankzij de gave Gods tot inkeer kan komen en zijn zonden verlaten (zelfbewustwording en zelfverwerkelijking); en omdat hij, door zijn hoop in God te stellen, de misleidende verlokkingen van zich af kan zetten, op voorwaarde dat hij zijn schepper trouw blijft zoeken – net zoals de gelovige mens, die hierboven aan het woord is, in haar klacht over haar beproeving heeft aangetoond.”

Dit visioen toont de mens die op aarde aan verleidingen blootstaat, maar die zich vastberaden tot God wendt (de opgeheven handen beduiden een biddende houding).

 

 

.

Scivias T7 : overlijden en terugkeer naar huis

 

.

scivias-t-7

 

.

“Wat nu het volgende betreft, ‘dat een andere bol (geest) zich losmaakte uit de omtrekken van zijn eigen vorm en haar eigen knopen losmaakte’: dat is omdat die ziel de lichamelijke leden van haar woonplaats (het lichaam) achter zich laat en ook de verbinding tussen deze ledematen verlaat, op het ogenblik dat de ontbinding van deze woonplaats is aangebroken; en ‘dat zij zich ervan losmaakte en haar woonplaats aan ontbinding overliet’: dat is omdat zij, wanneer zij zich uit haar lichaam verwijdert, de plek van haar woonplaats laat instorten, wat haar vrees inboezemt, omdat zij het naderende oordeel van de opperste rechter tegemoet moet zien, omdat zij dan de waarde van haar werken zal inzien, op basis van het rechtvaardige oordeel van God.

En hierom ook is het dat, ‘wanneer de ziel aldus ontbonden is, dat zowel lichtgevende als duistere geesten naderbij treden, die de bol (menselijke geest) vergezeld hadden zolang zij zich nog in die woonplaats bevond’: omdat op het moment van die ontbinding, wanneer de menselijke ziel zijn woonplaats verlaat, engelachtige geesten, zowel goede als slechte, in overeenstemming met de rechtvaardige en juiste beschikking van God, aanwezig zijn; en ‘ze wachten op de losmaking, zodat ze haar, zodra zij volledig ontbonden is, met zich kunnen meevoeren’:

zij wachten immers eveneens op het oordeel van de rechtvaardige rechter over deze ziel op het ogenblik van de scheiding van de ziel van haar lichaam, zodat ze haar, gescheiden van haar lichaam, naar de plek kunnen voeren waar zij zal worden geoordeeld door de opperste rechter volgens de verdiensten van haar eigen werken, net zoals het u, o mens, hierboven waarheidsgetrouw werd getoond.”
(namelijk naar de duistere gebieden, de middelste afbeelding op de miniatuur, of naar de lichte gebieden, de bovenste afbeelding).

 

.

 

Scivias T25 : de vrije keuze van de mens

 

.

scivias-t25

 

.

Een lieflijke, vergulde vrouwenfiguur staat hier omgeven door zes engelen, terwijl rechts van haar zes welwillende gelovigen naderen en links drie personen zich vijandig gedragen. Deze mensen komen vanuit het noordrijk van de duivel en het ongeloof de Stad Gods binnen door de poort die zich bevindt tussen de toren van Gods raadsbesluiten en de zuil van Gods Woord. Hier gebeurt eigenlijk iets heel belangrijks in de geschiedenis van de Verlossing.

Hildegard geeft deze Godskracht of deugd, de naam van Scientia Dei dat is het ‘Weten van God’ of de ‘Godskennis’. Maar dit begrip van kennen wordt in dubbele zin gebruikt. Op de eerste plaats het kennen of het weten van God, wie aan Zijn uitnodiging gehoor geeft en geloof schenkt aan de openbaring. Op de tweede plaats betekent dit het weten van de mens over God. Het antwoord van de mens, die uit vrije wil geloof schenkt aan de openbaring van het Woord Gods.

Hier komt de scheiding der geesten: zij die goed willen, ontvangen als bij het bruiloftsmaal het feestkleed, maar zij die zonder kleed binnendringen, worden teruggedreven. Het is waar dat de Heer de armen van de straat, de ongelukkigen door zijn dienaars liet ophalen, opdat zijn feestzaal vol zou raken. Van ieder wordt echter verwacht dat hij komt in een feestkleed. De uitnodiging is een genadegeschenk, maar men moet er wel gevolg aan willen geven.

Nog een ander belangrijk aspect van de roeping tot het koninkrijk Gods komt hier naar voren: Velen zijn geroepen maar weinigen uitverkoren om deel te nemen aan de uitvoering van Gods plannen. God heeft enkelen uitverkoren om zijn medewerkers te worden in de verwerkelijking van het grote bouwplan. Als God in zijn goddelijke ijver om de ongelovigen te bekeren, samen met de gelovigen gaat beginnen de drie gemetselde muren op te trekken, dan heeft Hij bijzondere medewerkers nodig. Aanvankelijk roept hij het joodse volk en oefent het door strenge discipline (de ‘Wetten van Mozes’).

 

.

 

6. Gebed als godsbezinning, de hereniging

.

In het gedachtengoed van Hildegard staat de persoonlijke verantwoordelijkheid van de mens in het middelpunt; het gaat op de weg door dit bestaan om de ontwikkeling van de deugden door een juiste keuze te maken tussen goed en kwaad, met het doel de hemel te bereiken.
Heel Scivias en Liber Divinorum Operum zijn doordrongen van de raad zich altijd in gebed tot God te richten.

 

 

 

.

3d-gouden-pijl-5271528

 

.

voorpagina openbaring a4

 

 

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

 

JOHN ASTRIA

De dag van Jezus’ terugkomst.

Standaard

categorie : religie

.

.

Jezus terugkomst: Openbaring hoofdstuk 19

Jezus terugkomst: Openbaring hoofdstuk 19

Pasteltekening van John Astria

.

.

Mattheüs 24:29

29 En terstond na de verdrukking dier dagen, zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van de hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden.

.

Lukas 21:25-28

25 En er zullen tekenen zijn in de zon, en maan, en sterren, en op de aarde benauwdheid der volken met twijfelmoedigheid, als de zee en watergolven groot geluid zullen geven;
26 En de mensen hun hart zal bezwijken van vrees en verwachting der dingen, die het aardrijk zullen overkomen; want de krachten der hemelen zullen bewogen worden.
27 En alsdan zullen zij de Zoon des mensen zien komen in een wolk, met grote kracht en heerlijkheid.
28 Als nu deze dingen beginnen te geschieden, zo ziet omhoog, en heft uw hoofden opwaarts, omdat uw verlossing nabij is.
.
.

.Openbaring 6:12-14

12 En ik zag, toen het zesde zegel geopend werd, en ziet, er kwam een grote aardbeving; en de zon werd zwart als een haren zak, en de maan werd als bloed.
13 En de sterren des hemels vielen op de aarde, gelijk een vijgenboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, als hij van een grote wind geschud wordt.
14 En de hemel is geweken, als een boek, dat toe gerold wordt; en alle bergen en eilanden zijn bewogen uit hun plaatsen.
.
.
.
.
De zeven zegels: Openbaring hoofdstuk 5

De zeven zegels: Openbaring hoofdstuk 5

Pasteltekening van John Astria

Jesaja 34:4

4 En al de sterren aan de hemel vergaan, en de hemelen zullen toe gerold worden, gelijk een boek, en al de sterren vallen neer, gelijk een blad van de wijnstok afvalt, en gelijk een vijg afvalt van de vijgenboom.

.

Mattheüs 24:29-30

29 En terstond na de verdrukking dier dagen, zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van de hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden.
30 En alsdan zal in de hemel verschijnen het teken van de Zoon des mensen; en dan zullen al de geslachten der aarde wenen, en zullen ze den Zoo des mensen zien, komende op de wolken des hemels, met grote kracht en heerlijkheid.
.
.

Daniël 7:13

13 In mijn nachtelijke visioenen zag ik dat er met de wolken van de hemel iemand kwam die eruitzag als een mens. Hij naderde de oude wijze en werd voor hem geleid.

.

Openbaring 1:7

7 Ziet, Hij komt met de wolken en alle ogen zullen Hem zien, ook degenen, die Hem doorstoken hebben; en alle geslachten der aarde zullen over Hem rouw bedrijven; ja, amen.

.

Christus en de zeven kandelaars: Openbaring hoofdstuk 1

Christus en de zeven kandelaars: Openbaring hoofdstuk 1

Pasteltekening van John Astria

.

.

Mattheüs 16:27

27 Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid Zijns Vaders, met Zijn engelen, en alsdan zal Hij één ieder vergelden naar zijn doen.

.

Lukas 9:26

26 Wanneer Ik, de Mensenzoon, kom in de schitterende majesteit van mijn Vader, Mijzelf en de heilige engelen, zal Ik Mij schamen voor ieder mens die zich nu voor Mij en mijn woorden schaamt.

.

1 Petrus 4:13

13 Maar gelijk gij gemeenschap hebt aan het lijden van Christus, alzo verblijdt u; opdat gij ook in de openbaring Zijner heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen.

.

Jesaja 40:5

5 En de heerlijkheid des Heren zal geopenbaard worden; en alle vlees tegelijk zal zien, dat de mond des Heren gesproken heeft.

.

Lukas 17:24

24 Want gelijk de bliksem, die van het ene einde naar de andere kant van de hemel bliksemt, tot het andere onder den hemel schijnt, alzo zal ook de Zoon des mensen wezen in Zijn dag.

.

1 Thessalonicenzen 4:14-16

14 Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en opgestaan, alzo zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus, weder brengen met Hem.
15 Want dat zeggen wij u door het Woord des Heeren, dat wij, die levend overblijven zullen tot de toekomst des Heeren, niet zullen voorkomen degenen, die ontslapen zijn.
16 Want de Here Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel, en met de bazuin Gods nederdalen van de hemel; en die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan;
.
.
.

 Johannes 6:40

40 En dit is de wil van Diegene, Die Mij gezonden heeft, dat een ieder, die de Zoon aanschouwt, en in Hem gelooft, het eeuwige leven zal hebben; en Ik zal hem opwekken op de laatste dag.

.

Jesaja 26:19

19 Uw doden zullen leven, ook mijn dood lichaam, zij zullen opstaan; waakt op en juicht, gij, die in het stof woont! want uw dauw zal zijn als een dauw van de moeskruiden, en het land zal de overledenen uitwerpen.

.

1 Corinthiërs 15:51-53

51 Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij zullen niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden;
52 In een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden.
53 Want dit verderfelijke moet onverderfelijkheid aandoen, en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen.
.
.

Filippenzen 3:20-21

20 Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook de Zaligmaker verwachten, namelijk de Here Jezus Christus;
21 Die ons vernederd lichaam veranderen zal, opdat hetzelve gelijkvormig worde aan Zijn heerlijk lichaam, naar de werking, waardoor Hij ook alle dingen Zichzelven kan onderwerpen.
.
.

1 Johannes 3:2

2 Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods, en het is nog niet geopenbaard, wat wij zijn zullen. Maar wij weten, dat als Hij zal geopenbaard zijn, wij Hem zullen gelijk wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is.

.

Jesaja 33:17

17 Uw ogen zullen de Koning zien in Zijn schoonheid; zij zullen een ver gelegen land zien.

.

Psalmen 50:3-5

3 Onze God zal komen en zal niet zwijgen; een vuur voor Zijn aangezicht zal verteren, en rondom Hem zal het zeer stormen.
4 Hij zal roepen tot de hemel van boven, en tot de aarde, om Zijn volk te richten.
5 Verzamelt Mij Mijn gunstgenoten, die Mijn verbond maken met offerande!
.
.

Mattheüs 24:31

31 En Hij zal Zijn engelen uitzenden met een bazuin van groot geluid, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeen vergaderen uit de vier winden, van het ene uiterste der hemelen tot het andere uiterste.

.

1 Thessalonicenzen 4:17

17 Daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen te samen met hen opgenomen worden in de wolken, de Here tegemoet, in de lucht; en alzo zullen wij altijd met de Here wezen.

.

Colossenzen 3:4

4 Wanneer nu Christus zal geopenbaard zijn, Die ons leven is, dan zult ook gij met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid.

.

Openbaring 19:7-8

7 Laat ons blijde zijn, en vreugde bedrijven, en Hem de heerlijkheid geven; want de bruiloft des Lams is gekomen, en Zijn vrouw heeft zich zelve bereid.
8 En haar is gegeven, dat zij bekleed worde met rein en blinkend fijn lijnwaad; want dit fijn lijnwaad zijn de rechtvaardig makingen der heiligen.
.

2 Thessalonicenzen 1:7-8

 7 En u, die verdrukt wordt, verkwikking met ons, in de openbaring van de Heere Jezus van de hemel met de engelen Zijner kracht; 8 Met vlammend vuur zal hij wraak doen over degenen, die God niet kennen, en over degenen, die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn.
.
.

Lukas 17:29-37

29 Maar op de dag, op welke Lot van Sodom uitging, regende het vuur en solfer van de hemel, en verdierf ze allen.
30 Even alzo zal het zijn in de dag, op welke de Zoon des mensen geopenbaard zal worden.
31 Op die zelfde dag, zal wie op het dak is, met zijn huisraad in huis, er niet van af moeten komen, om alles weg te nemen; en wie op de akker is zal niet terg keren naar wazt achter is.
32 Denk aan de vrouw van Lot.
33 Zo zal wie zijn leven wil behouden, die zal het verliezen; en zo die het zal verliezen, die zal zijn leven behouden.
34 Ik zeg u: In die nacht zullen twee op een bed zijn; de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden.
35 Twee vrouwen zullen te samen malen; de ene zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden.
36 Twee zullen op de akker zijn; de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden.
37 En zij antwoordden en zeiden tot Hem: Waar, Heere? En Hij zeide tot hen: Waar het lichaam is, aldaar zullen de arenden vergaderd worden.
.
.

Jesaja 64:1-2

 1 Scheur alstublieft de hemel open, Heer! Kom uit uw hemel naar beneden, zodat de bergen ervan schudden! 2 Kom naar de aarde, Heer, als het vuur van een smelt-oven, een vuur dat water doet koken! Laat uw vijanden zien wie U bent, zodat de volken voor U zullen beven.
.
.

Jesaja 26:21

Want ziet, de HERE zal uit Zijn plaats uitgaan, om de ongerechtigheid van de inwoners der aarde over hen te bezoeken; en de aarde zal haar bloed ontdekken, en zal haar doodgeslagenen niet langer bedekt houden.

.

Micha 1:3-4

3 Want ziet, de Here gaat uit van Zijn plaats, en Hij zal nederdalen en treden op de bergen der aarde.
4 En de bergen zullen onder Hem versmelten, en de dalen gekloofd worden, gelijk was voor het vuur, gelijk wateren, die uitgestort worden in de laagte.
.
.

.Psalmen 68:2-4

2 God zal opstaan, Zijn vijanden zullen verstrooid worden, en Zijn haters zullen van Zijn aangezicht vlieden.
3 Gij zult hen verdrijven, gelijk rook verdreven wordt; gelijk was voor het vuur smelt, zullen de goddelozen vergaan van Gods aangezicht.
4 Maar de rechtvaardigen zullen zich verblijden; zij zullen van vreugde opspringen voor Gods aangezicht, en van blijdschap vrolijk zijn.
.
.

.Psalmen 97:2-6

2 Rondom Hem zijn wolken en donkerheid, gerechtigheid en gericht zijn de vastigheid Zijns troons.
3 Een vuur gaat voor Zijn aangezicht heen, en het steekt Zijn wederpartijen rondom in brand.
4 Zijn bliksemen verlichten de wereld; het aardrijk ziet ze en het beeft.
5 De bergen smelten als was voor het aanschijn des Heren, voor het aanschijn des Heren der ganse aarde.
6 De hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid, en alle volken zien Zijn eer.
.
.

Joël 1:15

15 Ach, die dag! want de dag des Heren is nabij, en zal als een verwoesting komen van de Almachtige.

.

1 Thessalonicenzen 5:3

3 Want wanneer zij zullen zeggen: Het is vrede, en zonder gevaar; dan zal een haastig verderf hun overkomen, gelijk de barensnood een bevruchte vrouw; en zij zullen het geenszins ontvlieden;

.

Jesaja 2:17-19

17 En de hoogheid der mensen zal gebogen, en de hoogheid der mannen zal vernederd worden; en de Here alleen zal in die dag verheven zijn.
18 En elkeen der afgoden zal ganselijk vergaan.
19 Dan zullen zij in de spelonken der rotsstenen gaan, en in de holen der aarde, vanwege de schrik des Heren, en vanwege de heerlijkheid Zijner majesteit, wanneer Hij Zich opmaken zal, om de aarde te verschrikken.
.
.

Openbaring 6:14-17

14 En de hemel is weg geweken, als een boek, dat toe gerold wordt; en alle bergen en eilanden zijn bewogen uit hun plaatsen.
15 En de koningen der aarde, en de groten, en de rijken, en de oversten over duizend, en de machtigen, en alle dienstknechten, en alle vrijen, verborgen zichzelven in de spelonken, en in de steenrotsen der bergen;
16 En zeiden tot de bergen en tot de steenrotsen: Valt op ons, en verbergt ons van het aangezicht Desgenen, Die op den troon zit, en van den toorn des Lams.
17 Want de grote dag Zijns toorns is gekomen, en wie kan bestaan?
.
.
.
.
Het breken van de eerste 5 zegels : Openbaring hoofdstuk 6

Het breken van de eerste 5 zegels : Openbaring hoofdstuk 6

Pasteltekening van John Astria

Psalmen 110:5-6

5 De Here is aan Uw rechterhand; Hij zal koningen verslaan ten dage Zijns toorns.
6 Hij zal recht doen onder de heidenen; Hij zal het vol dode lichamen maken; Hij zal verslaan diegen, die het hoofd is over een groot land.
.
.

Jesaja 66:15-16

 15 Want let op, Ik zal komen als een vuur. Mijn strijdwagens zullen komen aanrazen als een storm. Mijn straf komt als een laaiend vuur. 16 Met mijn zwaard en met vuur zal Ik rechtspreken over alles wat leeft. Grote aantallen mensen zullen door Mij worden gedood.
.
.

Jesaja 11:4

4 Maar Hij zal de armen met gerechtigheid richten, en de zachtmoedigen des lands met rechtmatigheid bestraffen; doch Hij zal de aarde slaan met de roede Zijns monds, en met de adem Zijner lippen zal Hij de goddeloze doden.

.

Joël 2:1-11

1 Blaast de bazuin te Sion, en roept luid op de berg Mijner heiligheid; laat alle inwoners des lands beroerd zijn, want de dag des Heren komt, want hij is nabij.
2 Een dag van duisternis en donkerheid, een dag van wolken en dikke duisterheid, als de dageraad uitgespreid over de bergen; een groot en machtig volk, desgelijks van ouds niet geweest is, en na hetzelve niet meer zal zijn tot in jaren van vele geslachten.
3 Voor hetzelve verteert een vuur, en achter hetzelve brandt een vlam; het land is voor hetzelve als een lusthof, maar achter hetzelve een woeste wildernis, en ook is er geen ontkomen van hetzelve.
4 De gedaante deszelven is als de gedaante van paarden, en als ruiters zo zullen zij lopen.
5 Zij zullen daarhenen springen als een gedruis van wagenen, op de hoogten der bergen; als het gedruis ener vuurvlam, die stoppelen verteert; als een machtig volk, dat in slagorde gesteld is.
6 Van deszelfs aangezicht zullen de volken in pijn zijn; alle aangezichten zullen betrekken als een pot.
7 Als helden zullen zij lopen, als krijgslieden zullen zij de muren beklimmen; en zij zullen daarhenen trekken, een iegelijk in zijn wegen, en zullen hun paden niet verdraaien.
8 Ook zullen zij de een den ander niet dringen; zij zullen daarhenen trekken elk in zijn baan; en al vielen zij op een geweer, zij zouden niet verwond worden.
9 Zij zullen in de stad omlopen, zij zullen lopen op de muren, zij zullen klimmen in de huizen; zij zullen door de vensteren inkomen als een dief.
10 De aarde is beroerd voor deszelfs aangezicht, de hemel beeft; de zon en maan worden zwart, en de sterren trekken haar glans in.
11 En de Here verheft Zijn stem ; want Zijn leger is zeer groot, want Hij is machtig, doende Zijn woord; want de dag des Heren is groot en zeer vreselijk, en wie zal hem verdragen?
.
.

Zefanja 1:14-17

14 De grote dag des Heren is nabij; hij is nabij, en zeer haastende; de stem van den dag des Heren; de held zal aldaar bitterlijk schreeuwen.
15 Die dag zal een dag der verbolgenheid zijn; een dag der benauwdheid en des angstes, een dag der woestheid en verwoesting, een dag der duisternis en der donkerheid, een dag der wolk en der dikke donkerheid;
16 Een dag der bazuin en des geklanks tegen de vaste steden en tegen de hoge hoeken.
17 En Ik zal de mensen bang maken, dat zij zullen gaan als de blinden; want zij hebben tegen de Here gezondigd; en hun bloed zal vergoten worden als stof, en hun vlees zal worden als drek.
.
.

Jesaja 13:6-13

6 Huilt gijlieden, want de dag des Heren is nabij; hij komt als een verwoesting van de Almachtige.
7 Daarom zullen alle handen slap worden, en aller mensen hart zal versmelten;
8 En zij zullen verschrikt worden, smarten en weeën zullen hen aangrijpen, zij zullen bang zijn als een barende vrouw; een ieder zal over zijn naaste verbaasd zijn; hun aangezichten zullen vlammende aangezichten zijn.
9 Ziet, de dag des Heren komt, gruwelijk, met verbolgenheid en hittige toorn, om het land te stellen tot verwoesting, en deszelfs zondaars daaruit te verdelgen.
10 Want de sterren des hemels en zijn gesternten zullen haar licht niet laten lichten; de zon zal verduisterd worden, wanneer zij zal opgaan, en de maan zal haar licht niet laten schijnen.
11 Want Ik zal over de wereld de boosheid bezoeken, en over de goddelozen hun ongerechtigheid; en Ik zal de hoogmoed der stouten doen ophouden, en de hovaardij der tirannen zal Ik vernederen.
12 Ik zal maken, dat een man dierbaarder zal zijn dan dicht goud, en een mens dan fijn goud van Ofir.
13 Daarom zal Ik de hemel beroeren, en de aarde zal bewogen worden van haar plaats, vanwege de verbolgenheid des Heren der heirscharen, en vanwege de dag Zijns hittige toorn.
.
.

2 Petrus 3:10

10 Maar de dag des Heren zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen branden zullen en vergaan, en de aarde en de werken, die daarin zijn, zullen verbranden.

.

Nahum 1:5-6

5 De bergen beven voor Hem, en de heuvelen versmelten; en de aarde licht zich op voor Zijn aangezicht, en de wereld, en allen, die daarin wonen.
6 Wie zal voor Zijn gramschap staan, en wie zal voor de hittigheid Zijns toorns bestaan? Zijn grimmigheid is uitgestort als vuur, en de rotsstenen worden van Hem vermorzeld.
.
.

Zacharia 12:8-10

8 Te dien dage zal de Here de inwoners van Jeruzalem beschutten; en die, die onder hen struikelen zou, zal te dien dage zijn als David; en het huis Davids zal zijn als goden; als de Engel des Heren voor hun aangezicht.
9En het zal te dien dage geschieden, dat Ik zal zoeken te verdelgen alle heidenen, die tegen Jeruzalem aankomen.
10 Doch over het huis Davids, en over de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten de Geest der genade en der gebeden; en zij zullen Mij aanschouwen, Die zij doorstoken hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen, als met de rouwklage over een enige zoon; en zij zullen over Hem bitterlijk kermen, gelijk men bitterlijk kermt over een eerstgeborene.
.
.

Zacharia 14:3-7

3 En de Here zal uittrekken, en Hij zal strijden tegen die heidenen, gelijk ten dage als Hij gestreden heeft, ten dage des strijds.
4 En Zijn voeten zullen te dien dage staan op de Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt, tegen het oosten; en de Olijfberg zal in tweeën gespleten worden naar het oosten, en naar het westen, zodat er een zeer grote vallei zal zijn; en de ene helft des bergs zal wijken naar het noorden, en de helft deszelven naar het zuiden.
5 Dan zult gijlieden vlieden door de vallei Mijner bergen (want deze vallei der bergen zal reiken tot Azal), en gij zult vlieden, gelijk als gij vloodt voor de aardbeving in de dagen van Uzzia, de koning van Juda; dan zal de Here, mijn God, komen, en al de heiligen met U.
6 En het zal te dien dage geschieden, dat er niet zal zijn het kostelijke licht, en de dikke duisternis.
7Maar het zal een enige dag zijn, die de Here bekend zal zijn; het zal noch dag, noch nacht zijn; en het zal geschieden, ten tijde des avonds, dat het licht zal wezen.
.
.

Zacharia 14:12-14

2 En dit zal de plage zijn, waarmede de Here al de volken plagen zal, die tegen Jeruzalem krijg gevoerd zullen hebben: Hij zal een ieders vlees, daar hij op zijn voeten staat, doen uitteren; en een ieders ogen zullen uitteren in hun holen; en een ieders tong zal in hun mond uitteren.
13 Ook zal het te dien dage geschieden, dat er een groot gedruis van den Here onder hen zal wezen, zodat zij een ieder zijns naasten hand zullen aangrijpen, een eens ieders hand zal tegen de hand zijns naasten opgaan.
14 En ook zal Juda te Jeruzalem strijden; en het vermogen aller heidenen rondom zal verzameld worden, goud en zilver, en klederen in grote menigte.
.
.

Jesaja 42:13

13 De Here zal uittrekken als een held; Hij zal de ijver opwekken als een krijgsman; Hij zal juichen, ja, Hij zal een groot getier maken; Hij zal Zijn vijanden overweldigen.

.

Openbaring 17:14

14 Dezen zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen (want Het is een Here der heren, en een Koning der koningen), en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen en gelovigen.

.

De dronken vrouw en het beest : Openbaring hoofdstuk 17

De dronken vrouw en het beest : Openbaring hoofdstuk 17

Pasteltekening van John Astria

 

.

Judas 1:14-15

14 En van dezen heeft ook Enoch, de zevende van Adam, geprofeteerd, zeggende: Ziet, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen;
15 Om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij gedaan hebben, en vanwege al de harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben.
.
.

1 Thessalonicenzen 3:13

13 Opdat Hij uw harten versterke, om onberispelijk te zijn in heiligmaking, voor onzen God en Vader, in de toekomst van onzen Heer Jezus Christus met al Zijn heiligen.

.

Mattheüs 25:31

31 En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op de troon Zijner heerlijkheid.

.

Openbaring 19:11-21

11 En ik zag de hemel geopend; en ziet, een wit paard, en Die op hetzelve zat, was genaamd Getrouw en Waarachtig, en Hij oordeelt en voert krijg in gerechtigheid.
12 En Zijn ogen waren als een vlam vuurs, en op Zijn hoofd waren vele koninklijke hoeden; en Hij had een naam geschreven, die niemand wist, dan Hijzelf.
13 En Hij was bekleed met een kleed, dat met bloed geverfd was; en Zijn naam wordt genoemd het Woord Gods.
14 En de heirlegers in de hemel volgden Hem op witte paarden, gekleed met wit en rein fijn lijnwaad.
15 En uit Zijn mond ging een scherp zwaard, opdat Hij daarmede de heidenen slaan zou. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren roede; en Hij treedt de wijnpersbak van de wijn des toorns en der gramschap des almachtige Gods.
16 En Hij heeft op Zijn kleed en op Zijn dij deze Naam geschreven: Koning der koningen, en Heere der heren.
17 En ik zag een engel, staande in de zon; en hij riep met een grote stem, zeggende tot al de vogelen, die in het midden des hemels vlogen: Komt herwaarts, en vergadert u tot het avondmaal des groten Gods;
18 Opdat gij eet het vlees der koningen, en het vlees der oversten over duizend, en het vlees der sterken, en het vlees der paarden en dergenen, die daarop zitten; en het vlees van alle vrijen en dienstknechten, en kleinen en groten.
19 En ik zag het beest, en de koningen der aarde, en hun heirlegers vergaderd, om krijg te voeren tegen Hem, Die op het paard zat, en tegen Zijn heirlegers.
20 En het beest werd gegrepen, en met hetzelve de valse profeet, die de tekenen in de tegenwoordigheid van hetzelve gedaan had, door welke hij verleid had, die het merkteken van het beest ontvangen hadden, en die deszelfs beeld aanbaden. Deze twee zijn levend geworpen in de poel des vuurs, die met sulfer brandt.
21 En de overigen werden gedood met het zwaard Desgenen, Die op het paard zat, hetwelk uit Zijn mond ging; en al de vogelen werden verzadigd van hun vlees.
.
.
.
De vijfde en de zesde bazuin: Openbaring hoofdstuk 9

De vijfde en de zesde bazuin: Openbaring hoofdstuk 9

Pasteltekening van John Astria

.

Jesaja 30:30-31

30 En de Here zal Zijn heerlijke stem doen horen, en de nederlating Zijns arms doen zien, met grimmigheid van toorn, en een vlam van verterend vuur, stralen, en een vloed, en hagelstenen.
31 Want door de stem des Heren zal Assur te morzel geslagen worden, die met de roede sloeg.
.
.

Jesaja 31:8

8 En Assur zal vallen door het zwaard, niet eens mans, en het zwaard, niet eens mensen, zal hem verteren; en hij zal voor het zwaard vlieden, en zijn jongelingen zullen versmelten.

.

Jesaja 14:24-25

24 De Here der heirscharen heeft gezworen, zeggende: Indien niet, gelijk Ik gedacht heb, het alzo geschiede, en gelijk Ik beraadslaagd heb, het bestaan zal!
25 Dat Ik Assur in Mijn land zal verbreken, en hem op Mijn bergen vertreden; opdat zijn juk van hen afwijke, en zijn last van hun schouder wijke.
.
.

Daniël 8:25

25 En door zijn kloekheid zo zal hij de bedriegerij doen gedijen in zijn hand; en hij zal zich in zijn hart verheffen; en in stille rust zal hij er velen verderven, en zal staan tegen de Vorst der vorsten, doch hij zal zonder hand verbroken worden.

.

Daniël 11:45

45 En hij zal de tenten van zijn paleis planten tussen de zeeën aan de berg des heiligen sieraads; en hij zal tot zijn einde komen, en zal geen helper hebben.

.

Daniël 9:27

27 En hij zal velen het verbond versterken tijdens een week; en in de helft der week zal hij het slachtoffer en het spijsoffer doen ophouden, en over de gruwelijken vleugel zal een verwoester zijn, ook tot de voleinding toe, die vastelijk besloten zijnde, zal uitgestort worden over de verwoeste.

.

2 Thessalonicenzen 2:8

8 En alsdan zal de ongerechtige geopenbaard worden, de welken de Heere verdoen zal door de Geest Zijns monds, en te niet maken door de verschijning Zijner toekomst;

.

Jeremia 46:10

10 Maar deze dag is des Heren, des Heren der heirscharen, een dag der wrake, dat Hij zich wreke van Zijn wederpartijders, en het zwaard zal vreten, en verzadigd, en dronken worden van hun bloed; want de Here der heirscharen, heeft een slachtoffer in het land van het noorden, aan de rivier Frath.

.

Jesaja 63:1-3

1 Wie is Deze, Die van Edom komt met besprenkelde klederen, van Bozra? Deze, Die versierd is in Zijn gewaad? Die voorttrekt in Zijn grote kracht? Ik ben het, Die in gerechtigheid spreek, Die machtig ben te verlossen.
2Waarom zijt Gij rood aan Uw gewaad, en Uw klederen als van een, die in de wijnpers treedt?
3 Ik heb de pers alleen getreden, en er was niemand van de volken met Mij; en Ik heb hen getreden in Mijn toorn, en heb hen vertrapt in Mijn grimmigheid; en hun kracht is gesprengd op Mijn klederen, en al Mijn gewaad heb Ik bezoedeld.
.
.

Maleachi 3:1-2

1 Ziet, Ik zende Mijn engel, die voor Mijn aangezicht de weg bereiden zal; en snellijk zal tot Zijn tempel komen die Here, Die gijlieden zoekt, te weten de Engel des verbonds, aan De welken gij lust hebt; ziet, Hij komt, zegt de Here der heirscharen.
2 Maar wie zal de dag Zijner toekomst verdragen, en wie zal bestaan, als Hij verschijnt? Want Hij zal zijn als het vuur van een goudsmid, en als zeep der vollers.
.
.

Maleachi 4:1-2

1 Want ziet, die dag komt, brandende als een oven, dan zullen alle hoogmoedigen, en al wie goddeloosheid doet, een stoppel zijn, en de toekomstige dag zal ze in brand zetten, zegt de Here der heirscharen, Die hun noch wortel, noch tak laten zal.
2 U lieden daarentegen, die Mijn Naam vreest, zal de Zon der gerechtigheid opgaan, en er zal genezing zijn onder Zijn vleugelen; en gij zult uitgaan, en toenemen, als mestkalveren.
.
.

Habakuk 3:12-13

12 Met gramschap tradt Gij door het land, met toorn dorstet Gij de heidenen.
13 Gij toogt uit tot verlossing Uws volks, tot verlossing met Uw Gezalfde; Gij doorwonddet het hoofd van het huis des goddelozen, ontblotende de grond tot den hals toe. 
.
.

Jesaja 59:20

20 En er zal een Verlosser tot Sion komen, namelijk voor hen, die zich bekeren van de overtreding in Jakob, spreekt de Here.

.

Romeinen 11:26

26 En alzo zal geheel Israël zalig worden; gelijk geschreven is: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob.

.

Zacharia 8:3

3 Alzo zegt de Here: Ik ben wedergekeerd tot Sion, en Ik zal in het midden van Jeruzalem wonen; en Jeruzalem zal geheten worden een stad der waarheid, en de berg des Heren der heirscharen, een berg der heiligheid.

.

.

voorpagina openbaring a4

.

Wat is het boek der Openbaring ?

.

De Openbaring is het laatste boek van het Nieuwe Testament en de Bijbel. Het werd geschreven door de apostel Johannes op het eiland Patmos, een eiland in de Egeïsche Zee vlakbij Turkije. Het boek is gedateerd in 96 NC, alhoewel er ook argumenten zijn voor een vroegere datum. Omdat de teksten in het Grieks geschreven zijn, noemt men het boek ook de Apocalyps.

Hedendaags gebruikt men dit woord wanneer men de klemtoon wil leggen op een grote  ramp. Het is een profetisch boek en bevat 22 hoofdstukken. God openbaart Johannes via een visioen geheimen over de eindtijden, gebeurtenissen die de mens zijn verstand te boven gaan.

  • Johannes 17 : 3 > ‘’dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus. ‘’
  • Openbaring 1 : 3 > ‘’gelukkig is hij die deze profetische woorden van de Here voorleest; en dat geldt ook voor de mensen die ernaar luisteren en het zullen onthouden. Want de tijd dat deze dingen werkelijkheid worden, komt steeds dichterbij. ‘’
  • Openbaring 22 : 7 > Jezus zegt : ‘’ja, ik kom gauw. Gelukkig is hij die de profetische woorden van dit boek onthoudt. ‘’

Dit zijn citaten uit de Bijbel waarin God de mens aanmaant kennis in zich op te nemen over zichzelf en Jezus Christus. Wie God zoekt zal hem vinden. Het is aan de mens om de eerste stap te zetten. Wanneer we God om inzichten vragen zal de Heilige Geest ons geestelijk denken verlichten. Het onbegrijpelijke wordt plots of op het gepaste moment verstaanbaar.

In het eerste en het laatste hoofdstuk van de Openbaring zegt Christus tot twee maal toe dat het lezen ervan een zegening geeft. Het woord van God, de Bijbel, is meer dan de traditionele preken en parabels die we al jaren kennen. Kennis opnemen van God is niet alleen bestemd voor theologen, maar voor iedereen. Door die opname van kennis krijgen we inzichten in het verleden en heden waardoor we met een gerust hart en vertrouwen de toekomst tegemoet kunnen gaan.

.

God geeft kennis  over

.

-zijn doel met deze wereld

-de toekomst van Israël en de wereld

-het mysterie van het goede en het kwade

-de bestraffing van het goede en de bestraffing van het  kwade

-de toekomstige natuurrampen en oorlogen

-de wederkomst van de Messias

-de dag des oordeel

-het uitzicht in de hemel en zijn troon

-de nieuwe  hemel en de nieuwe aarde

De openbaring is moeilijk te begrijpen door de vele mystieke symbolen in de teksten en de verwijzingen naar het Oude Testament. De geschiedenis van Israël is een leidraad doorheen de 22 hoofdstukken. Jeruzalem wordt het centrum van Goddelijke theocratie voor gans de wereld.

 

.

3d-gouden-pijl-5271528

 

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

.

JOHN ASTRIA

Scivias Boek I, Visioen 4 : De Vuurbol

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

.

.

.

.

scivias-t-5-boek-i4

.

.

.

Het vierde visioen van Scivias: de levensweg van de geest

.

Dit visioen is een schouwspel in drie bedrijven, waarin de menselijke geest de hoofdrolspeler is. Elke akte wordt gevolgd door een monoloog van de geest, die zijn belevenissen vertelt en zich beklaagt over de moeiten en strijd die hem ten deel vallen.

– Het eerste bedrijf verhaalt het begin van de pelgrimsreis van de jonge geest.

– In het tweede bedrijf vertelt de volwassen geworden geest hoe hij belaagd wordt in zijn aardse tent, die hij zorgvuldig heeft ingericht.

– In het derde bedrijf moet de geest zijn tent verlaten om naar een ongewisse bestemming gevoerd te worden.

.

.

Het visioen van Hildegard

.

Toen zag ik een buitengewoon grote en zeer heldere glans, die als met vele ogen opvlamde. Zijn vier hoeken wezen naar de vier delen van de wereld. Die glans betekent een geheimenis van de hemelse Schepper, dat mij in een groot mysterie geopenbaard werd. Daarin verscheen ook een andere glans als morgenrood, dat de helderheid van een purperen bliksemstraal bezit.

En toen zag ik op de aarde mensen, die melk in hun vaten droegen en daaruit kaas bereidden. Die (melk) was gedeeltelijk vet en gaf krachtige kazen, gedeeltelijk dun en die (melk) stremde tot slappe kazen. En gedeeltelijk was die (melk) met gif vermengd en daaruit ontstonden bittere kazen.

Ook zag ik een vrouw die in haar schoot als het ware een volledig gevormde mensengestalte droeg. En plotseling bewoog deze gestalte zich, naar de verborgen verordening van de hemelse Schepper, met levendige bewegingen, doordat een vuurbol die niet de omtrekken van een menselijk lichaam had, het hart van deze gestalte als het ware in bezit nam. Zij raakte de hersenen (van de gestalte) aan en goot zich uit door alle leden ervan.

Maar toen de levend gemaakte menselijke gestalte uit de schoot van de vrouw tevoorschijn kwam, veranderde zij naar gelang de bewegingen die deze (vuur)bol in haar uitvoerde, haar kleur. En ik zag, hoe vele stormen over zulk een (vuur)bol binnen braken in dit mensenlichaam en het ter aarde neerdrukten. Maar zij verzamelde haar krachten, richtte zich moedig op en weerstond hen dapper.

Hierop volgt een klacht van de geest (voorgesteld door de vuurbol), die in het menselijke lichaam is neergedaald.

.

– Ikzelf heb de menselijke geest mogen zien als een bolvormige wolk van licht en warmte, de ‘vuurbol’; immers: vuur doet zich voor als een bewegend, schijnend licht en een bewegende, stromende warmte.

– Ik zag de menselijke geest als bolvormige wolk door verdichting uit het licht en de warmte van de goddelijke algeest geboren worden.

– Ik heb ervaren dat ik als menselijke geest in mijn lichaam kan neerdalen en er ook weer uit kan opstijgen.

.

.

.

.

voorpagina openbaring a4

.

.

JOHN ASTRIA

Visioen van een Noorse vrouw over de eindtijd

Standaard

categorie : religie

 

 

“Mensen uit arme landen zullen naar Europa stromen. Er zullen er zoveel komen, dat de mensen hier het vervelend beginnen te vinden en ze zullen hen hard behandelen. Ze zullen net zo behandeld worden als de Joden voor de oorlog. Dan is de maat van de zonde vol.”

 

 

emanuel-minos

 

 

Bovenstaand een deel van een visioen dat een oude dame in Valdres, Noorwegen, in 1968 kreeg. Het werd enkele jaren geleden openbaar gemaakt door Emanuel Minos, een 81-jarige evangelist uit Noorwegen. Minos, die in 1925 in Belgisch Congo werd geboren en later enige tijd in Zuid-Afrika woonde, kwam als jongeman naar Noor-wegen om theologie te studeren en zou er nooit meer weg gaan. Minos staat in Noorwegen hoog aangeschre-ven. Minos vertelde ten overstaan van een groot publiek tijdens een samenkomst, hoe een oude vrouw hem deel-genoot had gemaakt van een visioen dat zij had gehad. Ze vertelde Minos er over, kort nadat ze het visioen had gehad. Ze vertelde hem erbij dat zij het niet meer mee zou maken, maar hij wel. En dat hij er pas later over zou mogen praten, wanneer de mensen het zouden kunnen begrijpen.

Veel immers van wat zij in 1968 in het visioen zag was – voor die tijd – erg ongebruikelijk. Ze zag, in een tijd waar-in de Koude Oorlog in alle hevigheid woedde, een ‘ontspannen verhoudingen’ tussen Oost en West, maar ook lauwheid onder christenen.  Ze sprak over het ‘welvaartsevangelie’ (door haar ‘geluksevangelie’ genoemd) in een tijd dat nog niemand die bui al zag hangen, en ze waarschuwde indringend voor een enorm moreel verval. Ook noemde ze stromen van mensen die naar Europa zouden komen. Ze had het over asielzoekers in een tijd dat dat nog in de verste verte geen item was. Ze kende het woord ‘asielzoeker’ nog niet eens. Het ‘Noorse visioen’ heeft de afgelopen tijd steeds meer aandacht getrokken.

Nadat Emanuel Minos er uitgebreid over sprak en het verhaal, zoals hij dat destijds eind jaren zestig had opge-schreven, voorlas, verscheen het al spoedig in allerlei vertalingen op internetsites. Het Duitse evangelische pers-bureau Idea publiceerde het visioen in het Duits. In Nederland echter kreeg het nog nauwelijks aandacht. Daar lijkt nu verandering in te komen. Minos vond het verhaal, toen hij de inhoud van het visioen voor het eerst te ho-ren kreeg, zo ongeloofwaardig, dat hij het opborg in een kast en er niets van wilde weten uit schrik om gek ver-klaard te worden. Maar nu, zovele jaren later, is Minos tot de conclusie gekomen dat veel van wat destijds onbe-grijpelijk leek, inmiddels heel normaal is en dat de inhoud van het visioen nu veel logischer lijkt. Daarom wilde hij het verhaal niet meer voor zichzelf houden.

 

 

 

 De Nederlandse vertaling van het visioen

.

Ik heb de tijd gezien, net voor de terugkomst van Jezus op aarde. Er breekt een Derde Wereldoorlog uit. Ik zag de gebeurtenissen met mijn natuurlijke ogen. Ik zag de wereld als een soort globe. Ik zag Europa, land voor land. Ik zag Scandinavië. Ik zag bepaalde scènes die gaan gebeuren, vlak voor de terugkomst van Jezus en net voor de laatste ramp plaatsvindt, een ramp zoals wij die nog nooit hebben meegemaakt.

 

Ze zet hier de volgende aspecten uiteen. Hieronder in chronologische volgorde:

1.     Ik zag bepaalde scènes die gaan gebeuren

2.     een ramp zoals wij die nog nooit hebben meegemaakt.

3.     vlak voor de terugkomst van Jezus

4.     Er breekt een Derde Wereldoorlog uit.

5.     net voor de laatste ramp plaatsvindt

6.     de terugkomst van Jezus op aarde.

 

 

 

Ze noemde vervolgens vier ‘golven’ die ze in het visioen waarnam

 

 

 Golf 1 : de derde wereldoorlog en daarvoor

 

Net voor Jezus terugkomt, en net voor de Derde Wereldoorlog uitbreekt, komt er een ontspanning, die wij nooit eerder gehad hebben. Er komt vrede tussen de grootmachten uit Oost en West. In deze periode van vrede en rust komt er ontwapening in meerdere landen, ook in Noorwegen. De Derde Wereldoorlog begint op een manier, die niemand had verwacht en van een onverwachte kant.

Hieronder een chronologisch overzicht van “3de wereld oorlog”

1.     toen de koude oorlog op het hoogst was.

2.     Er komt vrede tussen de grootmachten uit Oost en West. (Val van de Berlijnse muur)

3.     komt er een ontspanning, die wij nooit eerder gehad hebben.

4.     komt er ontwapening in meerdere landen.

5.     Net voor Jezus terug komt,

6.     De Derde Wereldoorlog begint op een manier, die niemand had verwacht en van een onverwachte kant.

 

 

260px-gorbachev_and_reagan_1985-8

 

 

 

 Golf 2 : de grote afval

Er zal een grote afval zijn van het ware levende christendom. Net voor Jezus terugkomt, willen de christenen niet openstaan voor het Evangelie. Ze willen niet meer, zoals vroeger, horen over zonde en genade, over wet en Evangelie, over berouw en bekering. In plaats daarvan ontstaat een vervanging, een ‘geluksevangelie’. Nu gaat het meer om succes te hebben, om iets te zijn.

Het gaat om materiële goederen, dingen die God ons nooit heeft beloofd. Kerken, gebedshuizen en vrije gemeenten zullen leeglopen. In plaats van de verkondiging die wij van generatie op generatie hebben gezien, zoals het opnemen van het kruis en het volgen van Jezus, zullen vermaak, kunst en cultuur de plaats innemen van de kerken, de gebedshuizen en andere locaties waar eens samenkomsten werden gehouden waar mensen werden opgewekt Christus te volgen, waar men berouw toonde en tot levend geloof kwam. Dit zal in hoge mate toenemen, net voor de terugkomst van Jezus.

 

Hieronder het chronologisch overzicht van de grote afval.

1.     Een afval van het ware levende christendom.

2.     Ze willen niet meer horen over zonde en genade

3.     ontstaat een vervanging, een ‘geluksevangelie’

4.     Het gaat om materiële goederen

5.     Kerken zullen leeglopen

6.     vermaak, kunst en cultuur de plaats innemen van de kerken,

7.     Dit zal in hoge mate toenemen tot de terugkomst van Jezus.

 

 

lege-kerken

lege kerken

 

 

 

 Golf 3 : moreel verval, geweld en pornografie

Er komt een moreel verval, dat het oude Noorwegen nog nooit eerder heeft meegemaakt. Mensen gaan leven als getrouwden zonder getrouwd te zijn. Grote onreinheid voor het huwelijk, en veel ontrouw in het huwelijk, zullen heel normaal worden en men zal zich hiervoor verontschuldigen op allerlei manieren. Dit zal ook gebeuren in christelijke kringen. Men omarmt het zelfs.

Er zullen televisie-uitzendingen komen die mensen nog nooit eerder meegemaakt hebben. Televisie zal vol zijn van geweld, van gruwelijk geweld, waardoor mensen leren te vermoorden en te vernietigen, waardoor onze straten niet veilig meer zijn. Mensen gaan nadoen wat ze zien. Er is niet slechts één kanaal op de tv te zien, maar de tv wordt vol kanalen. (Minos wijst op het feit dat in 1968 de komst van de TV net begon in Noorwegen.)

Het wordt net zoals wij het kennen van de radio. Wij kunnen het ene station na het andere nemen en de tv wordt vol van geweld. (Zij kende het woord “kanaal” toen nog niet en gebruikte daarom het woord station zoals bij de radio, aldus Minos.) Mensen gaan het gebruiken als vermaak. Wij zullen vreselijke scènes van moord en vernieling zien en dat wordt verspreidt in de maatschappij.

Er zullen ook bedscènes te zien zijn op tv. De meest intieme dingen, die alleen gebeuren in het huwelijk, zullen te zien zijn op het scherm. (Minos: “ik protesteerde hierop en zei dat we een paragraaf hebben die dit soort dingen verbiedt!”) De oude vrouw vervolgt, het gaat allemaal gebeuren en je zult het zien. Alles wat wij eerder gehad hebben, de goede dingen, zullen afgebroken worden en de meest ongepaste dingen zullen wij zien voor onze ogen.

 

Uiteenzetting van bovenstaande:

1.     De opkomst van de belangrijkheid van de televisie.

2.     De opkomst van de normvervaging.

3.     De opkomst van geweld. Wat men op TV ziet (bijv. films) hoe je iemand doodschiet, zal op straat na gedaan worden.

4.     De opkomst van pornografie en het vele bloot dat dagelijks te zien is op televisie.

 

 

 

immoraliteit

immoraliteit

 

 

 

 Golf 4 : immigratie

 

Mensen van arme landen zullen naar Europa stromen. (E. Minos wijst op het feit dat er in 1968 er nog niet is bestond als immigratie.) Zij zullen ook naar Scandinavië, naar Noorwegen, komen. Er zullen er zoveel komen dat mensen het hier vervelend beginnen te vinden en hen hard zullen behandelen. Ze zullen net zo behandeld worden als de Joden voor de oorlog. Dan is de maat van de zonde vol. (E. Minos protesteerde daarop, toen in 1968 niet wetende, dat dit letterlijk zou uitkomen!)

 

 

ccsv9cgukaeepez

 

 

De derde wereldoorlog

 

Toen, zegt Emanuel Minos, stroomden de tranen over de wangen van de oude dame. Ze ging verder: “Ik zal het niet meemaken, maar jij zult het zien. Dan, ineens, komt Jezus weer en de Derde Wereldoorlog breekt los. Het wordt een korte oorlog. Alles wat ik eerder gezien heb is alleen een spelletje in vergelijking met deze oorlog, die wordt beëindigd met een atoombom. De lucht wordt zo verontreinigd dat men niet kan ademhalen.

Het gaat over meerdere continenten, over Amerika, Japan, Australië, alle rijke landen. Het water wordt vervuild. Wij kunnen in de aarde niets meer kweken. Het resultaat is dat er alleen een rest overblijft. De rest van de rijke landen zal proberen naar de arme landen te vluchten, maar daar zullen de mensen net zo hard tegenover hen zijn, als wij waren tegenover de mensen die naar ons toe kwamen.

Ze eindigde haar verhaal met: Ik ben blij dat ik het niet zal meemaken. Maar als die tijd komt, moet je moed verzamelen en het vertellen. Ik heb het van God gekregen. Niets hiervan spreekt tegen wat de Bijbel vertelt. Maar diegene die hun zonden vergeven gekregen hebben en Jezus als Verlosser en Heer hebben, zijn veilig.

 

Chronologisch overzicht van de derde wereld oorlog.

1.     Dan, ineens, komt Jezus weer,

2.     diegene die hun zonden vergeven gekregen hebben en Jezus als Verlosser en Heer hebben, zijn veilig.

3.     de Derde Wereldoorlog breekt los.

·        Het gaat over meerdere continenten, over Amerika, Japan, Australië, alle rijke landen.

·        die wordt beëindigd met een atoombom.

·        Het resultaat is dat er alleen een rest overblijft.

4.    De lucht wordt zo verontreinigd dat men niet kan ademhalen.

5.     Het water wordt vervuild.

6.     Wij kunnen in de aarde niets meer kweken.

7.      De rest van de rijke landen zal proberen naar de arme landen te vluchten.

 

 

Openbaring hoofdstuk 9 : kernoorlog

Openbaring hoofdstuk 9 : kernoorlog

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

Wat zegt de Bijbel over deze profetieën

 

Ik zag bepaalde scènes die gaan gebeuren : Matt. 24:8 “Doch al die dingen zijn maar een beginsel der smarten.”

Een afval van het ware levende christendom en Kerken zullen leeglopen : 2 Thess 2:3 “tenzij dat eerst de afval gekomen zij”

ontstaat een vervanging, een ‘geluksevangelie’ : Matt. 24:5 “Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden.”

De opkomst van de normvervaging en geweld : Matt. 24:12 “de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden.”

Er zullen er zoveel komen dat mensen het hier vervelend beginnen te vinden en hen hard zullen behandelen. Immigratie :  Matt. 24:10 “En dan zullen er velen geërgerd worden, en zullen elkander overleveren, en elkander haten.”

Dan, ineens, komt Jezus weer, diegene die hun zonden vergeven gekregen hebben en Jezus als Verlosser en Heer hebben, zijn veilig : 1 Thess 1:10 “En Zijn Zoon uit de hemelen te verwachten, Die Hij uit de doden opgewekt heeft, namelijk Jezus, Die ons verlost van de toekomende toorn.”

Er breekt een Derde Wereldoorlog uit, die wordt beëindigd met een atoombom : Opb. 8:7-12 : En de eerste engel heeft gebazuind, en er is geworden hagel en vuur, gemengd met bloed, en zij zijn op de aarde geworpen; en het derde deel der bomen is verbrand, en al het groene gras is verbrand.

 

 

Openbaring hoofdstuk 8 : de eerste rampen

Openbaring hoofdstuk 8 : de grote rampen

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

Het water wordt vervuild :  Opb.8:8-11 : En de tweede engel heeft gebazuind, en er werd iets als een grote berg, van vuur brandende, in de zee geworpen; en het derde deel der zee is bloed geworden. En het derde deel der schepselen in de zee, die leven hebben, is gestorven; en het derde deel der schepen is vergaan. En de derde engel heeft gebazuind, en er is een grote ster, brandende als een fakkel, gevallen uit de hemel, en is ge-vallen op het derde deel der rivieren, en op de fonteinen der wateren. En de naam van de ster wordt genaamd Alsem; en het derde deel der wateren werd tot alsem; en vele mensen zijn gestorven van de wateren, want zij waren bitter geworden.

De lucht wordt zo verontreinigd dat men niet kan ademhalen :  Opb. 8:12 En de vierde engel heeft gebazuind, en het derde deel der zon werd geslagen, en het derde deel der maan, en het derde deel der sterren; opdat het derde deel ervan zou verduisterd worden, en dat het derde deel van de dag niet zou lichten; en van de nacht eve-neens.

 

 

Toetsing van de profetie

 

Wat deze Noorse vrouw in 1968 in een visioen gezien heeft is Bijbels te onderbouwen. Maar het belangrijkste is dat de Here Jezus Christus centraal staat en verheerlijkt wordt. Ook dit aspect is terug te vinden in deze profetie.

Eigenlijk is het slot het belangrijkste uit deze profetie:

Ze eindigde haar verhaal met: Ik ben blij dat ik het niet zal meemaken. Maar als die tijd komt, moet je moed verzamelen en het vertellen. Ik heb het van God gekregen. Niets hiervan spreekt tegen wat de Bijbel vertelt. Maar diegene die hun zonden vergeven gekregen hebben en Jezus als Verlosser en Heer hebben, zijn veilig.

 

 

Openbaring hoofdstuk 20 : Christus oordeelt

Openbaring hoofdstuk 20 : Christus oordeelt

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

John Astria

De Zelus Dei, 5e visioen van Scivias III

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

.

.

hildegardvonbingen

.

.

De Zelus Dei, 5e visioen van Scivias lll

.

.

De Zelus Dei, 5e visioen van Scivias lll

De Zelus Dei, 5e visioen van Scivias lll

.

zd1

.

.

zd2

.

.

zd4

.

.

zd5

.

.

zd6

.

.

zd-7

.

.

zd-8.

.

zd9

.

.

zd10

.

.

zd11

.

.

zd12

.

.

zd13

.

.

zd14

.

.

zd15

.

.

zd16

.

.

zd-19

.

.

zd17

.

.

zd20

.

.

zd-21

.

.

zd23

.

.

zd-24

.

.

zd25

.

.

zd-26

.

.

zd26

.

.

zd-27

.

.

zd-28

.

.

zd28

.

.

zd29

.

.

zd30

.

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

voorpagina openbaring a4

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

JOHN ASTRIA

Openbaring les 2: Johannes ziet het waardige lam

Standaard

Categorie: religie

 

 

Achtergrond

 

Na trouw alles te hebben opgeschreven wat Christus bekend wilde maken aan de zeven gemeenten (Op.1:1, 19), ontving de apostel Johannes onmiddellijk daarna een ander visioen van God (Op.4:1). Alsof het eerste visioen waarin hij de verheerlijkte Christus mocht zien nog niet voldoende was, krijgt Johannes nu het niet met woorden te vatten voorrecht om de hemel te bezoeken. Dit bezoek kenmerkt een overgang in het boek Openbaring, gaande van de Gemeente op aarde naar “wat hierna zal geschieden” (1:19). God staat op punt om satan, demonen en zondaars te oordelen en Zijn schepping terug tot Zichzelf te nemen. Wachtend op die dag kunnen de levende wezens en de 24 oudsten rondom de troon enkel in eerbied aanbidden en zich verwonderen naarmate God de Schepper alles voorbereid voor deze glorieuze dag.

Terwijl Johannes getuige mag zijn van deze schitterende aanbidding, komt er een figuur in het beeld dat de apostel Johannes maar al te goed kent. In hoofdstuk 5 van Openbaring gaat de aanbidding van de Schepper nu naar de Verlosser. Weer opnieuw is Johannes hier getuige van de Here Jezus Christus. Christus, die hier wordt gezien als het waardige Lam van God, is de rechtmatige Heerser van de aarde. Enkel Hij heeft het recht, de macht en het gezag om over de gehele aarde te heersen. Hoewel al degenen die Hem liefhebben wachten op Zijn heerschappij, zal iedereen ook wachten wanneer de gehele schepping het lam dat alle lof waardig is zal aanbidden.

 

 

Openbaring hoofdstuk 4 ; de troonsheerlijkheid van God

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

Het werk van het Lam (Openbaring 5:1-6)

 

Nadat Johannes de glorieuze troon van God en de onverwoordbare majesteit van Degene die op de troon zit zag (Op.4), kijkt hij naar wat overblijft in Gods hand. Daar op Zijn troon gezeten houdt God in Zijn rechterhand iets wat Johannes omschrijft als “een boekrol, van binnen en van buiten beschreven, verzegeld met zeven zegels” (5:1). Deze boekrol die Johannes zag in Gods hand is de eigendomsakte van de gehele aarde. Voor de grondlegging van de wereld had God Iemand gekozen die de gehele aarde zou beërven. In deze boekrol was iedere detail hoe deze Gekozene Zijn rechtmatig eigendom terug zou verwerven. Hij zou dit doen door de oordelen van God die uitgegoten gingen worden over de aarde.

Het geeft ons weer hoe de Gekozene de wereld zal verlossen van de satan en de mensen en demonen die met hem hebben samengewerkt. Nu dat God alles op aarde bereid heeft om haar oordeel te geven, is alles wat er overblijft voor de Gekozenen om te onthullen. Brandend van verlangen om dit allemaal te weten te komen ziet Johannes nog iemand anders die evenzeer op zoek is naar de Gekozene die de boekrol zal openen. Johannes schrijft dat hij “een sterke engel” zag, “die met luide stem uitriep: Wie is het waard de boekrol te openen en zijn zegels te verbreken?” (5:2). De engel was op zoek naar Iemand die zowel de boekrol kon openen als haar zegels kon verbreken. Enkel iemand die waardig genoeg was zou de macht hebben om satan en zijn demonen te verslaan, de zonde en haar gevolgen weg te vagen en de vloek op de gehele schepping teniet te doen.

Op het eerste zicht leek niemand in aanmerking te komen. Johannes schrijft: “Niemand in de hemel en ook niet op de aarde of onder de aarde die de boekrol kon openen of hem inzien” (5:3). Na een zoektocht doorheen het hele universum, van de hel tot de hemel en alle plaatsen tussenin, bleek er niemand te zijn die waardig was om de boekrol te openen. Niemand had het waardig karakter en het goddelijk recht om in aanmerking te komen om de zegels te verbreken. Op dit moment overmand door verdriet en verbijstering, begint Johannes te wenen omdat er niemand was die waardig was om de boekrol te openen, noch deze in te kijken (5:4). Dit is de enige keer dat de Bijbel aangeeft dat er tranen waren in de hemel. Johannes weende omdat hij de wereld verlost wilde zien worden van het kwade, de zonde en de dood. Hij wilde satan zien verslagen worden en Gods Koninkrijk op aarde zien gevestigd worden. Johannes wist dat de Messias gedood was en dat Zijn Gemeente enorme verdrukking kende en besmet was met zonde (Hfdstn.2-3). Alles leek vanaf dit gezichtspunt slecht te gaan.

Ook al was het geween van Johannes oprecht, toch was het voorbarig. Hij moest niet wenen, omdat de zoektocht naar Degene die waardig was om de boekrol te openen zou gaan eindigen. Omdat zijn tranen ongepast waren, zei een van de 24 oudsten rondom de troon van God dat hij moest stoppen met wenen. Daarna trok hij de aandacht van Johannes naar een nieuwe Persoon die in beeld kwam, “de Leeuw Die uit de stam van Juda is” (Op.5:5). Geen mens, noch een engel, kan het universum verlossen, maar er is wel Iemand anders die dit kan. Deze Persoon is natuurlijk de verheerlijkte Heer Jezus Christus, hier beschreven met twee messiaanse titels.

De benaming “de Leeuw Die uit de stam van Juda” vindt haar oorsprong bij de zegen die Jakob gaf aan de stam van Juda in Genesis 49: 8-10. Uit de leeuwachtige stam van Juda zou een sterke, krachtige en dodelijke heerser komen – de Messias, Jezus Christus (Heb.7:14). Net als een leeuw zou Christus Degene zijn die Gods vijanden zou verscheuren en verwoesten. Zijn leeuwachtig oordeel over Zijn vijanden wacht op de nog komende dag die Hij gekozen heeft – de dag die zich hier begint te ontvouwen in Openbaring hoofdstuk 5. Jezus wordt hier ook gezien als “de Wortel van David”. Deze messiaanse benaming vinden we terug in Jesaja 11:1, 10.

Naar de genealogie in Mattheüs 1 (zie ook Lukas 3), was Jezus de afstammeling van David. Door naar Christus op deze manier te verwijzen bevestigde de oudste dat Jezus Degene was die waardig was om de boekrol te openen. Hij was waardig om:

wie Hij is – de rechtmatige Koning uit het geslacht van David

wat Hij is – de Leeuw uit de stam van Juda met de macht om Zijn vijanden te vernietigen

wat Hij heeft gedaan – Hij heeft “overwonnen” (5:5). Aan het kruis versloeg Hij de zonde (Rom.8:3), de dood (Heb.2:14-15) en al de machten van de hel (Kol.2:15; 1 Pet.3:19).

De gelovigen zijn nu overwinnaars door Zijn overwinning (Kol.2:13-14; 1Joh.5:5).

Dat Christus had overwonnen en niet overwonnen was, is duidelijk in het feit dat Johannes Hem ziet als het Lam van God (5:6). De Here Jezus kon niet de Leeuw van het oordeel, noch de glorieuze Koning zijn, tenzij Hij als eerst “het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt” zou zijn (Joh.1:29). Dat Johannes nu het lam ziet is het bewijs dat Christus dit laatste heeft gedaan. Het Lam staat nu levend, op Zijn voeten voor de troon van God, maar kijkt nog steeds alsof Het geslacht is geweest. Het littekens van de dodelijke wond die dit Lam kreeg waren duidelijk zichtbaar; maar toch leefde Hij nog. Ook al beraamden demonen en kwaadaardige mensen plotten tegen Hem en vermoordden ze Hem aan het kruis, toch verrees Hij uit de doden, versloeg dus Zijn vijanden en overwon hen.

 

 

Openbaring hoofdstuk 5 ; de heerlijkheid van de verzoening door Christus

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

De waardigheid van het Lam (Op.1: 7-10)

 

De verschijning van het Lam dat naar voren gaat om de boekrol te openen, maakte dat de vier wezens en de 24 oudsten Hem verheerlijkten (5:7-8). Net zoals ze in het eerdere visioen van Johannes hadden gedaan (Op.4) vielen alle levende wezens en oudsten neer voor het Lam. Zulk een houding is een van eerbiedige aanbidding, een natuurlijke reactie op de majestueuze, heilige, eerbied prikkelende glorie van Christus. Deze spontane uitbarsting van aanbidding komt voor uit het besef dat de lang verwachte overwinning van de zonde, dood en satan volledig volbracht zou worden en dat de Here Jezus terug naar de aarde zou keren om te zegevieren. De vloek over de zonde zou teniet gedaan worden en de Gemeente geëerd, verheven en het voorrecht gegeven worden om met Christus te regeren. Het nieuwe lied dat uitgaat van de oudsten herbevestigd dat Christus het waard is “om de boekrol te nemen en zijn zegels te openen” (5:9). Hij is waardig omdat Hij het Lam is, de Leeuw uit de stam van Juda, de Koning der koningen en Heer der Heren.

Daarna gaat het lied verder met het versterken van Christus’ waardigheid met de woorden “want U bent geslacht en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed, uit elke stam, taal, volk en natie” (5:9). Het lied van de oudsten bevestigde het belang van Christus’ dood aan het kruis. Het was Christus’ opofferende dood die “ons voor God” kocht. Aan het kruis betaalde God de prijs die nodig was (Zijn eigen bloed; 1 Pet.1:18-19) om mensen te bevrijden uit de slavenmarkt van de zonde. Het moet voor Johannes aangrijpend en opbeurend zijn dat mensen van over de hele wereld tot de verlosten zouden behoren. De wetenschap dat vervolging en zonde de verspreiding van het Evangelie niet zouden belemmeren, moet vreugde en hoop gebracht hebben in het hart van de apostel.

De liederen gaan verder met weergeven van de gevolgen van de verlossing: “U hebt ons voor onze God gemaakt tot koningen en priesters, en wij zullen als koningen regeren over de aarde” (5:10). Dat het verlossend werk van Christus zovelen op aarde zou treffen is niet het enige dat lovenswaardig is. De gevolgen van deze verlossing geven ook reden tot lofzang. De verlosten maken deel uit van Gods Koninkrijk, een gemeenschap van gelovigen onder Gods soevereine heerschappij. Ze zijn ook priesters voor onze God, wat hun volledige toegang tot aanbidding en dienstbaarheid in Gods aanwezigheid benadrukt. Het huidige priesterschap van gelovigen is een voorbode van de toekomstige dag waarop we allemaal toegang zullen krijgen tot God en volmaakte gemeenschap met God.

 

 

De aanbidding van het Lam (Op.1:11-14)

 

Onmiddellijk na de vier levende wezens en de 24 oudsten de waardigheid van het Lam te hebben zien bevestigen, ziet Johannes nog meer van wat zal plaatsvinden in de toekomst. Een visioen van degenen die het Lam aanbidden. Het is door Christus’ waardigheid dat de gehele schepping Hem zal aanbidden. Hierop volgend schrijft Johannes dat toen hij keek hij “een geluid van vele engelen rondom de troon, van de dieren en van de ouderlingen“ hoorde. “En hun aantal bedroeg tienduizenden tienduizendtallen en duizenden duizendtallen” (Op.5:11). De stemmen van de vier levende wezens en de 24 oudsten werden nu aangevuld met die van ontiegelijk veel engelen. Dit stemt overeen met Hebreeën 12:1 waarin staat dat het aantal heilige engelen niet geteld kan worden.

Deze kolossale groep begint dan zeggende met een luide stem met het loflied waarmee het hoofdstuk eindigt: “Het Lam Dat geslacht is, is het waard om de kracht te ontvangen, en rijkdom, wijsheid, sterkte, eer, heerlijkheid en dankzegging” (Op.5:12). Weer opnieuw ligt de nadruk op Christus’ dood die voorzag in een volmaakte verlossing. Het is in het licht van deze verlossing dat Christus lof, aanbidding en verering hoort gegeven te worden. Doorheen deze lofzang erkennen de engelen dat Christus erkend hoort te worden omwille van Zijn grote kracht, rijkdom en wijsheid. Christus weet alles, bezit alles en kan alles. Door al deze dingen en al Zijn andere eigenschappen is Jezus het waard om alle “eer, heerlijkheid en dankzegging” te ontvangen” (5:12).

Niet enkel deze kolossale groep engelen zullen lofzingen tot Christus in die komende dagen. Onmiddellijk na het horen van deze glorieuze stemmen van deze engelen hoort Johannes dat de gehele schepping meegaat in de lofzang. Het is op dit punt dat de schepping haar vreugde over haar nabije verlossing niet zal kunnen bevatten. “Elk schepsel dat in de hemel, op de aarde, onder de aarde en op de zee is, en alles wat daarin is” (Op.5:13) zal op een dag het Lam loven. Eindeloze eer, eindeloze heerlijkheid, eindeloze glorie en eindeloze aanbidding komt enkel aan God de Vader en de Here Jezus toe.

 

 

Conclusie

 

In de vroege kerkgeschiedenis werden gelovigen voortdurend vervolgd door degenen die over hen wilde regeren. Bemoedigend voor de Gemeente is dan te weten dat slechts één Persoon zulk een heerschappij toekomt – het Lam van God. God had al van vooraf ingesteld dat Zijn Zoon de gehele aarde zou beërven. Omdat Hij de zonde heeft overwonnen door Zijn dood, is Hij alleen bekwaam oordeel te brengen over de aarde en een volk te verlossen voor God. Wanneer deze dag komt en het oordeel ten uitvoer wordt gebracht zal de gehele schepping voortdurend eer betuigen aan Degene die alle eerbied waardig is – het Lam, dat was geslacht.

 

 

BEGELEIDENDE VRAGEN

 

 Welke visioen zien we dat Johannes heeft?

 

Als zijn eerste visioen van het zien van de verheerlijkte Christus nog niet genoeg was, wordt Johannes deze keer het meest wonderlijke privilege gegeven in het bezoeken van de hemel. Daar ziet Johannes God als Hij op Zijn troon zit. Hij staat op het punt om satan, demonen en zondaren te oordelen en Zijn schepping terug te nemen. Terwijl ze wachten op dag dat deze zal komen, kunnen degenen rond de troon, de levende wezens en 24 oudsten, alleen maar in eerbied en verwondering aanbidden wanneer God de Schepper de totstandbrenging van deze glorieuze dag voorbereid. Terwijl Johannes deze magnifieke aanbidding aanschouwt, gaat de lofprijzing die opgaat naar God door.

 

 

 Wat houdt God vast als Hij op de troon zit?

 

Zittende op Zijn troon, houdt God in Zijn rechterhand wat Johannes beschrijft als “een boekrol, van binnen en van buiten beschreven, verzegeld met zeven zegels” (5:1). Deze boekrol is de eigendomsakte voor de gehele aarde. Voordat de fundamenten van de aarde gelegd waren, had God Een gekozen die de gehele aarde zou erven. Binnen in de rol was elk detail beschreven van hoe deze gekozen Een zijn rechtmatige erfdeel zou herkrijgen. Het verteld hoe de Gekozene de wereld zal verlossen van satan, zijn demonen en slechte mensen. Nu dat God gereed is dat de aarde zijn oordeel zal ontvangen, is alles wat overblijft voor de Een om geopenbaard te worden.

 

 

 Wie heeft er net als Johannes een gretig verlangen om

te zien wie de rechtmatige erfgenaam is van de aarde?

 

Johannes ziet iemand anders die net zo graag er achter wil komen wie de Een is die de boekrol kan openen. Johannes schrijft dat hij een “sterke engel” zag, die “met luide stem uitriep: Wie is het waard de boekrol te openen en zijn zegels te verbreken?” (5:2). De engel zocht iemand die waard was en de boekrol kon openen en de zegels kon breken. Alleen degene die waardig genoeg was, zou de macht hebben om satan en zijn demonen te verslaan, zonde en zijn gevolgen weg te vagen en de vloek over de gehele schepping ongedaan te maken.

 

 

 Waarom begint de apostel Johannes te wenen tijdens zijn visioen?

 

Op het eerste gezicht leek het dat niemand geschikt was. Johannes schrijft, “niemand in de hemel en ook niet op de aarde of onder de aarde die de boekrol kon openen of hem inzien” (5:3). Overweldigd met droefheid, begint Johannes in tranen los te barsten, omdat niemand gevonden werd die waard was om de boekrol te openen of in te zien (5:4). Johannes weende, omdat hij wilde dat de wereld van het kwaad, de zonde en dood ontdaan werd. Hij wilde zien dat satan overwonnen werd en Gods koninkrijk op aarde gestalte kreeg. Johannes wist dat de Messias terechtgesteld was en dat Zijn gemeente intense vervolging onderging en besmet was met zonde (hfdst.2-3). Alles leek vanuit zijn perspectief slecht te gaan.

 

 

 Bij het troosten van de apostel richt een van de oudsten de aandacht

van Johannes naar een Persoon, wie is deze Persoon?

 

Johannes hoefde niet te huilen, want de zoektocht voor de Een die waard was de boekrol te openen was bijna ten einde. Omdat zijn tranen ongepast waren, verteld een van de 24 oudsten rond Gods troon dat hij stoppen moet met wenen. Daarna trekt hij de aandacht van Johannes naar een nieuw Persoon, die de oudste noemt als “de Leeuw Die uit de stam van Juda is, de Wortel van David, heeft overwonnen” (5:5). Geen mens en geen engel kunnen het universum verlossen, maar er is Een die het wel kan. Deze Persoon is natuurlijk de verheerlijkte, verhoogde Here Jezus Christus. Als een leeuw zal Christus de Een zijn die zijn vijand verscheuren en vernietigen. En zoals het geslachtregister in Mattheüs 1 onthult, was Jezus ook een nakomeling (of de wortel) van David. Hij was waard, omdat Hij de rechtmatige Koning uit Davids lijn is en ook omdat vanwege wat Hij gedaan heeft – Hij heeft overwonnen. Op het kruis heeft Hij de zonde, dood en alle macht van de dood verslagen. Gelovigen zijn nu overwinnaars door Zijn overwinning.

 

 

 Op welke manier wordt aan de apostel Johannes de Here Jezus bekend gemaakt?

 

Dat Christus overwonnen had wordt duidelijk als Johannes Hem ziet als Lam van God (5:6). Het Lam staat voor de troon van God, levend, op Zijn voeten, maar kijkende alsof Hij geslacht was. De littekens van de dodelijke wond die deze Lam ontving, waren duidelijk zichtbaar; doch Hij was levend. Hoewel demonen en slechte mensen zweerden samen tegen Hem en Hem doden aan het kruis, stond Hij op uit de dood, daarmee Zijn vijanden verslaand en zegevierende.

 

 

 Hoe reageren de oudsten en vier levende wezens in de hemel op het Lam van God?

 

Het voorkomen van het Lam, als Hij beweegt om de boekrol te nemen, veroorzaakt lofprijzen van de vier levende wezens en de 24 oudsten (5:7-8). Als ze neervallen voor Zijn voeten, realiseren ze zich dat de langverwachte vernietiging van zonde, dood en satan op het punt staat te gebeuren en dat de Here Jezus triomferend zal terugkeren naar de aarde. Gelet op het kruis blijft een ieder van hen Christus’ waardigheid herbevestigen, door te zeggen, “want U bent geslacht en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed, uit elke stam, taal, volk en natie” (5:9).

 

 

 Wat heeft volgens Johannes’ visioen het geslachte Lam volbracht?

 

Aan het kruis heeft Jezus Christus de prijs betaald om de mens te redden / verlossen van de slavenmarkt van zonde. Door deze aankoop, worden gelovigen die eens van God gescheiden waren, nu deel van Gods koninkrijk. Ze zouden ook priesters tot onze God zijn, wat betekend dat ze in de mogelijkheid zijn om God voor altijd te kunnen aanbidden.

 

 

 Wie reageert er ook in lofprijs naar het Lam?

 

Gelijk na het zien van de bevestiging van de waardigheid van het Lam door de vier levende wezens en de vierentwintig oudsten, ziet Johannes meer van wat er in de toekomst zal gebeuren. Door Christus’ waardigheid, zal de hele schepping eens Hem aanbidden. Hierop volgend schrijft Johannes dat toen hij keek, hij een ontelbare menigte engelen zag en dat de hele schepping de Heer prees. Wat een wonderlijke zicht dat dit voor Johannes geweest moet zijn. Om wie Christus is en wat Hij gedaan heeft, behoort alle eer, glorie en zegen aan de Here Jezus Christus.

 

 

Openbaring hoofdstuk 1, 2 en 3 ; de Openbaring van Christus’ heerlijkheid aan Johannes

 

 

SAMENVATTING

 

Nadat Johannes het visioen van Christus ziet en dan alles getrouw opschrijft, waar hij opdracht toe had gekregen om aan de zeven gemeenten te schrijven, ontvangt Johannes nog een visioen. Dit maal gaat het over de hemel en het middelpunt God zittende op Zijn troon. Wanneer de vier levende wezens en de vierentwintig oudsten allen God blijven prijzen, is er veel commotie over wie er waard is om de boekrol te openen die God in Zijn rechterhand houdt. Net wanneer niemand waard is om de boekrol te openen, om naar zonde te handelen en de aarde te herstellen, komt de Leeuw van de stam van Juda, de Wortel van David. Daar tussen de troon en de vier levende wezens wordt Christus gezien als het geslachte Lam, maar niet verslagen. Hij leeft en staat op Zijn voeten. Aangezien het duidelijk is dat Hij degene is die de dood heeft overwonnen, breekt de hemel uit in lofprijzing. De vier levende wezens, de vierentwintig oudsten, een ontelbare menigte engelen en heel de schepping geven alle glorie, eer en zegen aan het Lam. Hij die de mens vrijkocht van hun zonden, het Lam van God, is de enige die waard is om de boekrol te openen.

Johannes’ visioen van de hemel en wat er plaats vindt in de toekomst, geeft ons een wonderbaarlijk voorbeeld. Christus die de zonde en de dood overwon en ons zo verloste tot kinderen Gods, zou ons moeten aansporen om lof te offeren en Hem te danken. Dat Hij voortleeft en regeert, zou een bemoediging voor de gelovigen moeten zijn. Helaas kent en volgt niet iedereen dit lam. Ieder van ons zou met groot verlangen anderen over het Lam van God moeten vertellen.

 

 

Chronologie Johannes’ visioen

 

God wilde de apostel Johannes iets laten zien dat nog niet echt gebeurd was. Hij gaf Johannes een droom waarin Hij hem meenam naar de hemel. Het was een heel speciale droom. Alles wat hij in die droom zag, zou ooit echt gaan gebeuren. Omdat God wilde dat alle mensen dit zouden weten, moest Johannes alles wat hij in die droom zag opschrijven. “Ik zag iemand op een troon met in zijn rechterhand een boekrol. Deze boekrol was van binnen en van buiten beschreven, en verzegeld met zeven zegels. Ook zag ik een machtige engel. Hij riep luid: ‘Wie mag de zegels verbreken en de boekrol te openen?’ Maar niemand in de hemel, op aarde of onder de aarde was in staat de boekrol te openen en te lezen. Ik brak in tranen uit, omdat niemand de boekrol kon openen of lezen. Toen zei iemand tegen hem: ‘Huil niet! De leeuw van Juda heeft overwonnen: hij kan de zeven zegels verbreken en de boekrol openen.’

Toen zag ik midden voor de troon een Lam dat heel veel pijn had gehad. Het Lam kwam naar voren en nam de boekrol aan. Toen het de boekrol nam, viel iedereen die voor de troon stond neer. En ze zongen een nieuw lied: ‘U komt de eer toe de boekrol te nemen en haar zegels te verbreken. Want u bent geslacht en met uw bloed hebt u voor God mensen gekocht uit elke stam en taal, uit elk volk en ras. U hebt hen tot koningen gemaakt, tot priesters voor onze God en zij zullen heersen op aarde.’ Toen hoorde en zag ik vele engelen rondom de troon, met de vier wezens en de oudsten. Zij waren met duizenden en duizenden, ja met miljoenen. En zij riepen luid: ‘Het Lam dat geslacht werd, komt de eer toe om de macht te ontvangen, de rijkdom, de wijsheid en de kracht, de eer, de glorie, de lof.’

En ik hoorde iedereen die God had gemaakt in de hemel en op de aarde, onder de aarde en in de zee, ja echt echt iedereen zingen: ‘Aan God op de troon, en aan het Lam komen toe: lof en eer, glorie en kracht voor altijd, voor eeuwig!’ “

Johannes mocht een stukje zien van wat er in de hemel bij God gebeuren zal. God heeft aan Jezus beloofd dat Hij de Koning van de aarde mag zijn. Alleen Hij mag de echte Koning zijn! Wat een dag zal dat zijn als iedereen Jezus de grote Koning zal zien. Dan zal iedereen voor Hem buigen. Want Hij alleen is het waard om aanbeden te worden.

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De deugd Victoria uit het 3e visioen van Scivias III

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

.

.

.

.

de deugd Victoria, derde visioen van Scivias III

.

.

de deugd Victoria, derde visioen van Scivias III

de deugd Victoria, derde visioen van Scivias III, is de figuur uiterst rechts

.

.

victoria-1

.

.

.

victoria-2

.

.

.

victoria-3

.

.

.

victoria-4

.

.

.

victoria-5

.

.

.

victoria-6

.

.

.

victoria-7

.

.

.

victoria-8

.

.

.

victoria-10

.

.

.

victoria-11

.

.

.

victoria-12

.

.

.

victoria-13

.

.

.

victoria-14

.

.

.

victoria-15

.

.

.

victoria-16

.

.

.

victoria-17

.

.

.

victoria-18

.

.

.

victoria-19

.

.

.

victoria-20

.

.

.

victoria-21

.

.

.

victoria-22

.

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

voorpagina openbaring a4

.

.

3d-gouden-pijl-5271528

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

JOHN ASTRIA

Liber Divinorum Operum : visioen 4

Standaard

categorie : Hildegard Von Bingen

 

 

 

Liber Divinorum Operum

 

Het boek van de goddelijke werken

met visioenen van

Hildegard van Bingen

 

 

Hildegard

 

 

“Der gläubige Mensch richtet sein Trachten immer auf Gott, dem er in Ehrfurcht begegnet. Denn wie der Mensch mit den leiblichen Augen allenthalben die Geschöpfe sieht, so schaut er im Glauben überall den Herrn.”

 

Liber divinorum operum (Boek van goddelijke werken) is een werk uit de tweede helft van de 12e eeuw van de Duitse Benedictijner Abdis en mystica Hildegard von Bingen. Het is haar laatste visionaire werk en het werd geschreven tussen 1163 en 1174. Het bevat tien visioenen waarin de liefde van God tot uitdrukking komt in de mensen en in de relatie van de mensen tot God.

 

 

Liber Divinorum Operum 4

 

 

 

Hildegard vervolgt met een gedetailleerde beschrijving van het vierde visoen:

“De redelijke ziel brengt talrijke woorden voort die weerklinken zoals de boom zijn takken vermeerdert en zoals de takken uit de boom voortkomen, zo ontspruiten de krachten van de mens aan zijn ziel. De werken die zij in samenwerking met de mens volbrengt, welke deze ook mogen zijn, lijken op de vruchten van een boom.

De ziel heeft in werkelijkheid vier vleugels (geestelijke vermogens):

de zinnen (voelen),

de kennis (waarnemen),

de wil (willen)

en het verstand (denken).”

 

Haar overwegingen betreffende de mens te midden van de natuur voeren Hildegard terug tot de tijd van de schepping. “Toen God de mens zag, zag Hij dat hij goed was; had Hij hem niet naar zijn eigen beeld en gelijkenis geschapen? Het was aan de mens middels de stem van de rede de goddelijke wonderwerken te verkondigen! De mens is de volheid van het werk Gods, de mens kent God, want God heeft in hem alle schepselen geschapen, en Hij heeft hem toegestaan Hem in de kus van de ware Liefde en door de rede te loven en te prijzen; maar er ontbrak de mens een hulp aan hem gelijk.

God gaf hem deze hulp in de spiegel die de vrouw is. Zij verborg in zich het hele menselijke geslacht, dat zich in de energie van de goddelijke kracht moest ontwikkelen; in deze energie had hij de eerste mens geschapen. Daarom komen man en vrouw tezamen, om aan elkaar hun werk te voltrekken, want zonder de vrouw zou de man niet als zodanig worden herkend, en omgekeerd.

De vrouw is het werk van de man, de man is het instrument van troost voor de vrouw en geen van hen kan afzonderlijk leven. De man duidt op de goddelijkheid, de vrouw op de menselijkheid van de Zoon van God.” Zo hebben al deze visioenen een diepe eenheid van God en Zijn werk, of het nu om de mens gaat of om de kosmos.

 

 

Daaraan ontlenen zij hun grootsheid:

 

“De ziel, zolang zij in het lichaam verblijft, voelt Gods aanwezigheid omdat zij uit God voortkomt, maar zolang zij haar taak onder de schepselen vervult, ziet zij God niet. Als zij de werkplaats van haar lichaam heeft verlaten en oog in oog met God komt te staan, zal zij haar ware karakter en haar vroegere afhankelijkheid van het lichaam kennen. Zij wacht dus vol ongeduld op de jongste dag van de wereld, want het omhulsel waarvan zij houdt en dat haar eigen lichaam is, heeft zij verloren.

Als zij het heeft teruggekregen, zal zij samen met de engelen het luisterrijke aangezicht Gods zien. ” “De mens is het omhulsel dat mijn Zoon in Zijn koninklijke macht omhult, om God van de hele schepping en leven van leven te lijken.” “God heeft in de gedaante van de mens zijn gehele werk vastgelegd.”

 

Het vierde visioen van Liber Divinorum Operum is geheel gewijd aan het bezielde schepsel, de mens. Het visioenbeeld geeft in metaforen te kennen, hoe de ziel in het lichaam werkt.

De ziel heeft twee krachten, waardoor zij zowel het werk als de rust van haar ijverig streven met gelijke sterkte beheerst. Met de ene (kracht) stijgt zij omhoog, waar zij God ervaart. Met de andere (kracht) neemt zij het gehele lichaam waarin zij bestaat, in bezit om daarin te werken. Want het is de ziel tot vreugde om in het lichaam werkzaam te zijn. Daartoe is zij immers door God gemaakt. En door dat werk van het lichaam snelt de ziel naar haar vervolmaking.

Het menselijke lichaam is als het ware een afspiegeling van de geschapen wereld als geheel, het universum. In haar visioen zag Hildegard de mensengestalte staande in het midden van de cirkels der elementen. Zoals de armen en benen het lichaam van de mens in evenwicht houden temidden van alle natuurkrachten, zo houdt de ziel het innerlijk van de mens in evenwicht. Maar zoals het lichaam gemaakt is om te bewegen, zo staat ook de ziel niet stil. Zij is voortdurend in beweging, net zoals de winden in het uitspansel, die het wereldgebouw in evenwicht houden.

De ziel vliegt in de mens met vier vleugels, namelijk met het waarnemingsvermogen (sensualitas), met het verstand (intellectus) en met de kennis van het goede en het kwade (scientia boni en scientia mali). Zo werkt de ziel met de zintuiglijke waarneming volgens de smaak van het vlees (lichaam); door het verstand onderscheidt zij waarlijk haar werken, of die God of de mensen welgevallig zijn. Door de twee vleugels der kennis van het goede en kwade voltooit de mens elk werk in de ziel. Daardoor wordt getoetst welke werken door de geest verlossing door God verlangen en welke door het vlees het eerbetoon van de mensen begeren.

 

 

 

De levensweg van de ziel 

 

Was in Scivias de pelgrimsreis van de ziel op aarde verteld als een beeldverhaal, in Liber Divinorum Operum blijkt dat Hildegard in staat was een geleerd betoog te schrijven. Toch bleef zij concrete beelden gebruiken om uit te leggen wat zij bedoelde zoals een boom met takken of de ziel als een gevleugelde vogel. Wat zij opnieuw wilde verkondigen was, dat de mensenziel haar edele staat en haar opdracht ontleent aan haar goddelijke afkomst. Daardoor neemt zij deel aan de rede (rationalitas) en kan zij beschikken over woorden en taal om zich te uiten en haar werk bekend te maken. Na een lang leven van bidden en werken, schreef Hildegard:

 

“Immers, de met rede begiftigde ziel brengt met deze klank woorden voort om die te vermenigvuldigen, zoals een boom zijn takken vermenigvuldigt. En uit haar (de ziel) komen alle krachten van de mens voort, zoals uit de boom zijn takken. En zo worden ook de werken die door de mens verricht worden, naar hun hoedanigheid bekend, zoals de vruchten van de boom gekend worden. De ziel heeft immers vier vleugels, namelijk waarnemingsvermogen (sensus) en kennis (scientia), wil (voluntas) en verstand (intellectus). Door de vleugel van de waarneming merkt zij dat zij gewond is.

Zij neigt immers tot wat het vlees behaagt, waardoor zij altijd koerst op onbestendige wind. Door de vleugel der kennis heeft het lichaam, wetend dat het door de ziel leeft, verlangen om te werken. En door de vleugel van de wil verlangt de ziel ernaar om met het lichaam te werken, daar zij ziet dat dit ervoor gemaakt is. Maar door de vleugel van het verstand (her)kent de ziel de vruchten van al die werken, of zij nuttig zijn of nutteloos, en weet zij in hoeverre deze het eeuwige (leven) te wachten staat.

Doordat deze vier vleugels met de kennis van goed en kwaad van voren en van achteren ogen hebben, vliegt de ziel als een vogel voorwaarts door de kennis van het goede als de mens het goede doet, achteruit door de kennis van het kwade als de mens slechte werken doet.”

 

Hoewel de beelden die Hildegard in Liber Divinorum Operum gebruikte verschillen van die in Scivias, is de inhoud van haar zielkunde dezelfde gebleven, maar zij is dieper doordacht en diepzinniger uitgedrukt. Meer dan vroeger benadrukte Hildegard in haar latere werk de gespannen verhouding tussen de ziel en het lichaam. Het lichaam trekt de ziel omlaag met haar zintuigen die het aardse zoeken. De ziel moet het lichaam moeizaam meetorsen terwijl zij opwaarts wil streven naar haar goddelijke oorsprong en bestemming.

 

 

ldo22

 

 

 

ldo23

 

 

 

ldo24

 

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

JOHN ASTRIA