Dagelijks archief: december 4, 2024

2 Kings, Koningen 20-21: The worst king / De ergste koning

Standaard

Category, categorie:  The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

.

 

2 Koningen 20 1 – 11 Ziekte en genezing van Hizkía
12 – 20 Gezanten van Babel
21 – 21 Hizkía’s dood
2 Koningen 21 1 – 18 Manasse koning van Juda
19 – 26 Amon koning van Juda

.

2 Kings 20-21: The worst king

.

2 Koningen 20-21: De ergste koning

.

Paul LeBoutillier

.

 

 

.

 

 

 

2 Kings, Koningen 18-19: The battle is from God / De strijd is van God

Standaard

Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video

 

 

2 Koningen 18 1 – 12 Hizkía koning van Juda
13 – 37 Sanherib belegert Jeruzalem
2 Koningen 19 1 – 5 Hizkía bidt en wordt verhoord
6 – 34 Profetie van Jesája
35 – 37 Bevrijding van Jeruzalem

 

.

2 Kings, Koningen 18-19: The battle is from God / De strijd is van God

 

Paul LeBoutillier

 

 

 

 

 

 

 

 

De Rama- Zonnemeditatie

Standaard

categorie : yoga en meditatie

.

.

Rama-Zonnemeditatie van Aartsengel Michaël

.

.

7eb9cffe88e2674bb3d867ae4e0bfefd

.

.

Ga in een makkelijke houding zitten, of liggen. 

Indien mogelijk kan je dit in de open lucht doen en bij stralend weer in de zonneschijn. 

Ik raad je aan de lus van 8 of de oneindigheidsademhaling minimaal 12 maal te doen. Telkens vertrekkende vanuit je zonnevlecht, of je hartchakra. 

Vraag mij om bescherming tijdens deze meditatie. 

Je kunt ook de Violette Vlam van St Germain vragen. 

Maak eerst verbinding met het kristalhart van moeder aarde. 

.

Verbind je.

Ga met je aandacht naar je ademhaling.

Je hoeft niets te doen, alleen maar je ademhaling te volgen.

Diep naar binnen via je neus en krachtig naar buiten, via je mond.

Blijf je ademhaling volgen.

Laat alle geluiden buiten je, en laat ze waar ze zijn. Je aandacht is bij je ademhaling.

Visualiseer nu een 8 vanuit je geestesoog, of je derde oog.

Beeld je de 8 in of de lus van de oneindigheidsademhaling.

Je plaatst jezelf in de kruising van de lussen, deze lus loopt als het ware doorheen je zonnevlecht.

Zie dit voor je.

Je ademt met lange en diepe teugen, via de lus van 8, langs je zonnevlecht in en uit.

Je krijgt bij inademing kosmisch licht binnen welke je bij uitademing doorgeeft aan moeder aarde.

Adem langzaam en diep in via de voorzijde van je zonnevlecht en laat de energie langs de achterzijde van je zonnevlecht langs je ruggengraat naar boven toe gaan, dan bij je nekwervels  naar buiten, en zo van achter over je hoofd terug naar voren in een cirkel de voorzijde van je zonnevlecht weer in.

Adem langzaam uit via je zonnevlecht en laat de energie langs je ruggengraat naar je wortelchakra of voetchakra’s gaan, buig dan de energie in een lus weer terug naar je voorkant, naar je zonnevlecht.

Al ademend maak je de cirkels groter en groter waarbij jij in het midden van het kruispunt van de cirkels, de 8, blijft.

Bij inademing maak je verbinding met je hogere zelf en vader/moeder zon.

Bij uitademing maak je verbinding met het kristalhart van moeder aarde.

Al ademend neem je de energie mee, door je zonnevlecht, naar boven waar je hogere zelf is, en je neemt het kosmisch licht terug naar beneden door je zonnevlecht,  naar het kristalhart van moeder aarde. (Via de lus van 8)

Oefen dit een paar keer en maak dan minstens 12 hele lussen. 

.

Adem in en adem uit.

Adem in en adem uit.

De lussen worden bij elke inademing groter en groter.

Adem in en adem uit.

Adem in en adem uit.

Zie hoe het gouden licht van vader/moeder zon je instraalt.

Kom met je adem terug op jou normale ritme.

Verbind je met je eigen zon op de plek van je zonnevlecht (je zonnecentrum, je Godscelkern, je Heilige Hart)

Zie vanuit je zonnevlecht het gouden zonlicht zich uitstrekken,

uitstralen

naar boven toe

en zo terug vanaf je kruin naar beneden toe

neem hier de tijd voor op normaal ademend ritme.

Zak met je aandacht lager in je lichaam,

de gouden lichtstralen van vader/moeder zon meenemend,

naar je cellen,

ga in je cellen en zie het licht je cellen indringen.

Ga vervolgens naar je bloedbaan en zie het licht binnendringen,

in je zenuwbanen,

in je endocriene stelsel.

Je straalt verder in naar je spieren,

straal in

straal in al je spieren van je lichaam,

zie dit stralen

straal in kinderen van de zon,

straal in met je gouden licht

zie dit licht naar en  in je organen gaan

zie het naar alle delen van je lichaam gaan

daar waar je behoefte aan verlichting voelt

Laat gebeuren

Als je ergens spanning of weerstand voelt, breng je het zonnelicht er naar toe, totdat het ontspant of jij het loslaat,

Het licht verlicht je hoofd,  ogen, oren, neus, mond,  keel,

het vult je hals,  schouders, bovenlichaam,  armen,  handen en vingers.

Laat alles instralen met dit gouden helende licht,

je borst, middenrif, je buik.

Laat je aandacht gaan naar je onderlichaam: je heupen, bekkengordel,  geslachtsorganen, bovenbenen, knieën, onderbenen, voeten en tenen.

Straal vervolgens, geliefde harten, dit stralende goudgele licht naar je aura en  chakra’s.

Vervolgens richt je jouw zonnelicht vanuit je hartchakra naar je omgeving.

Alles wordt in jouw zonnelicht gezet,

alles om je heen wordt ingestraald met jouw hartenergie en de zonne-energie die door je heen stroomt, komende vanuit het vader/moeder Gods Licht,

Straal naar buiten toe,

op deze manier kan jij jouw zonne-energie sturen naar alle mensen, dieren en bomen,

naar je voeding en drinkwater wat jij nuttigt en verder naar al wat leeft,

zie hoe dit gouden liefdes zonlicht alles instraalt.

Vervolgens straal je verder omhoog naar het nieuwe aarderaster boven moeder aarde.

Verbind je met dit aarderaster,

zie hoe jou zonlicht zicht verbindt in dit aarderaster,

zie de helderheid, de glans en de fonkeling in dit aarderaster,

het is jouw kristalhelder licht in verbinding met dit aarderaster.

Aanschouw dit heerlijke moment.

Blijf een tijd in deze schittering en geniet.

Kom nu langzaam terug in je zonnevlecht via je ademhaling.

Doe de oneindigheidsademhaling  nog 4 maal vanuit je hartcentrum bij inademing naar vader/moeder God toe en bij uitademing naar moeder aarde toe.

Herhaal de lus van 8, de oneindigheidsademhaling of lemniscaat en de bijkomende verrichtingen zoveel en zo dikwijls als jij verkiest.

Blijf dit doen zolang het goed voor je voelt.

Kom nu langzaam terug in het nu.

Beweeg je ledematen, adem diep in via je neus en uit via je mond.

Wrijf in je handen en met je handen wrijf je in je ogen.

Open nu je ogen en kom terug in het hier en het nu.

Geliefde harten,

Dit is een vrij intense meditatie die je ook op verscheidene tijdstippen kunt opbouwen.

Even oefenen lijkt mij wel praktisch, geef niet te snel op.

Ik Aartsengel Michaël heb gesproken.

Succes! Geliefden.

.

.

voorpagina openbaring a4

.

.

pijl-omlaag-illustraties_430109

.

.

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

.

.

John Astria

John Astria

Achtentwintigste Miniatuur : zevende Visioen van het Derde Boek

Standaard

categorie : Hildegard von Bingen

 

 

 

 

 

 

 

Achtentwintigste Miniatuur : zevende Visioen van het Derde Boek

 

 

Scivias%20T%2028_Boek%20III,7

 

 

Deze miniatuur wil ons leren dat de openbaring van de Drieëenheid, de diacrisis of de discretio de kern van ons geloofsleven vormt. Daarom verschijnt op de hoek in het Westen, vanwaar via het Zuiden de terugkeer naar het Oosten begint, de kolom van de Drievuldigheid. In het Westen gaat immers de zon onder en deze ondergang wijst naar het einde der tijden. Toen kwam ook de Zoon Gods zelf op aarde om in Zijn Menswording de val van Adam te herstellen. Deze komst bracht mee dat God iets openbaarde van Zijn diepste innerlijk leven.

Het fundament van dit mysterie, zegt Hildegard, is evenwel onpeilbaar voor het menselijk vernuft. Dit bijzonder gegeven heeft de miniaturist op een zeer oorspronkelijke manier in beeld gebracht en door zijn eenvoud en kleur nodigt deze miniatuur uit tot meditatie.

We zien hier dit grote mysterie uitgebeeld als een driekantige rode zuil, zonder begin onderaan en zonder einde bovenaan, alleen de drie zilveren hoeken zijn aangegeven. Het derde vlak is uiteraard onzichtbaar. Het gaat in deze miniatuur alleen om de drie zilverkleurige hoeken, die zo scherp zijn als een zwaard. De twee zichtbare zijwanden zijn rood wat verwijst naar Christus die zijn bloed vergoten heeft voor de zonden van de mensen.

Hildegard zegt dat deze zuil wonderbaar evenwichtig en zonder enige ruwheid is, omdat God komt in de kracht der genade. Hij is zachtmoedig voor allen die naar gerechtigheid streven. Bovendien was in Christus geen enkele ruwheid ten gevolge van ongerechtigheid te vinden.

Tegelijkertijd zijn de hoeken van deze zuil zo scherp als een perfect geslepen zwaard, dat gericht is tegen diegenen die zich door hun ongeloof afsluiten voor het door de Menswording geopenbaarde geheim van de Drieëenheid van God. Zij worden afgesneden van de oerbron en vallen in hun eigen niets terug.

Als droog stro worden de trouweloze christenen, die het kiemkrachtige koren van de goede werken van zich afgeworpen hebben, afgemaaid. De trotse joden ziet Hildegard als veertjes door de wind omhoog geblazen. Zij zochten de gerechtigheid in zichzelf en niet in God. Zij wilden door eigen kracht de hoogte van de hemel bereiken, maar door Gods macht zijn ze naar alle richtingen verstrooid.

Heidenen die liever duivels bedrog dan de geboden Gods opvolgen, ziet onze zieneres als vermolmd hout. Hun lot is de vergetelheid in het eeuwige vuur. Het mysterie van de H. Drieëenheid is een lievelingsthema  in de spiritualiteit van Hildegard. De uitleg van het visioen ontleent zich door de macht, de wil en de gloed.

Macht, wil en gloed zijn de drie toppen van handeling. In de macht is de wil en in de wil is de gloed en zij zijn onverdeeld zoals de adem van de mens bij het uitademen. In de ondeelbare uitademing van de menselijke adem is de ademtrilling, de vochtigheid en de warmte. Zo zijn de drie personen in het éne onveranderlijke wezen van de Godheid. Er is de Vader, de Zoon de H. Geest.

Zij zijn altijd één en werken onverdeeld samen. God bestaat in drie Personen zonder begin, van vóór het begin der wereld en voordat de aanname van het vlees door de Zoon gebeurd was. Maar zelfs nadat de Zoon de menselijke natuur aangenomen heeft, is diezelfde God één in drie Personen en Hij wil zo steeds aangeroepen worden.

Wie niet gelooft in de Drieëenheid wordt afgesneden van het Rijk Gods, omdat hij de ongereptheid van de Godheid verscheurt. Nu zijn we op het keerpunt van het gebouw en gaan we in geloof via het Zuiden naar het Oosten terug.

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

JOHN ASTRIA

Openbaring les 3: Gods oordeel aan de witte troon!

Standaard

Categorie: religie

 

Achtergrond

 

Beeld je een wereld in die geregeerd wordt door een volmaakte Heerser die onmiddellijk en vastberaden afrekent met zonden. Wanneer de vloek van de zonde verwijderd is en alles terug naar haar oorspronkelijke zuiverheid als in de tuin van Eden wordt gebracht, zou de wereld gedomineerd worden door rechtvaardigheid en goedheid. Zo een aarde is nog ver te zoeken, maar het is  toch de juiste beschrijving van hoe de aarde er zal uitzien tijdens het komende aardse rijk van Jezus Christus. Gods volk heeft naarstig uitgezien naar deze tijd wanneer Christus zou terugkeren en Zijn vijanden zal verslaan om een aards koninkrijk op te zetten.

Deze verwachting blijft aanhouden omdat Christus’ aardse koninkrijk het hoogtepunt is van Gods verlossingsplan en de verwezenlijking van de hoop die de gelovigen doorheen de eeuwen hebben gekoesterd. De Gemeente wordt opgenomen en naar de hemel geleid, een grote verdrukking van zeven jaar zal de aarde overkomen en alles wat er nog overblijft, is weggelegd om afgehandeld te worden bij het oordeel. In hoofdstuk 20 schrijft Johannes zijn visioen over dit oordeel. Christus, het waardige Lam van God en de Heerser van de aarde, zal Zijn duizendjarig rijk oprichten en rechtvaardig afrekenen met al degenen die zich tegen Hem verzetten.

 

 

Openbaring hoofdstuk 20 ; de eerste opstanding en de tweede dood

Pasteltekening van John Astria

 

 

 

Het binden van de dienaren van satan in het aardse

koninkrijk van Christus (Openbaring 20:1-6)

 

Het eerste waar de Koning aandacht aan zal schenken wanneer hij Zijn koninkrijk opzet is de opsluiting van de verzetsleider. Tegen deze tijd zal God alle menselijke tegenstanders hebben vernietigd (Op.19:11-21) en het beest (antichrist) en de valse profeet zullen in de poel van vuur geworpen worden (19:20). De laatste stap, in de voorbereiding van het koninkrijk, zal het wegnemen van satan en zijn demonische garde zijn zodat Christus kan regeren zonder de tegenstand van bovennatuurlijke vijanden.

God kiest ervoor om satan door een van Zijn engelen te verwijderen van de aarde. Ondanks dat we niet weten wie deze engel zal zijn, kunnen we wel zeggen dat hij grote krachten zal bezitten; “met de sleutel van de afgrond en een grote ketting in zijn hand” (20:1). Doordat hij de sleutel bezit, is hij alleen degene die de macht heeft om deze geschapen plaats van straf te openen en te sluiten. Terwijl hij nederdaalt uit de hemel merkt Johannes op dat hij slechts met één agendapunt is gestuurd: om satan (ook wel de draak, oude slang en de duivel genoemd) te grijpen, te binden en weg te werpen in de afgrond (bodemloze put) voor een periode van duizend jaar. Omwille van zijn verzet tegen Gods Zoon, dat wordt afgebeeld door de verschillende benamingen die hem hier worden gegeven, zou satan gedurende de duizend jaar dat Christus Zijn aardse rijk zal regeren worden gebannen. Gedurende deze tijd zal satan niet in staat zijn om volkeren te misleiden (20:3), wat wil zeggen dat hij op geen enkele manier invloed zal hebben op de wereld.

Met satan, zijn demonische garde en alle God verwerpende zondaren uit de weg geruimd, zal het duizendjarig koninkrijk opgericht worden. De Here Jezus zal in dit koninkrijk natuurlijk de voornaamste Heerser zijn (Luk.1:32; Op.19:16). Toch heeft Jezus beloofd dat Zijn heiligen met Hem zullen regeren (Dan.7:27; Matt.19:28;1 Kor.6:2; 2 Tim.2:12; Op.2:26; 3:21; 5:10). Dat deze belofte vervuld zal worden is duidelijk in de rest van Johannes’ visioen. Johannes ziet Gods volk verheerlijkt worden en beloond en heersend met Christus. Hij “zag tronen”, wat duidt op gezag en Gods uitverkorenen “gingen daarop zitten, en het oordeel werd hun gegeven” (Op.20:4). Genietend van een ondergeschikte heerschappij onder leiding van Christus zullen de heiligen Gods wil volledig tot stand doen komen in ieder aspect van het koninkrijk.

Daarna ziet Johannes de laatste groep gelovigen die samen met Christus zullen regeren in Zijn koninkrijk. In dit visioen ziet Johannes “tronen, en zij gingen daarop zitten, en het oordeel werd hun gegeven. En ik zag de zielen van hen die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus en om het Woord van God, die het beest en zijn beeld niet hadden aangebeden, die het merkteken niet ontvangen hadden op hun voorhoofd en  hand” (Op.20:4). Dit zijn de gemartelde gelovigen uit de grote verdrukking (6:9; 7:9-17; 12:11). Tijdens dit rijk zal de antichrist gelovigen tijdens de jaren van verdrukking omwille van verschillende redenen uitroeien:

(1) hun getuigenis van Jezus (19:10)

(2) ze zullen trouw Gods Woord verkondigen (6:9)

(3) ze zullen het beeld en zijn beeld niet vereren en ze zullen het teken niet op hun voorhand of hand dragen (19:20).

Net als koning Nebukadnessar in de dagen van Daniël zal de antichrist anderen door bevel oproepen om hem te vereren. Zij die zullen weigeren om het beeld van de antichrist te aanbidden zullen de doodstraf krijgen (13:15). In feite zijn van de vele martelaars die eerder in Openbaring genoemd worden mensen die in deze tijd van verdrukking zijn omgekomen.

Als deel van zijn plan om aanbidding van de antichrist af te dwingen, zal de valse profeet vereisen dat iedereen een teken op zijn voorhoofd of rechterhand zal dragen (13:16). Dit teken zal de personen die dit dragen kenmerken als aanbidders en trouwe volgelingen van de antichrist. Zij die weigeren om zulk een teken te dragen zullen geëxecuteerd worden. Omdat deze gelovigen tijdens deze jaren van verdrukking trouw zullen blijven tot aan de dood, en hiermee getuigen van hun ware verlossing, zullen ook zij terug tot leven komen en samen met Christus gedurende duizend jaar regeren.

Deze opstanding van de gelovigen noemt Johannes de eerste opstanding en degenen die er deel van uitmaken worden gezegend en heilig beschouwd (20:5). Zij die zullen horen bij de tweede opstanding zijn de dode ongelovigen uit de geschiedenis, waarvan de opstanding tot oordeel en verdoemenis in de volgende verzen 11-15 beschreven worden. Zij die deel uitmaken van de eerste opstanding zijn eerst en vooral gezegend omdat “de tweede dood geen macht” heeft over hen (20:6). Deze tweede dood die in vers 14 beschreven wordt als “de poel van vuur” is de eeuwige hel. De geruststellende waarheid is dat geen enkel kind van God ooit Gods toorn zal ondergaan (Rom.5:9; 1Thess.1:10; 5:9). Zij die deel hebben aan de eerste opstanding zijn ook gezegend omdat ze “priesters van God en van Christus zijn” (1:6; 5:10; 20:6). De gelovigen dienen nu als priesters door het aanbidden van God en het leiden van anderen in het kennen van Hem (1 Pet.2:9) en zullen op gelijkaardige wijze gaan dienen in het duizendjarig rijk.

 

 

De bevrijding en het einde van satan (Openbaring 20:7-10)

 

Zoals eerder werd aangehaald zullen satan en zijn demonen tijdens het duizendjarig rijk gevangen worden gehouden in de afgrond (of bodemloze put), zodat Jezus Christus soeverein zonder verzet zal kunnen regeren. Hen zal niet toegelaten worden om zich op een of andere manier te moeien met zaken die betrekking hebben op het duizendjarig rijk. Maar de opsluiting van satan zal ongedaan worden gemaakt “wanneer die duizend jaar tot een einde gekomen zijn” en hij “uit zijn gevangenis (zal) worden losgelaten” om een laatste opstand van zondaars te leiden. Ondanks de persoonlijke heerschappij van Christus op aarde en ondanks de hoge moraal die de aarde zal kennen zullen vele nakomelingen van hen die het duizendjarig rijk met hun fysieke lichamen zijn binnengetreden hun zonden toch gaan liefhebben en Christus verwerpen (cf. Rom.8:7). Zelfs de geweldige omgeving van het duizendjarig rijk zal de trieste realiteit van de menselijke verdorvenheid niet veranderen. Het loslaten en terugkeren naar de aarde van satan zal het bovennatuurlijke leiderschap voorzien dat nodig is om alle rebellie die er nog steeds leeft op aarde naar de oppervlakte te brengen (20:8).

Verwonderlijk ziet Johannes dat het aantal van deze rebellerende mensen “als het zand van de zee” is – een beeldspraak die in de Bijbel gebruikt wordt om een massale ontelbare groep aan te geven (Gen.22:17; Joz.11:4; Heb.11:12). Deze rebellen zullen de gelovigen omsingelen, die op dat moment allen in “de geliefde stad” Jeruzalem zullen verblijven (cf. Ps.78:68; 87:2). Alle gelovigen zullen daar zijn samengekomen, omdat het de plaats zal zijn waar de troon van de Messias zal staan en dit het centrum ts van het duizendjarig rijk (cf. Jes.24:23; Ezech.38:12; 43:7; Zach.14:9-11).

Omdat de rebellen zullen vergaderen om zich te verzetten tegen Christus, zal de oorlog eerder een terechtstelling worden. Volgens het visioen van Johannes komt er, wanneer de rebellen ten strijde willen trekken, “vuur van God neer uit de hemel en dat verslindt hen” (20:9). Ze worden snel, onmiddellijk en volledig uitgeroeid, een manier die God dikwijls gebruikt om zondaren te oordelen (cf. Gen.19:24; Lev.10:2; Luk.9:54). Satans strijdmachten worden fysisch gedood en hun zielen zullen naar het dodenrijk keren waar ze wachten op hun straf, de eeuwige hel, die gauw zal voltrokken worden (20:11-15). Johannes geeft ook weer hoe hun kwaadaardige leider zijn lot niet zal kunnen ontlopen. “De duivel, die hen misleidde, wordt in de poel van vuur en zwavel geworpen” (20:10). Daar zal hij het beest en de valse profeet vergezellen die tegen die tijd al duizend jaren hebben doorgebracht in deze plaats van tuchtiging (19:20). Eenmaal in deze verschrikkelijke plek zullen ze “dag en nacht gepijnigd worden” (20:10). Er zal “in alle eeuwigheid” geen moment van opluchting zijn (20:10) in de hel als een blijvende plaats (Matt.25:46; 2 Thess.1:9; Op.14:10-11) van onuitblusbaar vuur (Mark.9:43).

 

 

666 en de antichrist

Pasteltekening van John Astria

 

 

 

De grote witte troon van het oordeel (Openbaring 20:11-15)

 

Na getuige te zijn van het eeuwige einde van satan samen met de inluiding van het duizendjarig rijk van Christus krijgt Johannes een visioen over een grote witte troon. Het is op deze plaats dat de berouwloze zondaren die Gods genade en barmhartigheid tijdens hun leven hebben verworpen onvermijdbaar Gods rechtvaardigheid tegen zullen komen. Daarom is dit gedeelte de meest ernstige, ontnuchterende en tragische passage van heel de Bijbel. Hierna zal rechtspraak nooit meer nodig zijn en zal God niet meer als Rechter moeten optreden.

De apostel krijgt de Rechter gezeten op Zijn rechterstoel en al de beschuldigden voor Hem te zien. Deze Rechter is niemand anders dan de verheven Here Jezus Christus. Het hele Nieuwe Testament onderwijst dat het God in de persoon van Zijn verheerlijkte Zoon zal zijn, die zal uiteindelijk over alle ongelovigen zal oordelen (Joh.5:22, 26-27; Hand.10:42; 17:31;Rom.2:16; 2 Tim.4:1). Johannes vermeldt ook de opzienbarende realiteit dat “voor Zijn aangezicht” de aarde en de hemel wegvluchtten, “zodat er geen plaats meer voor hen te vinden was” (20:11).

Dit is niets anders dan het plotse stormachtige einde van het universum (cf. Ps.102:25-26; Jes.51:6; Matt.5:18; 24:35; Heb.1:11-12; 12:26-27). Ondanks dat de aarde hersteld wordt tijdens Christus’ heerschappij in het duizendjarig rijk, zal hij toch nog steeds met zonden besmeurd en onderworpen zijn aan de gevolgen van de zondeval – verval en dood. Daarom moet de aarde uiteindelijk vernietigd worden, omdat niets dat besmet is met zonde voor eeuwig kan bestaan (2 Pet.3:13). Dit is ook de reden waarom God een nieuwe hemel en nieuwe aarde zal scheppen.

De doden die hier voor de witte troon staan zijn niet enkel die uit het duizendjarig rijk, maar alle ongelovigen die ooit hebben geleefd. Na hun dood zijn hun zielen in een plaats van pijn en marteling geweest die Hades wordt genoemd. Nu is voor hen de tijd gekomen om voor eeuwig veroordeeld te worden tot de hel. De alomvattende natuur van dit oordeel vereist dat de zee, de dood en Hades (het dodenrijk) “de doden die in hen waren” gaven. Op deze dag zullen al degenen die in ongeloof zijn gestorven voor Christus komen te staan – de Grote Rechter. Het oordeel over deze goddelozen zal niet aanvangen zonder goddelijke maatstaf.

De boeken die geopend werden voor de grote witte troon bevatten iedere gedachte, ieder woord en ieder daad van iedere ongelovige die ooit had geleefd. God heeft ieders leven volmaakt, precies en uitgebreid bijgehouden. Omdat Gods rechtvaardigheid vereist dat ieder zonde beboet wordt, zal iemand  die niet voldoet aan Gods volmaakte en heilige maatstaf “overeenkomstig wat in de boeken geschreven stond, naar hun werken” geoordeeld worden (20:12-13). Terwijl Christus de straf voor de gelovigen droeg (en hen dus dit oordeel deed ontkomen) zullen de ongelovigen Christus’ rechtvaardigheid niet toegerekend krijgen (Fil.3:9). Zij zullen zelf de straf voor het overtreden van Gods wet moeten dragen– eeuwige ondergang in de hel (2 Thess.1:9).

Nadat de boeken met de slechte daden van mensen werden geopend werd “nog een ander boek geopend, namelijk het boek des levens”(Op.20:12). Dit boek bevat de namen van allen wiens “burgerschap… in de hemelen” is (Fil.3:20). Het boek des levens is dus een register van al degenen die in geloof Jezus Christus hebben gevolgd en zich van hun zonden hebben bekeerd. Zij die hier op aarde weigerden om hun zondeschuld te erkennen, weigerden zich te bekeren en God om vergeving te vragen op basis van het plaatsvervangend offer van Jezus zullen niet in het boek des levens gevonden worden. Zulke personen zullen schuldig bevonden worden op de dag van het oordeel en voor eeuwig moeten lijden om willen van hun zonden.

Dat zulk een einde voor ongelovigen bestaat, wordt duidelijk aan het eind van Johannes’ visioen aan de grote witte troon. Volgens zijn verslag zal, eenmaal het oordeel is voltrokken, het heel gauw ten uitvoer worden gebracht. Terwijl de gezegende en heilige deelhebbers aan de eerste opstanding de tweede dood niet zullen meemaken (20:6), zal de rest van de doden die geen deelhebben aan de eerste opstanding (20:5) de tweede dood of hel tegemoet treden – hier omschreven als de poel van vuur (20:15). Hoe vreselijk en pijnlijk deze plaats ook zal zijn, toch zullen zij die in hun zonden sterven hier op deze wereld nogmaals een tweede dood ondergaan, veroordeling tot een eeuwigheid in de poel van het vuur.

 

 

Rechtvaardig oordeel

Pasteltekening van John Astria

 

 

Conclusie

 

Er is slechts één manier om de schrikwekkende werkelijkheid van de hel te ontkomen. Zij die hun zonden belijden en God vragen om hen te vergeven op basis van Christus’ plaatsvervangende dood voor hen zullen Gods eeuwige toorn ontkomen (Rom.5:9; 1 Thess.1:10; 5:9). Terwijl dit Bijbelgedeelte geschreven is als een waarschuwing voor de ongelovige wereld, moedigt het eveneens de gelovige aan om zorgzaam, opmerkzaam en godsvruchtig te leven en daarbij te evangeliseren naar een hopeloze verloren wereld die op weg is naar verwoesting. Gelovigen moeten daarom trouw het reddende Evangelie van de Here Jezus verkondigen en daardoor de zielen van de mannen en vrouwen redden van het onheil dat hun te wachten staat.

 

 

BEGELEIDENDE VRAGEN

 

 Wat wordt er aan het begin van de tekst voorbereidt?

 

Het boek Openbaring bevat hetgeen wat er in de toekomst plaats zal vinden. Voor gelovigen wordt dit zeer verwelkomd als we uitzien om bij Christus in de hemel te zijn. Voor dit gebeurt komt Christus naar de aarde en vestigt er Zijn koninkrijk. Dit zal gekend zijn als het duizendjarig rijk, want het voor duizend jaren zal duren.

 

 

 Welke rol speelt de engel in de voorbereiding voor dit koninkrijk?

 

De laatste fase in de voorbereiding van het koninkrijk zal een verwijdering van satan en zijn demonen zijn, zodat Christus zonder tegenstand kan regeren. Dit is het moment dat de engel komt. In zijn visioen ziet Johannes de engel nederdalen uit de hemel naar de aarde, de sleutel van de afgrond en een grote ketting in zijn handen houdende. Hij is voor een reden gekomen: om satan te grijpen, te binden en hem voor duizend jaar in de afgrond te werpen. Vanwege zijn positie tot Gods Zoon, zal satan worden weg verzegeld voor de gehele duizend jaar dat Christus heersen zal in Zijn aards koninkrijk. Gedurende deze periode zal satan niet in staat zijn om de volken te misleiden (Op.20:3); wat betekend dat hij de wereld op geen enkele wijze meer kan beïnvloeden. Christus zal kunnen regeren in Zijn aardse rijk, zonder enige tegenstand of opstand. Wanneer de duizend jaar voorbij zijn wordt satan bevrijdt en toegestaan om terug te keren op aarde voor een hele korte tijd.

 

 

 Wie zal nog met Christus regeren zoals we in Johannes’ visioen kunnen zien?

 

Nu satan, zijn demonen en alle zondaren die God afgewezen hebben, weg zijn, zal het duizendjarig rij van vrede en rechtvaardigheid gevestigd worden. De soevereine Heerser in dat koninkrijk is natuurlijk de Here Jezus Christus. Maar Christus had ook Zijn heiligen beloofd om met Hem te regeren. (Dan.7:27;Matt.19:28; 1 Kor.6:2; 2 Tim.2:12; Op.2:26; 3:21; 5:10). Deze belofte wordt duidelijk gezien in de rest van Johannes’ visioen. Johannes ziet Gods kinderen (i.e. gelovigen) als herrezen, beloonde en regerende met Christus.

 

 

 Wie zal deel hebben aan de eerste opstanding?

 

Degenen die deel hebben aan de eerste opstanding, zullen degene zijn die geloofd hebben en ware verlossing hebben ontvangen door Jezus Christus. Deze individuen zijn getrouw gebleven, sommigen zelfs tot de dood. Omdat ze bewijs van ware verlossing hebben gegeven, zullen ze ook tot leven komen en met Christus voor duizend jaar regeren. Ze worden als gezegend beschouwd, omdat de “tweede dood geen macht” over hen heeft (20:6). Deze tweede dood is “de poel van vuur”, welke de hel is. Omdat ze Gods kinderen zijn, zullen ze nooit Gods eeuwige toorn onder ogen zien.

 

 

 Wie zal deel hebben aan de tweede opstanding?

 

Degene die deel hebben aan de tweede opstanding, zullen degene zijn die gefaald hebben om in hun leven te geloven in en zich te onderwerpen aan Christus. Deze individuen zullen uit de dood voortgebracht worden om niets anders dan oordeel en veroordeling te treffen. Hun einde zal hetzelfde zijn als die van satan en de rest van Gods vijanden.

 

 

 Wat zal er aan het einde van Christus’ duizendjarige regering op aarde plaatsvinden?

 

Als de duizend jaar om zijn, zal satan vrijgelaten worden uit de afgrond, om de laatste rebellie van de zondaren te leiden. Degene die op aarde zijn en hun zonden blijven liefhebben en Christus afwijzen tijdens Zijn duizendjarig heersen (wat een groot aantal zal zijn), zullen verleid en gelokt worden om satan te volgen in zijn laatste en definitieve rebellie tegen God.

 

 

 Op welke manier zullen de vijanden van God plannen om tegen Hem rebelleren?

 

Als alle opstandelingen zich rond de hoofdvijand satan verzamelen, zal hij hen in een strijd tegen God en Zijn volk leiden. Alle goddelozen zullen de heiligen insluiten, die dan verzameld zijn in de “geliefde stad” van Jeruzalem. Alle heiligen zullen hier verzameld zijn, omdat het een plaats van de Messias’ troon zal zijn en het middelpunt van het duizendjarig rijk.

 

 

 Hoe zal God de rebellie eindigen?

 

Volgens Johannes’ visioen zal er, als de opstandelingen zich verplaatsen voor de aanval, vuur uit de hemel neerdalen en hen verslinden (20:9). Ze zullen snel, direct en volledig uitgeroeid worden, wat vaak de manier is waarop God zondaren oordeelt. Alle strijdkrachten van satan zullen fysiek gedood worden.

 

 

 Hoe zal God tenslotte op het einde met satan afrekenen?

 

Johannes vermeldt ook dat hun slechte leider zijn lot niet zal kunnen ontlopen. “En de duivel, die hen misleidde” zal “in de poel van vuur en zwavel geworpen” worden (20:11). Daar zal hij zich bij de rest van Gods vijanden voegen. Eenmaal naar die vreselijke plaats geleid te zijn, zullen ze “dag en nacht gepijnigd worden” (20:10). Daar zal geen moment van verlichting zijn “in alle eeuwigheid” (20:10); want de hel is een eeuwige plaats van onuitblusbaar vuur.

 

 

 Nadat God de rebellie beëindigt, waar worden de opstandigen onmiddellijk heengebracht?

 

Na getuige geweest te zijn van het eeuwige einde van satan, samen met het inluiden van Christus’ duizendjarig rijk, ontvangt Johannes een visioen van een grote witte troon. De apostel krijgt de Rechter te zien die op Zijn troon van oordeel zit en alle beschuldigden staan voor Hem. Deze Rechter is niemand minder dan de verhoogde Here Jezus Christus. Op deze dag zal elke ongelovige die ooit geleefd heeft, voor Christus moeten staan – de Grote Rechter.

 

 

 Wat zal er in de laatste dagen met de aarde gebeuren?

 

Johannes schrijft dat van de Rechters’ “aangezicht vluchtten de aarde en de hemel weg” en dat “er geen plaats meer voor hen te vinden was” (20:11). Dit is niets anders dan de plotselinge, hevige beëindiging van het universum. Hoewel de aarde herstelt zal zijn tijdens Christus’ duizendjarig rijk, zal hij nog steeds besmet zijn met zonde en daarom onderworpen aan de gevolgen van verval en dood. Vandaar dat hij vernietigd moet worden, aangezien er niets wat bedorven is door zonde toegestaan kan worden om in de eeuwige staat te blijven bestaan. Dit is waarom God een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zal maken.

 

 

 Waardoor zullen ongelovigen veroordeeld worden?

 

De boeken die geopend voor de grote witte troon liggen, bevatten de vermelding van iedere gedachte, woord en daad van iedere niet verloste persoon die ooit geleefd heeft. God heeft een perfecte en nauwkeurige vermelding van het leven van iedere persoon. Aangezien Gods rechtvaardigheid een betaling vereist voor elke zonde van iedereen, zal elke persoon die Gods volmaakte heilige standaard niet haalt, geoordeeld worden “overeenkomstig wat in de boeken geschreven stond, naar hun werken” (20:12-13). Terwijl Christus de straf voor gelovigen betaald heeft (en daarmee hen van oordeel bevrijd heeft), zullen ongelovigen, die Christus’ gerechtigheid niet hebben, zelf de straf moeten betalen voor het schenden van Gods wet. Deze straf is eeuwige vernietiging in de hel.

 

 

 Wat zal er uiteindelijk gebeuren met degene wiens naam

niet in het boek des levens geschreven staan?

 

Nadat het boek met de slechte daden van de gevangenen geopend was, werd “nog een ander boek geopend, namelijk het boek des levens” (20:12). Dit boek bevat de namen van al degene die hun “burgerschap … in de hemelen” hebben (Fil.3:20). Zo is het boek des levens een verslag van degene die geloof in Christus hebben  en berouw getoond hebben van hun zonden en zich hebben bekeerd. Degene die weigeren om in deze wereld van hun zonden schuld te bekennen, berouw tonen en God om vergeving te vragen, zullen niet in het boek des levens gevonden worden. Deze individuen zullen schuldig verklaard worden op de dag van het oordeel en zullen in alle eeuwigheid lijden voor hun zonden. Deze straf zal snel uitgevoerd worden, want alle ongelovigen zullen onmiddellijk in de poel van het vuur geworpen worden (i.e., de hel).

 

 

SAMENVATTING

 

In Johannes’ visioen zag hij een engel vanuit de hemel komen die een sleutel en een grote ketting in zijn hand vasthield. De engel nam satan en bond hem vast en wierp hem in de afgrond en deed het op slot. Satan werd daar voor duizend jaar gebonden, zodat hij niemand meer kon misleiden. Johannes zag ook tronen en de zielen van mensen die voor hun geloof onthoofd waren. Deze mannen en vrouwen zullen voor duizend jaar met Christus regeren. Na de duizend jaar zal satan voor een korte tijd bevrijdt worden. Gedurende deze tijd zal satan een opstand tegen God en Gods volk houden. God zal deze opstandelingen verslinden en zal satan in de poel van het vuur werpen. Daarna zag Johannes een grote witte troon waar God met grote, geopende boeken
zat. De doden die voor God stonden, werden vanwege hun daden veroordeeld en als hun namen niet in het boek des levens stonden, werden ze in de poel van het vuur geworpen.

Dit tekstgedeelte dient als een grote waarschuwing voor een ieder die blijft rebelleren tegen God. Degene die falen om hun zonden te belijden, om God om vergeving te vragen en aan Christus te onderwerpen, zullen een hevige straf ondervinden. Daarom zou iedere gelovige bezorgd moeten zijn om te zien of zijn of haar leven blijk geeft van ware verlossing. Terwijl we nog op deze aarde zijn, zouden we een groot verlangen moeten hebben om de reddende genade te brengen aan degene die in ongeloof wandelen en tegen God in opstand komen.

 

 

Chronologie Johannes’ visioen

 

Johannes zit nog steeds op het eiland Patmos. God wil hem daar meer vertellen over wat er in de toekomst gaat gebeuren. Hij geeft Johannes een droom waarin Hij hem meeneemt naar die tijd die nog moet komen. In deze droom ziet Johannes een hele sterke engel uit de hemel neerdalen. Hij heeft een sleutel en een ketting vast. De engel komt om satan gevangen te nemen. Hij neemt satan beet en maakt hem met de ketting vast. Daarna gooit hij satan in een put waar hij zelf niet uit kan. Duizend jaar zal hij in die put moeten blijven. Maar wat ziet Johannes nu? Op de troon in Jeruzalem zit een man die hij heel goed kent. Het is Jezus! Hij zit op een troon. Ziet hij dat goed? Er staan nog heel veel tronen met mensen erop. Het lijken wel allemaal koningen. Dit zijn alle mensen die in Jezus hebben geloofd. Zij mogen nu samen met Hem als koningen regeren over de aarde voor wel duizend jaar.

Tijdens die duizend jaar is bijna iedereen gelukkig want Jezus is de grote Koning. Na de duizend jaar wordt satan weer losgelaten. Hij vlucht vliegensvlug naar de aarde. Heel veel mensen kiezen om met hem te gaan vechten tegen Jezus en Zijn leger. Maar God laat dit niet gebeuren. Wanneer de troepen van satan bijeen komen laat God vuur uit de hemel komen om hen allemaal te doden. Satan wordt nu voorgoed in de hel geworpen. Johannes zijn droom gaat verder. Nu ziet hij een grote witte troon staan met een hele strenge Rechter erop. Voor de troon staan een heleboel mensen. Het zijn alle mensen die niet hebben geloofd in God en niet vertrouwden op Jezus. Ze dachten: “Ik heb Jezus niet nodig, ik zorg wel voor mezelf!” Hier staan ze nu, niemand om hun te helpen. De Grote Rechter, die eigenlijk Jezus is, doet een heel dik boek open.

In dit boek staat alles wat iedereen heeft gedacht, gezegd en gedaan. Een heleboel dingen. De Rechter kijkt naar het boek en wanneer hij één zonde vindt, spreekt Hij daarover de straf uit. Alle mensen voor de troon blijken schuldig te zijn. Niemand staat er zonder zonden. Ze hebben allemaal gezondigd en gedaan wat God slecht vindt. De Rechter schudt met Zijn hoofd en zegt tegen elk van hen: “Je hebt niet gedaan wat Ik wilde, je verdient
straf. Je zult voor eeuwig in de hel blijven en daar gestraft worden omwille van je zonden.” Dit is de meest triestige dag van de geschiedenis, want die dag zullen er heel veel mensen zijn die voorgoed in de hel zullen blijven. Jezus, de Rechter, doet dit niet graag. Maar Hij moet het doen, want bij zonde hoort straf. Daarom geeft Jezus nu nog iedereen de kans om op Hem te vertrouwen. Vraag God vergeving van je zonden en vertrouw erop dat Jezus de straf voor jouw zonden droeg aan het kruis! Haat zonden en vecht ertegen! En vertel ander mensen over Jezus die van hen houdt en voor zonden stierf aan het kruis.

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

Boodschap 416 van ‘ Boodschappen uit de kosmos’

Standaard

Categorie: Boodschappen uit de kosmos

 

 

 

De Heilige Drievuldigheid

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

Het getal 333 is het getal van de Heilige Drievuldigheid;

God de vader, God de Zoon en God de Heilige Geest.

 

 

  1. Christus predikte van zijn 30ste levensjaar 3 jaar tot hij stierf; hij werd gekruisigd toen hij 33 jaar was.

 

      2.  Hij verbleef 3 dagen in zijn graf en verrees.

 

1+2 is de hereniging van 333 na de verrijzenis voor eeuwig!

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

 

 

 

De Bijbel over de hel

Standaard

Categorie: religie

 

 

 

De Bijbel over de hel

 

Het idee van een hel is dermate gruwelijk en ondenkbaar, dat veel christenen er moeite mee hebben. In een hemel geloven vind iedereen makkelijk, maar een hel? Toch spreekt de Bijbel er veelvuldig en zeer duidelijk over. Het laat de grote ernst zien van het kwaad in ons hart en de brandende noodzaak om je te bekeren met een diep, waarachtig berouw.

 

 

Bijbelteksten over de hel en leven na de dood

 

Lukas 12: 5

‘Ik zal u tonen, wie gij vrezen moet. Vreest Hem, die, nadat Hij gedood heeft, macht heeft om in de hel te werpen. Voorwaar, Ik zeg u, vreest Hem!’

 

Matteus 25: 41, 46

‘Dan zal Hij ook tot hen, die aan zijn linkerhand zijn, zeggen: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, naar het eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bereid is. Dezen zullen gaan in de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.’

 

2 Thessalonicenzen 1: 9

‘Zij zullen als straf het eeuwig verderf ondergaan, weg van het aangezicht van de Heer en van de heerlijkheid van Zijn macht.’

 

 

Openbaring 21: 8

‘Maar de lafhartigen, de ongelovigen, de verfoeilijken, de moordenaars, de hoereerders, de tovenaars, de afgodendienaars en alle leugenaars – hun deel is in de poel, die brandt van vuur en zwavel: dit is de tweede dood.’

 

 

Matteus 7: 13,14

‘Ga binnen door de nauwe poort, want wijd is de poort en breed is de weg die naar het verderf leidt, en velen zijn er die daardoor naar binnen gaan; maar de poort is nauw en de weg is smal die naar het leven leidt, en weinigen zijn er die hem vinden.’

 

Hebreeën 10: 26, 27

‘Want als wij willens en wetens zondigen, nadat wij de kennis van de waarheid ontvangen hebben, blijft er geen offer voor de zonden meer over, maar slechts een verschrikkelijke verwachting van oordeel en verzengend vuur, dat de weerspannigen zal verslinden.’

 

 

De redding door het evangelie

 

Pasteltekening van John Astria

 

 

Vragen over de hel

 

Hoe kan een God van liefde mensen naar de hel sturen?

 

Ik wil tegenover deze veelgehoorde vraag een andere vraag zetten: Als Jezus Christus zich als een lam heeft laten afslachten om ons te verlossen, waarom vertikken zoveel mensen het dan om zijn doorboorde hand – die hen wil redden – vast te grijpen?

Waarom slaan zovelen liever Gods uitgestrekte hand van zich weg, dan zich door Hem te laten verlossen? Waarom willen zoveel mensen liever verloren gaan, dan zich van het kwaad in hun hart af te keren en zich te laten reinigen door het offer van Jezus Christus? Die vraag is veel belangrijker. Dat is waar het om gaat. God wil mensen redden!

 

 

Wie Christus erkent wordt gered uit de klauwen van Satan

 

Pasteltekening van John Astria

 

Waarom willen velen niet gered worden?

 

Omdat ze het kwaad liever hebben dan het goede, al beweren ze van zichzelf de goedheid zelve te zijn

 

 

Gaan mensen die nooit over Jezus gehoord hebben, ook naar de hel?

 

De Bijbel zegt dat Jezus Christus is afgedaald in het dodenrijk en daar zijn verlossing heeft verkondigd aan de geesten van de gevangen zielen. Elk mens, levend of dood, heeft dus de kans verlost te worden.

 

 

1 Petrus 3:18

‘Hij is naar de geesten gegaan die gevangen zaten, om dit alles te verkondigen.’

 

 

1 Petrus 4:6

‘Want daartoe is ook aan doden het evangelie gebracht, opdat zij wèl, naar de mens, wat het vlees aangaat, zouden geoordeeld worden, doch, naar God, wat de geest betreft, zouden leven.’

 

 

Romeinen 14:9

‘Want hiertoe is Christus gestorven en levend geworden, opdat Hij èn over doden èn over levenden heerschappij voeren zou.’