Tagarchief: zondaars

Garabandal warning / De profetie van Garabandal

Standaard

category / categorie : religion and video / religie en video

 

 

 

Garabandal warning, our ladys messages

.

De profetie van Garabandal, boodschappen van Maria

 

.

 

 

.

.

De Waarschuwing

 

Wanneer? Hoe? Waar?

 

De Waarschuwing zal schijnen in de hemel en zichtbaar zijn voor de hele wereld. Het zal door iedereen tegelijkertijd begrepen worden, ongeacht hun levensstatus of kennis van God. Het zal een verschrikkelijke ervaring zijn, maar het zal voor het welzijn van onze ziel zijn, omdat we innerlijk zullen zien, in ons geweten, het goede en het kwaad dat we hebben gedaan. God wil ons heil; het doel van de Waarschuwing is niet om angst te veroorzaken, maar om ons dichter bij Hem te brengen en om ons geloof te versterken.

 

 

 

Het Wonder

 

Wat zal het zijn?

 

In de maand oktober van 1961, beloofde Onze Lieve Vrouw, eerst aan Conchita en dan, later, aan de rest van de meisjes, een Groot Wonder. Conchita zegt dat het zal plaatsvinden op een donderdag om 20:30 uur en het zal 15 minuten duren; echter, er zal een zichtbaar teken blijven bij de dennenbomen tot aan het einde der tijden. Het Wonder zal samenvallen met een belangrijke kerkelijke gebeurtenis. De aanwezige zieken zullen genezen worden, zondaars zullen zich bekeren en niet-gelovigen zullen geloven. Conchita kent de datum van het Wonder en zal het acht dagen van tevoren aankondigen.

 

 

 

De Kastijding

 

Is God het kwaad?

 

Als de wereld niet verandert na het Wonder zal er een Kastijding komen. Conchita zegt, “Als we niet veranderen zal de Kastijding verschrikkelijk zijn. Loli, Jacinta en ik hebben het gezien, maar ik kan niet zeggen waaruit het bestaat, want ik heb niet de toestemming van Onze Lieve Vrouw. Toen ik het zag, werd ik gevuld met een enorme angst, hoewel ik op dat moment ook Onze Lieve Vrouw zag, in al haar schoonheid en onbeschrijfelijke goedheid!”

 

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

 

Openbaring les 4: Wat is een nieuwe hemel en nieuwe aarde?

Standaard

Categorie: religie

 

 

ACHTERGROND

 

Gelovigen zijn “allen die Zijn verschijning hebben liefgehad” (2 Tim.4:8). Het is niet logisch dat iemand zou beweren Jezus lief te hebben en daarbij niet zou verlangen naar Zijn terugkeer. Daarom is het eind van het boek Openbaring net zo bemoedigend. Gelovigen zijn, zowel in de tijd van Johannes als vandaag de dag, voorbestemd om voor eeuwig met Hem te leven en de verwachting van die gemeenschap met Hem zou hun grootste vreugde moeten zijn. De Gemeente zal nooit bevredigd zijn totdat ze “zonder smet of rimpel of iets dergelijks, heilig en smetteloos” voor God zal staan (Ef.5:27). Tegelijkertijd staat er een andere realiteit te wachten voor degenen die niet verlost zijn. Hun komende eeuwige toestand is net zo echt als die van de verloste mensen. Om die reden geeft Jezus nog een laatste uitnodiging tot berouw in inkeer voor Hij Zijn openbaring doorheen de apostel Johannes afsluit.

 

 

Openbaring hoofdstuk 21: een nieuwe hemel en een nieuwe aarde

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

De nieuwe hemel en de nieuwe aarde (Openbaring 21:1-8)

 

Bij het openen van het 21ste hoofdstuk zijn alle zondaren uit alle tijden, en satan en zijn demonen, veroordeeld tot de poel van vuur (20:10-15). Nadat God alle goddeloze mensen en engelen verbannen heeft en het huidige universum vernietigd is (20:11), zal God een nieuwe plaats scheppen waar de verlosten en de heilige engelen voor eeuwig kunnen wonen. De openbaring van Christus aan de apostel Johannes is een beschrijving van deze woonplaats. Dat op een dag alles nieuw zal worden gemaakt is om verschillende redenen een bemoedigende boodschap van zekerheid aan de gelovigen, zowel uit de tijd van Johannes als die van vandaag de dag.

Ten eerste zullen gelovigen geroepen worden om met Christus in een glorieuze plaats te wonen. Dit zal een gloednieuwe, nooit eerder geziene weergave zijn van Gods kracht. God schiep de aarde oorspronkelijk als een geschikte woonplaats voor de mensheid. De ingang van de zonde besmette echter de aarde en het universum waardoor God deze uiteindelijk zal vernietigen (20:11). Omdat door dit oordeel de eerste hemel en de eerste aarde heen zullen gaan, moet God een nieuwe hemel en een nieuwe aarde scheppen. Binnen in deze nieuwe schepping zal er een centrale plaats of hoofdstad zijn.

Deze zal het nieuwe Jeruzalem genoemd worden en zal heel anders zijn dan het Jeruzalem dat Johannes of wijzelf kennen. Het oude Jeruzalem, dat toen Johannes dit visioen kreeg al 25 jaar in puin lag, is ook bevlekt met zonde en maakt daardoor deel uit van de oude schepping. De nieuwe plaats zal een heilige stad zijn voor God, omdat iedereen die er zal wonen heilig zal zijn (20:6). Wanneer God deze nieuwe hemel en nieuwe aarde zal maken zal het nieuwe Jeruzalem uit het heilig universum neerdalen (21:10) en dienen als de eeuwige woonplaats voor alle verlosten. Dat zulk een plaats zal dienen als een huis voor de verlosten, blijkt uit de beschrijving die Johannes geeft over het nieuwe Jeruzalem als zijnde “een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt is” (21:2).

Johannes zag een bruid die voor haar man sierlijk is gemaakt, omdat het tijd was voor de voltooiing van alle dingen. Tegen deze tijd zal de Gemeente bewaard zijn in een waar geloof en zij die God vrezen, zich bekeerd hebben van hun zonden en hem in dit leven trouw hebben gevolgd, zullen het voorrecht genieten om voor eeuwig met Hem te mogen leven in het komend leven. Wanneer er een einde zal zijn gekomen aan alle aardse dingen, zal de inleiding van de hemel verwelkomd worden met Gods Gemeente die voor Hem gepresenteerd wordt als een mooie bruid die gereserveerd is voor haar echtgenoot.

In deze nieuwe schepping zal de “de tent (tabernakel) van God” bij de mensen zijn “en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn” (21:3). Dit zal in de verlossingsgeschiedenis een nooit eerder geziene demonstratie zijn van Gods glorieuze aanwezigheid bij Zijn volk. God zal letterlijk Zijn tent opzetten onder het volk. Hij zal niet langer transcendent, op verre afstand van hun wonen. Hier zal de gelovige genieten van volmaakte gemeenschap met God. De onvolmaakte, door zonde gehinderde gemeenschap die gelovigen nu in dit leven hebben met God (1 Joh.1:3) zal dan volkomen, volledig en onbegrensd zijn in de hemel. Daar zullen ze de majesteit van Gods buitengewone bestaan zien en kennen, terwijl ze hun Schepper volmaakt zullen aanbidden.

Gelovigen zouden ook bemoedigd moeten zijn omdat dat de hemel (de nieuwe schepping) dramatisch anders zal zijn dan deze huidige wereld. Dit wordt duidelijk in de omschrijvingen van Johannes. Daar in de hemel zullen de gelovigen ervaren dat God “alle tranen van hun ogen” zal afwissen (21:4). Omdat er “geen verdoemenis” is “voor hen die in Christus Jezus zijn” (Rom.8:1) zal er niets zijn om spijt van te hebben – geen rouw, geen jammerklacht en geen moeite. Hierom zullen zij die bij God wonen niet één traan meer laten in de hemel. De dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn” (21:4). De grootste vloek in het menselijk bestaan zal er niet meer zijn! “De dood is verslonden” beloofde Paulus (1 Kor.15:54).

Zowel satan, die de macht had over de dood (Heb.2:14) als de dood zelf, zullen in de poel van vuur geworpen worden (20:10, 14). Deze volmaakte heiligheid en afwezigheid van zonde die de hemel zullen kenmerken, vertalen zich in een wereld die vrij is van alle pijn, verdriet en gejammer. Al deze veranderingen die de nieuwe hemel en nieuwe aarde zullen kenmerken, geven aan dat “de eerste dingen zijn voorbijgegaan” (21:4). De oude menselijke ervaring die betrekking heeft op de gevallen schepping is voor eeuwig voorbij samen met alle rouw, leed, verdriet, ziekte, pijn en dood die de zondeval kenmerkte. Christus zal in die dagen wonderbaarlijk “alle dingen nieuw” maken (21:5).

 

 

De inwoners van de nieuwe hemel

en de nieuwe aarde (Openbaring 21:6-8; 22-27)

 

De gehele geschiedenis is gegroeid naar dat goddelijk moment waarin alles nieuw wordt gemaakt. Bij haar voltooiing zal alles volbracht zijn. Daarom zei de majestueuze stem van Degene die op de troon in de hemel zit tegen Johannes: “Het is geschied” (21:6). God begon de geschiedenis en Hij zal die voleindigen en alles ervan verloopt volgens Zijn plan. Zij die zullen wonen in de nieuwe hemel en nieuwe aarde worden met twee zinnen hier in hoofdstuk 21 beschreven. Als eerste wordt een inwoner van de hemel omschreven als iemand die “dorst heeft” (21:6). Zij zullen “hongeren en dorsten naar de gerechtigheid” (Matt.5:6).

De belofte aan de oprechte zoeker is dat zijn dorst bevredigd zal worden. God zal “voor niets te drinken geven uit de bron van het water des levens” (21:6). Doorheen de Bijbel symboliseert dit water het eeuwige leven (Joh.4:34-14; 7:37-38; Op.22:17). Zij die dorsten en oprecht zoeken naar verlossing zijn degenen die het zullen ontvangen en de eeuwige hemelse gelukzaligheid zullen genieten.

Ten tweede behoort de hemel ook aan “wie overwint” (21:7). Deze overwinnaars zullen zij zijn die gedurende dit leven trouw hun reddend geloof in de Here Jezus Christus hebben versterkt. Overwinnend en volhard in het geloof zullen deze personen “alles beërven” (21:7). Zij zullen “een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt” ontvangen (1 Pet.1:4).

Ze zullen in de gelukzaligheid van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde voor altijd genieten van een volmaakte ziel (Heb.12:23) en volmaakt lichaam (20:6; Rom.8:23; 1 Kor.15:34-44; 2 Kor.5:2; Fil.3:21). Maar het meest geweldige voor degene die overwinnen en dorsten naar rechtvaardigheid is Gods belofte: “Ik zal voor hem een God zijn en hij zal voor Mij een zoon zijn” (21:7). Ondanks dat de gelovige in dit leven al het voorrecht geniet om geadopteerd te zijn als Gods zoon, zal het pas bij het binnengaan van de hemel de volledige werkelijkheid van deze adoptie ervaren (Joh.1:12; Rom.8:14-17; 2 Kor.6:18; Gal.4:5; Ef.1:5).

Zij die het eeuwig geluk zal ontzegd worden, worden omschreven als “de lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, ontuchtplegers, tovenaars, afgodendienaars en alle leugenaars” (21:8). Degenen wiens leven gekenmerkt wordt door zulke dingen geven blijk dat zij niet gered zijn en nooit de hemelse stad zullen betreden. ”Hun deel is in de poel die van vuur en zwavel brandt. Dit is de tweede dood” (21:8). In contrast met de eeuwige gelukzaligheid van de rechtvaardigen in de hemel zullen de zondaars voor eeuwig gekweld worden in de hel. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde staan enkel gelovigen te wachten, terwijl de uiteindelijke hel al de verrezen ongelovigen te wachten staat. Daarom bepalen de tegenwoordige keuzes van mannen en vrouwen in welke plaats ze voor eeuwig zullen leven.

 

 

De glorie van het nieuwe Jeruzalem (Openbaring 21:22-27)

 

Eenmaal in de nieuwe hemel en aarde zullen de verlosten onmiddellijk met glorieus ontzag staan in de nieuwe stad Jeruzalem. Daarbinnen in de stad zal er “geen tempel” zijn, want “de Heere, de almachtige God, is haar tempel, en het Lam” (21:22). De goddelijke aanwezigheid zal de gehele nieuwe hemel doordringen en nergens begrensd zijn tot één plaats. Daarom zullen gelovigen nooit naar een ander huis moeten gaan om te bidden. Tot in de eeuwigheid zullen gelovigen voortdurend in de aanwezigheid van God zijn. Nooit zal er een moment zijn dat ze niet in de volmaakte heilige aanwezigheid van “de almachtige God en het Lam” leven (21:22). Het leven van de gelovigen zal louter bestaan uit aanbidding van God.

Al deze aanbidding zal in Gods glorie gebeuren. Anders dan deze aarde, die volledig afhankelijk is van de zon en de maan, zal de nieuwe hemel en nieuwe aarde niet afhankelijk zijn van zulk licht. De zon en de maan zullen niet nodig zijn om licht te voorzien, “want de heerlijkheid van God verlicht haar, en het Lam is haar lamp” (21:23). Onder zulk licht zullen alle gelovigen uit elke taal, stam en natie samengebracht worden – zowel Joden als heidenen (21:24). Al de verlosten zullen verenigd worden als Gods volk waarbij eenieder gelijkwaardig is in de eeuwige hoofdstad.

Zulk een gelijkwaardigheid onder de verlosten zal ook ervaren worden in complete veiligheid. Er zal in de eeuwigheid geen nacht meer zijn en de poorten van Jeruzalem zullen nooit meer gesloten moeten worden (21:25). Het zal een plaats van rust, veiligheid en verfrissing zijn waar Gods volk zal “rusten van hun inspanningen” (14:13). Ook zal alles in de hemel heilig zijn. Er zal in het nieuwe Jeruzalem dus niets onrein zijn en “ook niemand die zich bezighoudt met gruwelen en leugens” (21:27). De enigen die daar zullen verblijven zijn degenen wiens naam in het boek des levens geschreven staan.

 

 

Openbaring hoofdstuk 22: de Alfa en de Omega

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

 

De laatste uitnodiging (Openbaring 22:12-17)

 

De hemel zal slechts een selecte groep mensen huisvesten. Enkel de verlosten zullen dit beërven en voor eeuwig met God regeren. En omdat Christus geduldig is en niet wil dat er niemand verloren gaat (2 Pet.3:9) verlangt Hij ernaar om de ongelovigen hier in de verzen 12-17 nog een laatste oproep tot berouw en inkeer te geven. De volledige canon van de Bijbel eindigt daarom op dit punt met een dringende oproep voor zondaren om tot Jezus Christus te komen en voor het te laat is de vrije gift van eeuwig leven te ontvangen. Want Christus komt spoedig (22:12) en wanneer Hij komt zal het zijn als een dief in de nacht (2Pet. 3:10). Voor de verlosten is dit een grote bemoediging. “De Alfa, en de Omega, het Begin en het Einde” zal komen met beloningen in Zijn hand “om aan ieder te vergelden zoals zijn werk zal zijn” (22:12-13).

Iedere gelovige zal door trouw aan Christus eeuwige beloningen ontvangen. De beloningen waar de gelovigen van zullen mogen genieten in de hemel, bestaan uit de mogelijkheden om God te dienen. Dus hoe groter hun trouw is geweest in dit leven, hoe meer mogelijkheden ze zullen krijgen om God in de hemel te dienen (cf. Matt.25:14-30). Wat een vreugdevolle gelegenheid zal dat zijn. De verlosten zullen voor eeuwig gezegend worden en een volledige en voor altijddurende toegang hebben tot God. Wanneer ze door de poorten van het nieuwe Jeruzalem willen gaan, zullen ze dat eender wanneer kunnen doen en wanneer ze van de boom des levens willen nemen zullen ze dat dus kunnen doen wanneer ze maar willen (22:14).

Al deze personen zullen op zulk een wijze gezegend worden, omdat God hun gehoorzaam tot aan het eind heeft bevonden, gewassen en gereinigd door het bloed van Christus (1:5; 5:9; 7:14). Dat zulk een glorieuze toestand staat te wachten op de terugkeer van Christus is de reden waarom de Geest en de bruid (de Gemeente) zeggen, “Kom!” (22:17). Beiden zien ze uit naar de terugkeer van Christus om de verlosten te verzamelen. De Gemeente wordt vermoeid door de strijd tegen zonde en verlangt er, samen met de Geest, naar om Jezus Christus verheerlijkt, verhoogd en geëerd te zien worden. Zoals men kan zien is de hemel erg exclusief en huisvest ze enkel degenen die gereinigd zijn van hun zonden door geloof in Jezus Christus. Daarentegen zullen alle anderen buiten het nieuwe Jeruzalem in de poel van vuur verblijven (20:15; 21:8). Omdat “wat onrein is” niet de mogelijkheid zal hebben om in te komen zullen “alleen zij die geschreven zijn in het boek des levens van het Lam” het voorrecht gegeven worden om het nieuwe Jeruzalem toe te treden (21:27).

De personen die buitengesloten zullen worden beschrijft Christus als honden en worden verder omschreven als “de tovenaars, de ontuchtplegers, de moordenaars, de afgodendienaars en ieder die de leugen liefheeft en doet” (22:15). Iemand die een van deze zonden liefheeft en herhaaldelijk een van deze zonden doet, koppig eraan vastklampt en Christus’ uitnodiging tot verlossing afslaat, zal in de poel van vuur geworpen worden. Toch laat Christus Zijn schepping niet los. De zin: “Laat hij die het hoort, zeggen: Kom!” nodigt al degenen die de Geest en de bruid horen uit om hen te vergezellen in hun verlangen naar Christus’ terugkeer. Degene die met geloof hoort en vertrouwd is degene die gered zal worden.

Door hun gehoorzaamheid aan het Evangelie zullen zij die zich bekeren samen met de Geest en de bruid, omdat ze verlangen naar Zijn glorie – en hun eigen verlossing van zonden – in een volmaakte heilige omgeving, uitzien naar Christus’ terugkeer. Aan degenen die de oproep van Christus gehoorzamen, dorsten naar vergeving en zich bekeren van hun zonden biedt Christus “voor niets” “het water des levens” aan (22:17). Dit eeuwig leven wordt vrij aangeboden aan al degenen die horen en geloven dat Jezus de prijs voor hun zonden betaalde door Zijn opofferende dood aan het kruis (Rom.3:24).

 

Conclusie

 

Dat Christus spoedig zal terugkeren, is een uiterst zekere waarheid. Ondanks dat “de hemel en de aarde zullen voorbijgaan” zal Gods Woord “beslist niet voorbijgaan” (Luk.21:33). Of de mensen nu wel of niet deze komende realiteit begrijpen en geloven, toch zal ze gaan gebeuren omdat deze woorden “betrouwbaar en waarachtig” zijn (22:6). Voor degenen die Gods geboden bewaren, overwinnen en trouw blijven tot aan het eind ligt er een eeuwige onbeschrijflijke beloning te wachten in de hemel. Anderzijds zullen zij die geen aandacht geven aan Christus’ uitnodiging tot berouw en inkeer buitengesloten worden van het nieuwe Jeruzalem en daardoor dus ook voor eeuwig de aanwezigheid van God missen. Daarom zou iedere gelovige ernaar moeten streven om iedere dag godvruchtig te leven en voortdurend bemoedigd te zijn door Christus’ belofte: “zie, Ik kom spoedig” (22:12).

 

 

BEGELEIDENDE VRAGEN

 

 Wat moest Christus nog doen met betrekking tot de eindtijd?

 

Als de les begint, zullen alle zondaren van alle tijden, als wel satan en zijn demonen, veroordeelt zijn naar de poel van vuur (20:10-15). Na alle goddeloze mensen en engelen verwijderd te hebben en het huidige universum vernietigd (20:11), is alles wat nog gedaan moet worden door God, het maken van een nieuwe plaats voor Zijn kinderen en de heilige engelen om voor eeuwig te wonen. Christus’ openbaring aan de apostel Johannes is een beschrijving van zulk een woonplaats. Deze plaats zal gekend worden als de nieuwe hemel en de nieuwe aarde.

 

 

 Waarom wordt het nieuwe Jeruzalem de heilige stad genoemd?

 

Wanneer God deze nieuwe hemel en de nieuwe aarde maakt, zal een nieuw Jeruzalem in het midden van dat heilige universum neerdalen (21:10) en dienen als een woonplaats voor degene die in alle eeuwigheid verlost zijn. Niet als het oude Jeruzalem van vandaag, die besmet is door zonde als de rest van de wereld, zal die nieuwe Jeruzalem een heilige stad voor God zijn, omdat iedereen die er in leeft heilig zal zijn (20:6). Alles wat schoongewassen is of nieuw gemaakt is, zal toegestaan worden in de nieuwe schepping te blijven. Aangezien niets dat onrein is toegestaan zal worden om binnen te gaan, zal de gehele hemel volmaakt heilig zijn.

 

 

 Wie zal er in de nieuwe hemel en nieuwe aarde mogen wonen?

 

Als God de nieuwe schepping maakt en de huidige schepping tot een einde brengt, zullen alleen degene die trouw op het evangelie gereageerd hebben binnen mogen gaan. Aan het einde van Openbaring verwijst Christus naar deze individuen als degene die dorst hadden en overwonnen hebben. Degene die hun hopeloosheid en verloren toestand apart van Christus realiseren, hongeren naar de rechtvaardigheid die alleen door Hem voorzien wordt, zullen met eeuwig leven gezegend worden. God zal hen vinden met berouw over hun zonden, God vrezende en trouw Hem tijdens dit leven volgende. Omdat ze vol passie verlossing zoeken en bewijzen loyaal aan Gods Zoon te zijn, zullen ze de eeuwige zegen van de hemel ontvangen.

 

 

 Hoe zal de relatie van de gelovige met God in de nieuwe schepping zijn?

 

Het zal een zegen zijn om in de hemel te mogen zijn, omdat gelovigen steeds in de aanwezigheid van God zullen zijn. Er zal geen moment zijn dat ze niet in een volmaakt heilige relatie staan met de “de Heere, de almachtige God, en het Lam” (21:22). De “tent van God” zal “bij de mensen” zijn, “en zij zullen Zijn volk zijn” en Hij zal “hun God zijn” (21:3). God zal letterlijk Zijn tent onder Zijn mensen opzetten; Hij zal niet langer ver weg zijn. Hier zal de gelovige in staat zijn van om volmaakte gemeenschap met God te genieten.

 

 

 Hoe zal de nieuwe hemel en de nieuwe aarde anders zijn van deze huidige aarde?

 

Gelovigen zouden ook bemoedigd moeten zijn door het feit dat de hemel enorm zal verschillen met de huidige wereld. Christus zal in die dagen “alle dingen nieuw” maken (21:5). Hij zal alle tranen afwissen, omdat er niets is waarvoor we bang moeten zijn of spijt van zullen hebben. Alles zal volmaakt gemaakt worden en de wereld zal volledig vrij van zonde zijn. Omdat satan en de dood in de poel van vuur geworpen waren (20:10, 14), zal de wereld vrij van alle pijn, leed en huilen zijn.

 

 

 Wie zal er niet de nieuwe hemel en de nieuwe aarde binnen mogen gaan?

 

Degene die afgewezen worden om van dit heelal van eeuwige blijdschap te genieten, worden hier beschreven als de “lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, ontuchtplegers, tovenaars, afgodendienaars en alle leugenaars” (21:8). Hun levens die zo gekenmerkt werden met zulk een herhaaldelijke zonde, geeft bewijs dat ze niet verlost zijn en nooit de hemelse stad zullen binnengaan. Integendeel, “hun deel is in de poel die van vuur en zwavel brandt. Dit is de tweede dood” (21:8). In tegenstelling tot de eeuwige zaligheid van de gerechtigheid in de hemel, zullen de goddelozen eeuwige kwelling in de hel te verdragen hebben.

 

 

 Hoe zal aanbidding zijn in de nieuwe hemel en de nieuwe aarde?

 

Omdat ze in Gods aanwezigheid blijven, zal alle aanbidding ook voortdurend gedaan worden in het stralende licht van Gods heerlijkheid. Niet zoals de huidige aarde, zal de nieuwe hemel en de nieuwe aarde geen nood hebben aan licht van de zon en de maan. Zulk een licht zal niet nodig zijn, omdat de heerlijkheid van God het nieuwe Jeruzalem zal verlichten en zijn lamp zal het Lam zijn (21:23). Onder dat licht zullen alle verlosten verenigd zijn als Gods kinderen, waarbij iedereen volledig gelijk is en van volledige rust en veiligheid kan genieten. Daar zullen zij de grote majesteit van Gods wonderlijk wezen zien en kennen, terwijl zij volmaakt aanbidden en hun Maker dienen.

 

 

 Waarom is de komst van Christus bemoedigend voor de gelovige?

 

Voor degene die ware gelovigen zijn is dit bemoedigend. “De Alfa, en de Omega, het Begin en het Einde,” komt met een beloning in de hand, gereed om “aan ieder te vergelden zoals zijn werk zal zijn” (22:12-13). Iedere gelovige zal eeuwige beloningen gegeven worden, gebaseerd op hun trouw in het dienen van Christus in hun leven. Zulke individuen zullen op deze manier gezegend worden, omdat God hen gehoorzaam achtte tot het einde, schoongewassen door het bloed van Christus (1:5; 5:9; 7:14).

 

 

 Waarom wilden de Geest en de Bruid Christus verlangend uitnodigen om te komen?

 

Dat zo een glorieuze staat wacht op de komst van Christus, is waarom de Geest als de Bruid (welke de kerk is) roepen, “Kom!” (22:17). Beide verwelkomen de gedachte van Christus’ terugkomst om degene te verzamelen die hun vertrouwen op Hem gesteld hebben. De gemeente wordt moe van de strijd tegen de zonde en verlangd, met de Geest, om Christus verhoogt, verheerlijkt en geëerd te zien.

 

 

 Wat biedt Christus aan degene die zich aansluiten bij de

Geest en de Bruid en wachten op Zijn komst?

 

Aan degene die gehoorzaam zijn aan Christus roeping, dorsten naar vergeving en bekeren van hun zonden, biedt Christus het “het water des levens” aan (22:17). Doorheen de hele Schrift symboliseert het water eeuwig leven (Joh.4:14-34; 7:37-38; Op.22:17). Daarom is degene die in geloof hoort en gelooft, degene die verlost zal zijn. Dit eeuwig leven wordt vrij aangeboden aan degene die hoort en gelooft, omdat Jezus de prijst betaald heeft door Zijn offerdood aan het kruis (Rom. 3:24).

 

 

SAMENVATTING

 

Eens zal onze wereld er niet meer zijn, en de sterren die we ’s nachts zien zullen niet langer aan de hemel staan. Ook de maan niet. Vanwege de zonde zal God deze wereld vernietigen, samen met de hemelen. In plaats daarvan zal God nieuwe hemelen en een nieuwe aarde scheppen. God zal een stad scheppen die het nieuwe Jeruzalem zal heten. God is deze stad voor alle gelovigen aan het voorbereiden, om op een dag er in te leven en er van te genieten. Omdat er niet langer zonde zal zijn, zal er geen gevolgen van zonde meer zijn. Op deze nieuwe aarde zal er geen geween meer zijn, noch dood of pijn. We zullen ons niet langer zorgen hoeven maken dat mensen onze dingen willen stelen of onze familie pijn willen doen. God zal de volmaakte leider zijn van Zijn kinderen. En Gods kinderen zullen volmaakte volgelingen zijn. Maar een ieder die niet voor zijn sterven zijn vertrouwen op Christus stelde, zullen niet de nieuwe hemel en de nieuwe aarde binnengaan, noch het nieuwe Jeruzalem. In plaats daarvan zullen ze voor eeuwig in de poel van vuur gedaan worden.

Er zijn gevolgen voor zonde. Er zijn ook beloningen voor gehoorzaamheid en geloof waarvan gelovigen eens zullen genieten. Vanwege de zonde van Adam, heeft de mensheid geleefd met de gevolgen van Adams zonde. De straf voor die zonde is de dood en eeuwige scheiding van God. Degene die zich niet aan God heeft onderworpen en zijn vertrouwen op Christus gesteld heeft, zullen nooit een kans hebben om hun gedachten te veranderen. Zij zullen voor eeuwig in de hel zijn. Terwijl degene die in het werk van Christus vertrouwd hebben en hun leven aan Hem hebben onderworpen, de wonderbaarlijke zegen zullen hebben van eeuwig bij God in de hemel te zijn. Wanneer gelovigen op een dag het nieuwe Jeruzalem zullen binnengaan om eeuwig bij God te zijn, zal Gods volmaakte plan van verlossing volbracht zijn.

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

De Maria verschijningen in Beauraing

Standaard

categorie : religie

 

 

 

Hieronder vindt u het verhaal van de bijzondere gebeurtenissen die zich afgespeeld hebben in Beauraing, in de provincie Namen in België tussen 29 november 1932 en 3 januari 1933. De plaats van gebeuren was de tuin van de school van de zusters van de Christelijke Leer van Nancy, waar de Maagd Maria verschenen is aan vijf kinderen uit het dorp.

 

 

 

 

.

Het verhaal van de verschijningen

.

Op 29 november 1932, rond 18 uur, vraagt vader Voisin aan zijn kinderen, Fernande (15 jaar) en Albert (11 jaar), om hun zus Gilberte (13 jaar) te gaan afhalen in het pensionaat van de Zusters van de Christelijke Leer van Nancy.

Onderweg vragen ze aan hun vriendinnen Andrée Degeimbre (14 jaar) en Gilberte (9 jaar) om met hen mee te gaan.

Wanneer Albert aan de deur van het pensionaat gebeld heeft en zich omdraait, ziet hij Onze-Lieve-Vrouw die boven op de brug van de spoorweg wandelt. Zijn zus en vriendinnen geloven hem eerst niet, maar wanneer zij zich omkeren zien ook zij de “mooie Dame”.

Zuster Valéria komt opendoen. De kinderen zeggen haar dat Onze-Lieve-Vrouw verschijnt. De kloosterlinge gelooft die “stommiteiten” niet en gaat Gilberte in de studiezaal halen. Wanneer deze aan de voordeur komt, ziet ook zij, zonder dat ze op de hoogte is van wat er gebeurt, Onze-Lieve-Vrouw die boven op de brug heen en weer wandelt in de lucht.

De kinderen hebben schrik en lopen vlug naar huis, maar beloven elkaar onderling de volgende avond Gilberte weer te gaan ophalen.

.

.

 

.

De 30ste verschijnt Onze-Lieve-Vrouw hen weer boven op de brug.

 

Op 1 december ook, maar ze verdwijnt dan om bij de hulststruik, rechts van het podium weer te verschijnen. Ze verdwijnt opnieuw, om dan te verschijnen onder de takken van de meidoorn bij het hekken aan de ingang van de tuin.

Daar zal Maria hen nog een 30-tal keren verschijnen tot op 3 januari 1933.

Zij is gekleed in een lang wit kleed met blauwe tinten. Haar hoofd is bedekt met een witte sluier die tot op haar schouders neervalt. Uit haar hoofd komen fijne lichtstralen die een kroon vormen. Zij verschijnt gewoonlijk de handen samengevoegd en glimlachend. Vanaf 29 december merken de kinderen tussen haar open armen haar hart, gans lichtend zoals een gouden hart.

 

Vandaar de naam “Onze-Lieve-Vrouw van Beauraing, de Maagd met een gouden hart”.

 

.

NDauCoeurdOr

 

.

Op 2 december spreekt ze voor de eerste maal, als antwoord op de vraag van de kinderen:

“Wat verwacht U van ons?” “Dat jullie altijd braaf zouden zijn”.

En ’s avonds, bij een nieuwe verschijning: “Is het waar dat jullie altijd braaf zullen zijn?”

 

Op 8 december blijven de kinderen gedurende een kwartier in extase: “Zij was nog mooier dan anders!”

.

De 17de vraagt Maria “een kapel”.

.

De 21ste noemt Zij zich, op vraag van de kinderen: “Ik ben de Onbevlekte Maagd”.

.

Op 23 december: “Waarom komt U hier?” “Opdat men hier op bedevaart kome.”

 

Vanaf 30 december geeft Maria het essentiële van haar boodschap door.

.

De 30ste : “Bidt, bidt veel.”

.

De 1ste januari: “Bidt altijd.”

.

De 3de : Maria vertrouwt een geheim toe aan Albert dat hij altijd heeft bewaard.

.

Zij belooft: “Ik zal de zondaars bekeren.”

Zij noemt zich: “Ik ben de Moeder van God, de Koningin van de Hemel.”

Zij vraagt: “Beminnen jullie mijn Zoon? Beminnen jullie Mij?

                             Wel, offer U dan op voor mij. Adieu.” (tot bij God)

 

Twee genezingen zijn als miraculeus erkend. De eredienst is toegelaten vanaf 2 februari 1943 en de officiële erkenning werd afgekondigd door Monseigneur Charue, bisschop van Namen, op 2 juli 1949.

 

 

 

Verhaal van de verschijningen te Beauraing

 

 

 

 

..

 

.

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

.

 

 

Heilige Woorden van Maria aan een zieneres

Standaard

categorie : religie

.

.

Maagd Maria: ” Niemand zal verhinderen dat het

Boek der Waarheid aan de wereld

geopenbaard wordt “

.

20.15 u

.

Mary-Mother-of-the-Divine-Love

.

.

Mijn kind, wanneer je werkt voor Mijn Zoon, Jezus Christus, moet je te allen tijde gehoorzaamheid betonen.

Trek Zijn heilig woord nooit in twijfel want hij spreekt de waarheid en niets dan de waarheid.

Vanaf het begin trekken zo veel van Mijn kinderen elk woord dat Hij zegt in twijfel. Voor eenieder die Zijn heilig woord gehoorzaamt, zoals vervat in Mijn Vaders Boek, is er altijd een ander die Zijn woord op een andere manier interpreteert.

Jij moet onder de leiding van Mijn Zoon alles doen wat van jou gevraagd wordt. Zwicht nooit voor diegenen die verlangen dat Zijn woorden aangepast worden aan hun interpretatie.

Mijn kind, ga nu met spoed te werk om de boodschappen over te brengen die door Mijn Zoon aan de wereld gegeven worden om de zondaars, die verdwaald zijn, te redden.

Mijn Zoon heeft maar één bedoeling en dat is zielen redden.

Heb geen angst, Mijn kind, want alles wat Mijn Zoon jou vertelt, is niet strijdig met de Leer van Zijn Allerheiligste Kerk op aarde.

Zijn geschenken aan Mijn kinderen zijn zeer bijzonder en worden in deze tijd, de eindtijd, gegeven voor alle zielen.

Mijn Zoon is zo edelmoedig en barmhartig dat Hij de zondaars wil overspoelen met bijzondere genaden om hun redding te verzekeren.

Iedereen die probeert Mijn Zoon te stoppen in Zijn missie om de wereld voor te bereiden op Zijn Tweede Komst, zal door de hand van Mijn Eeuwige Vader tegengehouden worden.

Dit werk, om het Boek der Waarheid te onthullen zodra de zegels verbroken worden, is voor Mijn Vader één van de belangrijkste missies op aarde.

De waarheid werd aan de wereld beloofd in deze tijd.

De waarheid moet aan alle zielen, gelovigen en niet-gelovigen, verteld worden want zij zijn zo ver verwijderd van de Kerk dat het hen op deze manier gegeven moet worden.

Alle engelen werden naar de aarde gestuurd om de mensheid te beschermen tegen de Bedrieger en de leugens die hij over de waarheid van de eeuwige redding verspreid.

De mensheid wil de waarheid misschien niet horen en er zullen veel hindernissen op je weg gelegd worden, Mijn kind, maar het zal nutteloos zijn.

Niemand zal verhinderen dat het Boek der Waarheid aan de wereld geopenbaard wordt want als zij zouden proberen om dit te doen, zal de kracht van Mijn Vader ontketend worden als vlammen van vuur die uit de Hemel stromen.

Mijn kind, twijfel nooit aan deze boodschappen zoals ze jou gegeven worden.

Verander nooit één woord om ze te schikken naar diegenen die proberen ervoor te zorgen dat jij het woord van God wijzigt.

Er kan slechts één meester zijn en dat is God, in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Ga nu voort met de zekerheden die je nodig hebt.

Denk eraan dat deze boodschappen van Mijn Zoon voor al de kinderen van God zijn en niet enkel voor Zijn Katholieke Kerk of voor Zijn uitverkoren volk, de Joden. Zij zijn voor iedereen!

Elke ziel wordt door Mijn Vader evenzeer bemind. Geen enkele ziel wordt belangrijker geacht dan een andere.

Jullie Hemelse Moeder

Moeder van de Verlossing

.

Maria spreekt over het boek der Openbaring in het Nieuwe testament waarin de eindtijden worden verkondigd. Zij bevestigt dat deze zeer nabij zijn

.

.

voorpagina openbaring a4

 

.


3d-gouden-pijl-5271528

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

 John Astria

John Astria

Bestaat de hel?

Standaard

categorie : religie

 

 

 

De hemel of de hel

De hemel of de hel

 

pasteltekening van John Astria

 

Wat zegt het Oude Testament?

 

Het is interessant om te ontdekken dat er meer Bijbelverzen over de hel gaan dan over de hemel. Hier zijn een paar verzen uit het Oude Testament die over de hel gaan.

Daniël 12:2 : “Velen van hen die slapen in de aarde, in het stof, zullen ontwaken, sommigen om eeuwig te leven, anderen om voor eeuwig te worden veracht en verafschuwd.”

De hel wordt hier als eeuwig beschreven.

Jesaja 66:24 : “Bij het verlaten van de stad zien ze de lijken van hen die tegen mij in opstand kwamen: de worm die aan hen knaagt zal niet sterven, en het vuur waarin ze branden zal niet doven; ze worden verafschuwd door alles wat leeft.”

In deze passage wordt de hel beschreven als een plaats waar het vuur niet zal worden gedoofd.

Deuteronomium 32:22: “Als het vuur van mijn toorn is ontstoken zal het branden tot in het diepste dodenrijk; het zal de aarde verschroeien en alles wat daar groeit, het zal de grondvesten van de bergen verteren.”

Hier is de hel een plaats waar God zijn toorn zal uitgieten

Psalmen 55:16 : “Laat de dood hen onverhoeds treffen, laat hen levend neerdalen in het dodenrijk, want bij hen huist het kwaad, het heerst in hun hart.”

De hel is het rijk van de zondaars

 

 

Wat zegt het Nieuwe Testament?

 

Bestaat de hel? Als de duidelijke taal van het Oude Testament nog niet genoeg is, dan heeft ook het Nieuwe Testament hier genoeg over te zeggen.

2 Tessalonicenzen 1:9 : “Ze zullen voor eeuwig worden verstoten, ver van de Heer en van zijn kracht en majesteit.”

Openbaring 14:11 :De rook van die pijniging zal opstijgen tot in eeuwigheid. Wie het beest en zijn beeld aanbidden, of wie het merkteken van zijn naam draagt, ze krijgen geen rust, overdag niet en ’s nachts niet.

Openbaring 20:14-15 : “Toen werden de dood en het dodenrijk in de vuurpoel gegooid. Dit is de tweede dood: de vuurpoel. Wie niet in het boek van het leven bleek te staan werd in de vuurpoel gegooid.”

 

 

De Openbaring: de eerste opstanding en de tweede dood na het oordeel

De Openbaring: de eerste opstanding en de tweede dood na het oordeel

 

pasteltekening van John Astria

 

 

 

 Wat zei Jezus erover?

 

Sommige mensen die beweren dat de hel niet bestaat, doen dit op basis van hun geloof dat Jezus liefde, vrede, en vergeving predikte en dat Hij ons niet onderwees over een eeuwige, vurige plaats waar ongelovigen gestraft zouden worden. Het tegenovergestelde is juist waar. In Gods Woord onderwees niemand méér over de hel dan Jezus.

Hij beschreef de hel als een plaats van

eeuwig vuur, (Matteüs 25:41)

eeuwige bestraffing (Matteüs 25:46)

en een plaats van kwelling, vlammen, en lijden (Lucas 16:23-24).

Jezus onderwees tijdens Zijn leven vele malen uitdrukkelijk over de hel (Matteüs 5:22, 29-30; 10:28; 18:9; 23:15,33; Marcus 9:43-47; Lucas 12:6; 16:23).

 

 

 

 Hoe kan een eeuwigheid in de hel rechtvaardig zijn?

 

Als de hel bestaat, hoe kan die dan rechtvaardig zijn? Waarom zou een liefdevolle God een mens eeuwig straffen, als zijn zonde slechts over een periode van zo’n 70-80 jaar plaatsvond? Het antwoord is dat uiteindelijk alle zonden tegen God zijn gekeerd. God is oneindig (Psalmen 51:4). Omdat God een eeuwig en oneindig Wezen is, is dus elke zonde een oneindige bestraffing waard.

God houdt van ons (Johannes 3:16) en Hij wil dat alle mensen gered worden (2 Petrus 3:9). Maar God is ook rechtvaardig en oprecht; Hij zal niet toestaan dat zonde onbestraft wordt gelaten. Dit is de reden dat God Jezus stuurde om de prijs voor onze zonden te betalen. De dood van Jezus Christus was een eeuwige dood. Het was de betaling van onze schuld die het gevolg was van onze oneindige zonde, zodat wij hier niet tot in de eeuwigheid in de hel voor zouden hoeven te boeten (2 Korintiërs 5:21).

Het enige dat wij hoeven te doen is ons vertrouwen op Hem te stellen. Onze zonden zijn daarmee vergeven en ons wordt daarvoor een eeuwig thuis in de hemel beloofd. God hield zo veel van ons dat Hij voorzag in onze redding.

 

Als we Zijn geschenk van eeuwig leven door de Heer Jezus Christus afwijzen, dan zullen we de eeuwige gevolgen van die beslissing onder ogen moeten zien: een eeuwigheid in een brandende hel.

 

Als jij vandaag zou sterven, zou je dan met 100% zekerheid weten dat je naar de hemel gaat? Zorg er vandaag voor dat je het zeker weet!

 

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

John Astria

Romans, Romeinen 5 • While we were still sinners / Terwijl wij nog zondaars waren

Standaard

Category, categorie : The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

.

.

Romans 5 • While we were still sinners

.

Romeinen 5 . Terwijl wij nog zondaars waren

.

Paul LeBoutillier

.

.