Tagarchief: bladeren

Gewone raket: Sisymbrium officinale

Standaard

Categorie: kamerplanten en bloemen

.

.

.

.

Gewone raket: Sisymbrium officinale

De gewone raket (Sisymbrium officinale) is een plant uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae) die voorkomt op braakliggend terrein, langs wegen en dijken. De wetenschappelijke naam Sisymbrium komt uit het Latijn en betekent ‘waterkers’. Dit omdat tijdens de periode dat Linnaeus het plantenrijk indeelde, deze soort samen met de witte waterkers (Sisymbrium) werd ondergebracht. Later is bij een herverdeling deze soort alleen overgebleven maar heette nog steeds Sisymbrium. Dit is nooit veranderd.

.
De soortaanduiding officinalis geeft aan dat aan de plant geneeskundige werking werd toegeschreven. De Nederlandse naam zou afgeleid zijn van het Franse Roquette, een wilde koolsoort. Het is een 30-60 cm hoge, kruidachtige plant. Door de vertakkingen doet de raket aan een kandelaar denken. Het onderste gedeelte van het blad heeft een spiesvormige eindslip. De bovenste bladeren zijn ongedeeld.
.
De plant bloeit met dichte trossen die later langer worden, van mei tot september. De bloem is bleekgeel en klein (2 – 4 mm). De gewone raket draagt kortgesteelde, priemvormige, 8 – 20 mm lange hauwen die tegen de stengel zijn gedrukt. De bruine tot donkerbruine zaden zijn 1 – 1,3 lang en 0,5 – 0,6 mm breed. De soortaanduiding officinalis duidt erop dat aan de plant geneeskundige werking werd toegeschreven.
.
Zij wordt nog wel in anti-hoestmiddelen en keelpastilles verwerkt en staat vermeld in de Franse farmacopee. Verder vindt het geneeskundig gebruik geen toepassing meer. Als slijmoplossend middel kan men een aftreksel van twee theelepels per kop water gebruiken tegen hoest en slijm. De gewone raket wordt ook wel heeskruid genoemd, wegens zijn smerende werking op de stembanden.
.
.
.
.
.

Standplaats

.

Matig vochtige tot droge, voedselrijke bodem in halfschaduw of zon. Gedijt op alle grondsoorten. Plant van ruigten.

.

.

.

.

Eigenschappen

.

2-slachtig

tredplant

medicinaal

ingeburgerd

.

.

.

.

.

Taxonomische indeling
Rijk: Plantae (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen
Clade: Malviden
Orde: Brassicales
Familie: Brassicaceae (Kruisbloemen)
Geslacht: Sisymbrium (Raket)

 

.

.

.

.

.

.

.

Advertentie

De Judaspenning

Standaard

Categorie: kamerplanten en bloemen

De Judaspenning

De judaspenning (Lunaria annua) is een tweejarige, 50-80 cm (soms tot 100 cm) hoge plant uit de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae). De vaste judaspenning (Lunaria rediviva) lijkt op de judaspenning, maar heeft langwerpige in plaats van ronde zaaddozen.

Botanische beschrijving

De bovenste bladeren zijn zittend of zeer kort gesteeld, de onderste zijn gesteeld. De bladeren zijn grof gekarteld, en ei- tot hartvormig.
De bloemen zijn reukloos en 2,5-3 cm groot. De kleur van de bloemen wordt omschreven als paars, mauve of wit. De bloemen zijn gegroepeerd aan de top van de rechtopstaande stengel. De bloeitijd loopt van april tot in juni.
De hauwtjes zijn bijna rond. De vruchten zijn plat en 3-6 cm groot.
De plant is aantrekkelijk voor vlinders. De plant ontsnapt vaak uit tuinen en groeit dan langs bosranden, bij heggen, en in wegbermen. De plant heeft een voorkeur voor zonnige tot licht beschaduwde standplaatsen.

zaaddozen

Verspreiding

De plant is afkomstig uit Zuidoost-Europa. In zowel België als Nederland is de soort algemeen vanuit tuinen verwilderd aanwezig, iets wat ook voor andere delen van Midden- en West-Europa geldt.

Er zijn verschillende cultivars ontwikkeld:
Lunaria annua ‘Alba Variegata’
Lunaria annua ‘Albiflora’
Lunaria annua ‘Atrococcinea’
Lunaria annua ‘Munstead Purple’
Lunaria annua ‘Sissinghurst White’
Lunaria annua ‘Variegata’

  • Hoogte: 50 tot 100 cm.
  • Standplaats: volle zon.
  • Zaaien: V t/m begin VII. Kiemtijd 14 – 21 dagen. Lichtkiemer. Zaden dus nauwelijks bedekken. Verplanten in de zomer en uitplanten op 30 cm in oktober of voorjaar.
  • Bloei: vanaf half IX t/m X.
  • Kenmerken: Trekt vlinders aan. Een tweejarige plant die zijn naam dankt aan de zaaddozen die op penningen lijken.

zaden

EIGENSCHAPPEN

Hoogte: 50 – 100 cm
Kleur: wit tot donker paars
Winterhard: Ja
PH: Neutraal
Vochtigheid: Normaal
Licht: Zon halfschaduw
Evergreen: Bladverliezend

witte Judaspenning

Winterpostelein: Claytonia perfoliata

Standaard

Categorie: kamerplanten en bloemen

 

 

 

Winterpostelein: Claytonia perfoliata

 

De winterpostelein of kleine winterpostelein (Claytonia perfoliatasynoniemMontia perfoliata) is een eenjarige plant uit de familie Montiaceae. Vroeger was de soort opgenomen in de posteleinfamilie (Portulacaceae). De soort groeit in Noord-Amerika. Via Cuba is de plant naar West-Europa gekomen. De soort wordt in Engeland, Frankrijk BelgiëNederland en Duitsland verbouwd als winterharde postelein, maar komt in al deze landen ook verwilderd voor. Vanwege de route waarlangs de plant in Europa arriveerde, wordt de plant in Duitsland ‘Kubaspinat’ genoemd.

 

 

Winterpostelein
Winterpostelein - overzicht
Winterpostelein – overzicht
Taxonomische indeling
Rijk: Plantae (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen
Clade: Geavanceerde tweezaadlobbigen
Orde: Caryophyllales
Familie: Montiaceae
Geslacht: Claytonia (Winterpostelein)
Soort
Claytonia perfoliata
Donn ex Willd. (1798)
Blad en bloem
Blad en bloem

 

Kenmerken

 

De plant is 15-40 cm hoog en tijdens de bloei gemakkelijk te herkennen aan de schotelvormige bladeren, waar de stengel door heen lijkt te groeien. Het betreft hier een tweetal bladeren, die tezamen vergroeid zijn. Dit zijn geen  kelkbladeren, maar naar de bloem opgerukte gewone bladeren. De gewone blaadjes hieronder hebben een schop-vorm.

De gewone bladeren zijn 2-3 cm groot. De twee om de bloemstengel vergroeide bladeren zijn groter. De witte bloemen zijn klein met 2-3 mm lange kroonbladen. Deze meerjarige plant bloeit van april tot juni. In maart gezaaid bloeit de plant van juni tot in de herfst. De 1 – 1,5 mm grote zaden hebben een mierenbroodje.

 

 

 

 

 

Naamgeving

 

De naam Claytonia komt van John Clayton, een botanicus uit de 17e eeuw. De naam perfoliata (Latijn: per door +folium blad) is gebaseerd op het feit dat de stengel door 2 tot een schotel aaneengegroeide bladeren groeit.

 

 

Teelt

 

planten half oktober

 

 

Wie de plant wil telen kan in juni en juli zaaien, waarbij de zaadhoeveelheid 10 g/m² bedraagt. Een onderlinge afstand van 10 cm tussen de rijen is gewenst. Voor de teelt onder glas moet in de tweede helft van augustus gezaaid worden, waarbij de eerste oogst in november en de tweede in maart valt.

Reeds jonge planten kunnen in de herfst geoogst worden. Wanneer men het hart laat staan, maakt de plant weer nieuwe bladeren. De oogst dient in maart afgesloten te worden voordat de plant gaat bloeien.

Het plantje heeft een sterke voorkeur voor zandige gronden, en zal dus in tuinen met goede grond niet snel als onkruid woekeren. Wel stelt het eisen aan de vochtigheid: het heeft behoefte aan constant vochtige grond. De plant verwacht een zuurgraad tussen 6,1 en 7,8.

 

 

Zaadteelt

 

Zaden

 

 

Voor de teelt van zaad moet er half maart gezaaid worden. De bloei begint in juni tot in de herfst. De zaaddozen moeten voordat ze op de grond vallen geplukt en gedroogd worden.

 

 

 

Gebruik

 

De plant is tegen vorst bestand en daardoor in het vroege voorjaar een belangrijke bron van vitamine C en mineralen als calciummagnesium, en ijzer. In Amerika werd de plant door zowel Indianen als de goudzoekers in Californië gewaardeerd. Voor deze laatsten was het een belangrijk bestrijdingsmiddel van scheurbuik in het vroege voorjaar, wanneer zij gebrek aan vitamine C hadden. Diverse stammen waaronder de Zwartvoetindianen waardeerden overigens niet alleen de zachte blaadjes, maar ook de knollen, die ook eetbaar zijn evenals de wortels.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De Pachira of de Geldboom

Standaard

categorie : kamerplanten en bloemen

 

 

 

Pachira Aquatica, Watercacao of Geldboom. De naam Money Tree heeft deze kamerplant te danken omdat in het Verre Oosten wordt geloofd dat de bladeren geld kunnen vangen. Daarom is het een ideaal kado voor house warmings. Van oorsprong komt de Pachira uit de moerassen van Oost Brazilië, Panama en Costa Rica. Familie: Malvaceae, kaasjeskruidfamilie.

 

 

Pachira_aquatica_france

 

 

 

Pachira onderhoud

 

Water geven

Af en toe droog

 

De Pachira wijkt af in verzorging ten opzichte van veel andere kamerplanten. Deze plant heeft eens per 3 weken een flinke scheut water nodig. Omdat de Pachira water opslaat in de stam moet de grond uitgedroogd zijn voordat er opnieuw water wordt gegeven. In de zomer mag de grond wel licht vochtig zijn voordat de kamerplant opnieuw water krijgt. Geef niet te veel water, hierdoor komt de plant met zijn wortels in het water staat.

 

 

 

Sproeien

 

In de winter zal de kachel de lucht droger maken. Het is van belang om dit te compenseren door regelmatig te sproeien. Dit voorkomt bladval.

 

 

 

 

 

Standplaats

 

 Half schaduw

Half schaduw

 

De Pachira ontvangt graag voldoende licht, maar verdraagt direct zonlicht minder goed. De beste standplaats is daarom ook voor het raam op het noorden, of 2/3 meter voor het raam op het noorden/oosten. Deze afstanden komen overeen met 3 tot 5 uur zonlicht. Een raam op het zuiden is minder geschikt. Worden de bladeren geel? Dan krijgt de binnenplant te veel licht. Groeit de plant erg snel met weinig bladeren? Dan staat de kamerplant te donker.

 

 

Minimale temperatuur

 

Overdag: +/- 19 °C
‘S nachts: +/- 16 °C

 

 

Verpotten

 

Verpot jonge Pachira’s elk jaar. Oudere exemplaren (vanaf 120cm) hebben voldoende aan een nieuwe toplaag elk jaar. Verpotten kan direct na de aankoop, of anders bij voorkeur in de lente. Wortels herstellen namelijk in deze periode het snelst. Een ruimere pot creëert een grotere waterbuffer voor de Pachira omdat de grond meer water kan opnemen. Hiermee verklein je de kans op uitdroging. Neem een sierpot met een diameter van minimaal 20% groter dan de bestaande (oranje) kweekpot. Je kunt gewoon universele potgrond gebruiken.

 

 

 

 

 

Voeding

 

Bemest de Pachira gedurende de lente en zomer, dit is namelijk de groeiperiode. Gebruik vloeibare voeding voor groene planten. Geef nooit een overdosis voeding en voed ook nooit in de winter. Ook niet na een periode dat de binnenplant te kort heeft gehad. Lees de gebruiksaanwijzing voor de juiste dosering.

 

 

Verkleurende bladeren

 

Gele bladeren zijn het gevolg van te veel licht. Een Pachira is gezond wanneer de kamerplant diep/donker groene bladeren heeft. Wanneer deze lichter van kleur worden is het verstand de plant een meter verder van het raam te plaatsen. Te veel of te weinig water heeft vaak als gevolg dat de bladeren bruin worden. Dit leidt ook tot bladval. Bladval in de winter daarentegen, duidt vaak op een te droge lucht. De Pachira laat zijn blad vallen wanneer de plant op de tocht staat, maar meestal is bladval ook een oorzaak van te veel water.

 

 

Snoeien

 

Lelijk bladeren kun je niet voorkomen, dat is een natuurlijk proces. Deze lelijke bladeren kun je direct weg knippen. Daarnaast is het mooier elk najaar de plant tot in de kruin terug te snoeien. Zo blijft de Pachira mooi compact, zonder lelijke uitlopers. Een gesnoeide stam zal vertakken. Indien je de Pachira jaren niet snoeit zal er een lange stam zonder blad overblijven.

 

 

 

 

 

Vermeerderen

 

Voor het vermeerderen van een Pachira is een hoge luchtvochtigheid nodig. Kopstekken behandelen met stekpoeder geeft het beste resultaat in kleine kasjes.

 

 

Bloemen

 

Alleen volgroeide palmen bloeien. Dit wordt niet bereikt in de woonkamer.

 

 

Giftig?

 

De Pachira is beperkt giftig. Het blad wordt in sommige landen gegeten nadat het is gekookt. Dit raden wij niet aan.

 

 

Ziektes

 

Tocht en droogte vergroot de kans op ongedierte.

 

 

 

 

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

 

 

pijl-omlaag-illustraties_430109

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

 

JOHN ASTRIA

JOHN ASTRIA

 

      

Onkruid soorten in ons land – letter Z

Standaard

Categorie: Kamerplanten en bloemen

 

 

Onkruid soorten

 

Hieronder vindt u alle soorten onkruid die ons land kent. Een enorm groot overzicht maar netjes op alfabetische volgorde en met omschrijving. Veel succes met het herkennen en bestrijden van deze vaak hardnekkige planten.

 

 

Zevenblad (Umbelliferae)

 

Van alle onkruiden is ZEVENBLAD (Aegopodium podagria) wel een van de lastigste en moeilijkst te bestrijden soorten. Door diep te spitten en ieder afgebroken stukje wortel of ondergrondse stengel op te sporen kan men de plant uitroeien. Dat lukt evenwel uitsluitend wanneer men constant op zijn hoede blijft. De plant komt in de meeste delen van Europa voor en werd vroeger gebruikt als geneeskrachtig kruid; de soortaanduiding podagraria is afgeleid van het Latijnse podagra = jicht. Men neemt dan ook aan dat monniken een belangrijk aandeel hebben gehad in de verspreiding van de plant. Tegenwoordig komt Zevenblad ook voor in het oostelijk deel van Noord-Amerika.

De plant wordt 60-90 cm hoog en heeft een holle, gegroefde stengel. Kenmerkend zijn de glanzend groene bladeren, waarvan de bovenste in drieën verdeeld zijn en de onderste dubbel drietallig zijn. Alle bladeren hebben een onregelmatig gezaagde rand. De bladeren aan de stengel staan met tweeën tegenover elkaar; uit hun oksels verheffen zich de schermvormige bloeiwijzen, die 15-20 groepjes kleine, witte, stervormige bloempjes dragen. De bloemen hebben vijf bloemblaadjes en groeien uit tot vruchtjes die slechts twee zaden bevatten. De bloei valt in juni en juli. Hoewel het plezierig is te weten dat het vóórkomen van Zevenblad op goede grond wijst, moet men niet uit het oog verliezen dat de kruipende wortelstokken in één groeiseizoen een oppervlak van 3 m2 in beslag kunnen nemen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zuringsoorten (Polygonaceae)

 

De grote Amerikaanse plantkundige Asa Gray omschreef de leden van het geslacht Zuring als ‘grove onkruidachtige planten, met kleine en onooglijke (meestal groene) bloemen’. (Overigens zijn er ook kleine, allerminst grofgebouwde Zuringsoorten.) De bloemetjes staan dicht opeen, meestal in kransen rond de bloeistengels in – al dan niet vertakte – bloeiwijzen. Deze planten komen vooral voor in de gematigde en koude delen van het noordelijk halfrond, maar sommige soorten hebben zich over de hele wereld verspreid. Het zijn meesters in de kunst van het overleven.

De meeste soorten zijn overblijvende planten en hun zaden (ze kunnen er per jaar tot 50.000 per plant voortbrengen) worden door de wind verspreid. De verspreiding kan ook door vogels plaatsvinden en zelfs – ondergronds – door mieren die de zaden als nestmateriaal gebruiken. Deze onder de grond terechtgekomen zaden kunnen wel 80 jaar hun kiemkracht bewaren. De vertakkingen van de dikke gele penwortels gaan soms tot 1,5 meter of nog dieper de grond in. Ieder afgebroken stuk vormt gemakkelijk nieuwe wortels en levert dan weer een nieuwe plant. Er zijn vijf soorten die een plaag kunnen vormen in de tuin. Hoewel alle soorten altijd gemakkelijk als een zuring te herkennen zijn is het onderscheid tussen de soorten onderling vaak moeilijk te zien.

 

 

Krulzuring

 

KRULZURING (Rumex crispus) is wel een van de meest algemene en lastige leden van het geslacht. De plant heeft gegolfde, meestal lancetvormige bladeren, die tot 30 cm lang worden en afwisselend langs de stengel staan. De hoogte varieert van 0,5 tot 1,5 meter. De bloeitijd is van mei tot oktober; de vertakte bloeistengels dragen de bloemen in kransen die worden afgewisseld met weinige tot vele lintvormige bladeren die ook weer een gegolfde rand hebben. Een grote plant kan 30.000 zaden per jaar voortbrengen, waarvan 88% kiemkrachtig is. Zelfs zaden die 50 jaar onder de grond hadden gelegen bleken nog voor 52% kiemkrachtig te zijn. Dit is een lastig onkruid, niet alleen in de tuin maar ook voor de boer. (In Groot-Brittannië zijn de boeren zelfs verplicht deze plant op hun grond uit te roeien, zoals bij ons in sommige provincies met de distel het geval is.) Het optreden van Krulzuring in uw tuin betekent in ieder geval wel dat de grond rijk aan voedingsstoffen is. Krulzuring komt voor in Europa en Azië en is door toedoen van de mens ook in Amerika terechtgekomen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Ridderzuring

 

RIDDERZURING (Rumex obtusifolius) is in ons land ongeveer even algemeen als de vorige soort en heeft ook zo’n beetje hetzelfde verspreidingsgebied. Hier zijn de bladeren – die eveneens afwisselend staan – ± 25 cm lang en breed ovaal met een hartvormige basis. De bloemen staan eveneens in kransen rond de stengels, die vertakt zijn en nogal uitstaan. Vooral onderaan zijn de bloeistengels bebladerd. Het bloemdek dat de vrucht omgeeft draagt aan ieder van de drie zijden 3-5 lange tanden. De bloeitijd is van juni tot oktober.

 

 

 

 

 

 

 

 

Kluwenzuring

 

KLUWENZURING (Rumex conglomeratus) heeft lange ovale bladeren, die veel op die van Krulzuring lijken, maar smaller zijn. Te herkennen doordat de bloemen kortgesteeld zijn en in een kluwenvormige bloeiwijze zitten die tot dicht bij de top bebladerd is. Ook het uiterlijk van de vruchtjes met hun lange ongetande slippen is kenmerkend. De plant wordt 0,5 tot 1 meter hoog. Komt voor in Europa en Midden- en Noord-Azië.

 

 

 

 

 

 

 

 

Schapenzuring

 

Ook SCHAPENZURING (Rumex acetosella) heeft een taaie penwortel en de horizontale vertakkingen daarvan lopen gemakkelijk uit, waardoor hele kolonies ontstaan. Gemakkelijk te onderscheiden van zijn verwanten door zijn geringe hoogte (meestal minder dan 30 cm), de meestal spiesvormige bladeren en de gele tot rode bloempjes. Deze zitten in losse bloeiwijzen en verschijnen van mei tot in de herfst. Schapenzuring komt van nature voor op voedselarme, droge zure (zand- en veen) grond. Doordat Schapenzuring vaak in zeer grote aantallen tegelijk voorkomt kan hij ’s zomers, wanneer de zaden rijp zijn, hele oppervlakten kleur geven met zijn roestbruin-rode  vruchtpluimen en scharlaken blaadjes.

 

 

 

 

 

 

 

 

Veldzuring

 

VELDZURING (Rumex acetosa) heeft gladde, ovale, afwisselend staande bladeren met twee naar beneden gerichte, soms in tweeën gespleten slippen aan de voet. De in mei-juni verschijnende bloemen worden gevolgd door vruchten die een eigenaardige glans vertonen. Veldzuring, die 0,5 tot 1 meter hoog wordt, komt voor over de hele wereld in de gematigde delen. In ons land algemeen op voedzame, grazige plaatsen. Ook gekweekt als groente.

 

 

 

 

 

 

 

 

Zwarte nachtschade (Solanaceae)

 

De ZWARTE NACHTSCHADE (Solanum nigrum) roept u toe: ‘Ik kan gevaarlijk zijn.’ Alle delen van deze plant bevatten giftige alkaloïden, maar in wisselende hoeveelheden. Bladeren en bessen zijn dan ook door dieren gegeten zonder schade – of met dodelijk gevolg. De glanzend gele of zwarte bessen (ter grootte van een erwt) zien er voor kinderen aantrekkelijk uit; het eten ervan leidt soms tot weinig meer dan wat misselijkheid, soms echter tot hevige pijn, uitputting en zelfs de dood.

Zwarte nachtschade is een bossige, een- of tweejarige plant die 50 tot 60 cm hoog wordt. De bladeren staan afwisselend en zijn eirond tot bijna driehoekig, met bochtige randen; tegen het licht zijn ze soms doorschijnend. Deze soort behoort tot dezelfde familie als de aardappel en heeft ook dezelfde stervormige bloemen, met vijf vergroeide bloembladeren en vijf gele meeldraden in een zuiltje. De witte, in een soort tros staande, bloemen verschijnen van juni tot in de herfst. Dit onkruid komt over de hele wereld voor op akkers, in tuinen en langs wegen. In ons land een zeer algemene verschijning.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

Etherische oliën : deel 4

Standaard

categorie : meditatie en yoga

 

 

 

Roos – Rosa damascena

 

 

 

 

 

Op het lichaam: Is heel heilzaam voor de spijsvertering en eczeem. Regelt de bloedsomloop en is goed tegen bloedarmoede. Is heel nuttig bij de behandeling van impotentie en geeft verlichting bij pms.
Is fantastisch voor de droge en gevoelige huid. Verjongt en herstelt de huid.

Emotionele & psyche behandelingen: De roos brengt rust voor mensen die geestelijk overspannen zijn door stress en/of depressie. De roos is ook erotisch en sensueel, als je ze hier voor wil gebruiken. Roos pept het zelfvertrouwen op en brengt het gevoel van geluk en vrede.

Ook schept de roos een harmonieuze en vredige sfeer. De geur van roos ondersteunt het loslaten en opent je voor de liefde naar de wereld en de liefde naar jezelf. Roos werkt verzachtend bij emotionele irritaties en verdriet.

Spiritueel – Energetisch: Roos brengt genezing voor de hartchakra en helpt deze chakra zich te openen als ze zich door verdriet en pijn heeft gesloten. Maar als de hartchakra al open is, versterkt deze olie de energie ervan en laat ze de liefdesenergie naar buiten uitstralen.  Dit is een heel liefdevolle olie.

Maar je kan roos ook inzetten voor de heiligbeenchakra, het centrum van scheppingsdrang, seksualiteit en conceptie. De roos is een mild afrodisiacum.. De hoogste trillingen van de roos komen overeen met die van de kruinchakra, de zetel van de innerlijke meester

 

 

 

Salie – Salvia Officinalis

 

 

 

 

Op het lichaam: Helpt tegen diarree, verkoudheid, griep, hoest en keelpijn. Ontspant spieren en is goed tegen vermoeidheid. Menstruatieopwekkend en helpt bij pms.

Emotionele & psyche behandelingen: Uitstekend middel bij depressie en verdriet.  Salie geeft weerstand en wilskracht. Deze olie heeft een stimulerende, opwekkende, versterkende en verwarmende invloed. De olie is nuttig om te verdampen bij lusteloze mensen die hun zelfvertrouwen kwijt zijn of geestelijk overspannen zijn.

Spiritueel – Energetisch: Vroeger dacht men dat salie wijsheid schonk. Ook ging men er van uit dat salie de verlosser van lichamelijke kwalen was. Je kan salie in combinatie met meditatie of visualisaties toepassen om inzicht en wijsheid te ontwikkelen. Salie werkt zeer goed bij mensen die veel onderdrukte woede in zich voelen. Ook voor mensen die “last” hebben met autoriteit en geen gelegenheid laten voorbij gaan om daar tegen in opstand te komen.

Deze houding vindt zijn oorsprong in de angst om afgewezen te worden door de omgeving of de maatschappij.
Deze gevoelens en gedachten werden in de jeugd vaak onderdrukt. Daarom is het nu moeilijk om deze ideeën op een neutrale, duidelijke manier te formuleren.

Salie is goed om gevoelens van onmacht te verwerken. Zeker als de omgeving kritiek geeft. Salie geeft de kracht om mensen die niet meer kunnen communiceren te leren hun gevoelens voor zichzelf te analyseren en ze dan op een evenwichtige manier naar buiten te laten komen.

 

 

 

Scharlei – Salvia Sclarea

 

 

 

 

Op het lichaam: Is heel nuttig bij menstruatiepijn en bij de behandeling van PMS. Kan ook heilzaam zijn bij de behandeling van onvruchtbaarheid.

Emotionele & psyche behandelingen: Kalmeert paranoia en stimuleert seksualiteit.

Spiritueel – Energetisch: Scharlei brengt je in contact met de wereld van de dromen, waaruit men zoveel spirituele lessen kan halen. Scharlei zorgt ervoor dat we ons onze dromen beter kunnen herinneren. Ze kan gebruikt worden in een bad voor het naar bed gaan of in een aromaverstuiver. Een druppel op het kussen is ook mogelijk.

Hou bij je bed een boekje zodat je je dromen kunt opschrijven als je wakker bent. Schenk ook zeer veel aandacht aan dromen die opkomen zonder dat je daarom gevraagd hebt, want die dromen kunnen misschien wel licht werpen op zaken die je op bewust niveau niet in de gaten hebt. Op fijnstoffelijk niveau is scharlei een olie die ons innerlijke gezichtsvermogen versterkt en die ons helpt duidelijker te ‘zien’.

 

 

 

Zoete Sinaasappel – Citrus Sinensis

 

 

 

 

Op het lichaam: Geeft verlichting bij verstopping en is goed tegen hartkloppingen. Gebruik zoete sinaasappel bij hoofdpijn, koorts, spanningen, angst, maagklachten, reisziekte, vertraagd hartritme, hartkloppingen, gebrek aan eetlust, koorts, nervositeit, spijsverteringsproblemen, slecht slapen, nervositeit, sterke transpiratie, hartbeklemming en eczeem.

Emotionele & psyche behandelingen: Maakt vrolijk en verdrijft neerslachtigheid, verdriet en angsten. Brengt de positieve dingen van het leven naar voor.

Spiritueel – Energetisch:  Zoete sinaasappel vormt samen met neroli (uit de bloesem) en petitgrain (uit de bladeren) het trio van oliën die de sinaasappelboom ons levert. Geen andere boom of plant schenkt ons drie verschillende oliën. Zoals de vrucht het lichaam voedt, zo voedt de olie de ziel en geeft ze haar een gevoel van vreugde.

Zoete sinaasappel kan je het best gebruiken als je je blij en gelukkig voelt en ervaar hoe ze overeenkomt met je eigen geluk. Maar als je ze gebruikt als je je ongelukkig voelt, dan zal ze je verwarmen en opvrolijken.

 

 

Sandelhout – Santalum Spicatum

 

 

 

Op het lichaam: Goed voor de huid en verhoogt de weerstand. Is heel nuttig bij keelpijn en bronchitis. Heeft een antiseptische werking. Werkt goed bij blaasontstekingen. Ondersteunt de circulatie in de benen. Samentrekkend en versterkend voor de huid, verzacht en zuivert een droge en geïrriteerde huid.

Emotionele & psyche behandelingen: Helpt om het verleden los te laten en is zeer ontspannend. Werkt als een afrodisiacum, verdrijft neerslachtigheid en angst. Ontspannend en rustgevend. Sandelhout draagt bij tot een serene en positieve instelling.

Spiritueel – Energetisch: Sandelhout is een grote steun bij meditatie. De zeer speciale waarde ontleent de olie aan de eigenschap dat ze het ‘mentale gebabbel’ tot zwijgen brengt. Doordat het bewuste denkproces tot stilstand wordt gebracht, krijgt het denken de kans een diepere meditatieve staat te bereiken. Dit is natuurlijk ook van grote waarde bij de voorbereiding van genezings- en zelfgenezingssessies.

Ook visualisatie wordt gemakkelijker als het bewuste denken een tijdje opzij gezet kan worden. Sandelhout heeft een affiniteit met de wortelchakra. Maar de olie werkt ook op het niveau van de kruinchakra, waar ze de spirituele ontwikkeling bevordert. Sandelhout heeft ook bindingen met de hart- en de keelchakra.

De afrodisiacale eigenschappen van de olie, die zeer uitgesproken aanwezig zijn, wijzen op een werking op het niveau van de heiligbeencakra. Sandelhout beïnvloedt heel de chakra-energie en heeft veel verschillende effecten op subtiel niveau. Een van de belangrijkste eigenschappen van de olie is dat ze een verbinding tot stand brengt tussen de wortel- en de kruinchakra en alle chakra’s onderling harmoniseert.

 

 

 

Tea Tree – Melaleuca Alternifolia

 

 

 

 

Op het lichaam: Is goed voor het immuunsysteem, werkt uitstekend bij schimmels, tegen bacteriën en virussen. Verhelpt wratten en luizen. Werkt uitstekend tegen alle soorten vaginale infectie en jeuk aan de genitaliën of anus.

Emotionele & psyche behandelingen: Verheldert de geest en maakt de geest vrij van negatieve gedachten.

Spiritueel – Energetisch: Goed bij blokkade op de wortelchakra en wanneer de emoties te snel de overhand nemen.

 

 

 

Tijm – Thymus Vulgaris

 

 

Op het lichaam: Helpt bij een trage spijsvertering en verhoogt een te lage bloeddruk. Werkt goed tegen keelinfecties.

Emotionele & psyche behandelingen: Geeft moed en voorkomt nachtmerries. Helpt om te concentreren. Verdrijft angst en depressies.

Spiritueel – Energetisch: Helpt mensen die wispelturig zijn en een onvermogen voelen zich te “herpakken”. Ook zeer nuttig bij conflicten met zichzelf en/of de omgeving.

 

 

 

 

Venkel – Foeniculum Vulgare var. Dulce

 

 

 

 

Op het lichaam: Helpt zeer goed bij kneuzingen, etterende wonden, vette huid, cellulitis, oedeem, reuma, astma, bronchitis, anorexia, misselijkheid, problemen met menopauze, vastzittende hoest, verkoudheid, buikpijn, blauwe plekken, maag- en darmkrampen en gal koliek.

Emoties & psyche behandelen: Venkel geeft evenwicht en vriendelijkheid in de atmosfeer.

Spiritueel – Energetisch: Helpt het “negatieve” te weren. Als je je ooit bedreigd voelt op spiritueel gebied, doe dan enkele druppels in je handen (met een beetje basisolie) en ga ermee door de aura (op korte afstand van je lichaam).

 

 

 

Wierook – Boswellia Carterii

 

 

 

Op het lichaam: Verjongt de huid en werkt heel goed tegen rimpels. Helpt bij astma.

Emotionele & psyche behandelingen:  Vermindert spanning en stress. Verbetert de stemming. Deze olie is ideaal om voor het mediteren te verdampen.

Spiritueel – Energetisch: Wierook olie wordt geassocieerd met onze hoogste spirituele idealen. Deze etherische olie doet ons dieper en langzamer ademen, waardoor lichaam en geest in een meditatieve staat worden gebracht. Dit is, samen met concentratie op de ademhaling, van grote waarde bij alle vormen van meditatie.

Wierook helpt ons banden met het verleden te breken, speciaal als die onze persoonlijke groei in de weg staan.
Gebruik de olie in een bad met de bewuste bedoeling alle oude banden die een belemmering vormen als het ware weg te wassen (samen met visualisatie).

 

 

 

Ylang-Ylang – Cananga Odorata

 

 

 

 

Op het lichaam: Verlaagt bloeddruk en hartslag. Brengt de hormonen in evenwicht. Goed tegen stress. Is een uitstekend middel voor de huid, reguleert de talgafscheiding.

Emotionele & psyche behandelingen: Geeft rust en verdrijft koppigheid. Werkt uitstekend bij depressie en kwaadheid. Brengt zelfvertrouwen terug.

Spiritueel – Energetisch: De zoete geur van deze olie roept gevoelens van vrede op en verdrijft kwaadheid. Kwaadheid vormt een obstakel voor meditatie, healing, genezing en andere spirituele activiteiten. Ylang-ylang kan slaapverwekkend zijn, dus niet aan te raden vlak voor het begin van een meditatiesessie.

De zoetheid van de geur kan voor sommige mensen een beetje zwaar zijn, het is dus beter de olie te mengen met bergamot of melisse. Dit zal de kalmerende eigenschappen versterken maar ook de geur minder zwaar maken.

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

 JOHN ASTRIA

JOHN ASTRIA

 

Onkruid soorten in ons land – letter T en V

Standaard

Categorie:  Kamerplanten en bloemen

 

 

Onkruid soorten

 

Hieronder vindt u alle soorten onkruid die ons land kent. Een enorm groot overzicht maar netjes op alfabetische volgorde en met omschrijving. Veel succes met het herkennen en bestrijden van deze vaak hardnekkige planten.

 

 

Tandzaad (Compositae)

 

Het geslacht Tandzaad telt ongeveer 200 soorten, de meeste in Amerika. Zij behoren tot de grootste familie der bloeiende planten, de Compositae of Samengesteldbloemigen. Zoals de naam al aangeeft is datgene wat men voor een bloem aanziet bij deze familie in feite een verzameling heel kleine bloemetjes. Deze zijn gezamenlijk op een bloembodem ingeplant en zien er samen vaak als een ‘gewone’ bloem uit. Wat op het eerste gezicht een normale bloem lijkt is dus in feite een complete bloeiwijze. Deze wordt bij de Samengesteldbloemigen een bloemhoofdje genoemd.

Soms zijn de bloemhoofdjes bolrond, zoals we dat van Distels kennen. Ook bij het geslacht Tandzaad komt dit voor. In ons land zijn vier soorten van dit geslacht in de loop der jaren plaatselijk algemeen geworden, vrijwel altijd op voedselrijke plaatsen langs waterkanten.

De meest algemene soort in ons land is DRIEDELIG TANDZAAD (Bidens tripartitus), een van 3-90 cm hoge, eenjarige plant met rechtopstaande bloemhoofdjes. De vruchtjes hebben 2-4 naalden die met weerhaakjes zijn bezet, waardoor de vruchtjes gemakkelijk door mens en dier verspreid kunnen worden.

 

 

 

 

 

 

 

Dat geldt ook voor de volgende soort, ZWART TANDZAAD (Bidens frondosus), een eveneens eenjarige plant met oranje-gele bloemhoofdjes. De plant wordt 30 cm tot 1 m hoog. De samengestelde bladeren bestaan uit 3-5 delen. Komt vooral voor langs rivieren en kanalen.

 

 

 

 

 

 

 

De andere twee soorten, Knikkend tandzaad (B. cernuus) en Vergroeidbladig tandzaad (B. connatus) zijn vaak moeilijk te onderscheiden van de twee reeds genoemde soorten.

 

 

Vergeet-mij-nietje (Boraginaceae)

 

Het VERGEET-MIJ-NIETJE (Myosotis arvensis) is geen erg lastig onkruid, ook al heeft het de neiging zich ongemerkt in de tuin te vestigen. De plant kan zich nogal snel verbreiden, doordat ieder exemplaar ongeveer 700 zaden produceert. De planten zijn echter gemakkelijk door wieden in bedwang te houden. De helderblauwe bloemen van 5 mm doorsnee met vijf bloemblaadjes en een geel oog maken de plant gemakkelijk te herkennen. Ze staan afwisselend, op korte steeltjes, aan het bovenste deel van de lang behaarde stengels.

Vóór de bloei zijn de stengels aan het eind naar binnen opgerold. De bloeitijd is van mei tot in de herfst. De onderste bladeren zijn gesteeld en rondachtig-ovaal: ze vormen een rozet aan de basis; de stengel-bladeren groeien afwisselend en zijn lancetvormig en stengelomvattend. Alle bladeren zijn aan weerszijden behaard. Het vergeet-mij-nietje is een eenjarige plant van 120 tot 60 cm hoogte. Algemeen voorkomend in praktisch geheel Europa, Noord- en Midden-Azië en Noord-Amerika. In ons land vooral op bebouwde zandgrond die rijk is aan humus in lichte bossen en langs wegen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Vetmuur (Caryophyllaceae)

 

LIGGENDE VETMUUR (Sagina procumbens) vormt een dichte rozet van lijnvormige blaadjes die 5-12 mm lang zijn en zich aan de top tot een stekelpuntje vernauwen. Uit de rozet komen liggende stengeltjes tevoorschijn met nog kleinere blaadjes, die in groepjes tegenover elkaar staan. Uit iedere groep blaadjes ontspringt een naar verhouding lange bloemsteel met een heel klein wit bloempje, dat vier bloemblaadjes bezig. Soms zijn de bloemblaadjes afwezig en zijn er alleen de vier grotere, groene kelkblaadjes. Dit onkruid komt voor in geheel Europa en in delen van Noord-Amerika. Bij ons zeer algemeen op zandgrond, tussen straatstenen, op muren en dergelijke. De bloemen verschijnen van mei tot september en bestuiven zichzelf.

 

 

 

 

 

 

 

 

Vroegeling (Cruciferae)

 

Vroegeling (Erophila verna) is een heel klein rozetplantje dat zijn witte bloemetjes al vroeg in het jaar laat zien (februari-mei). De grootste hoogte die het plantje bereikt is 15 cm; soms is het niet hoger dan 3 cm. De bloemblaadjes zijn, zoals altijd bij de Kruisbloemenfamilie, vier in getal, maar ze zijn zo diep ingesneden dat het lijkt alsof het er acht zijn. De bladeren zijn spatelvormig tot lancetvormig, behaard en met of zonder getande randen. Uit het centrum van de rozet ontstaan verscheidene stengeltjes, die ieder een bloeiwijze dragen. Zoals de naam al zegt is Vroegeling een van de vroegst bloeiende wilde plantjes; het is een vormenrijke soort die voorkomt in geheel Europa, in Noord-Amerika, Noord-Afrika en Noord-Azië. Bij ons algemeen (en soms massaal voorkomend) op open, zandige terreinen, langs wegen, in parken en in de duinen. Ook op veengrond.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Onkruid soorten in ons land – letter S

Standaard

Categorie: Kamerplanten en bloemen

 

 

 

Onkruid soorten

 

Hieronder vindt u alle soorten onkruid die ons land kent. Een enorm groot overzicht maar netjes op alfabetische volgorde en met omschrijving. Veel succes met het herkennen en bestrijden van deze vaak hardnekkige planten.

 

 

 

De Schermbloemigen met fijn verdeelde bladeren (Umbelliferae)

 

Deze schermbloemigen vormen een charmante groep planten, die op hun mooist uitkomen wanneer ze in de wegberm of op een dijk groeien waar ze uitsteken boven de andere begroeiing. Fluitenkruid heeft niet voor niets de bijnaam ‘Hollands kant’. Zelfs wanneer deze planten de tuin binnendringen hoeft men dat niet te betreuren. Hun diep uit de grond voedsel halende penwortels brengen namelijk waardevolle mineralen naar boven waardoor die ook voor ondiep wortelende planten ter beschikking komen. Zorg er echter wel voor dat deze onkruiden niet tot zaadvorming komen: Wilde peen bijvoorbeeld brengt per plant ongeveer 4000 zaden voort en 4000 penen is wel wat veel van het goede.

 

 

Fluitekruid

 

FLUITEKRUID (Anthriscus sylvestris) is een overblijvende plant van 0,60 tot 1,50 meter hoog, met wijd vertakte ondergrondse stengels, die binnen korte tijd een flink stuk grond in beslag kunnen nemen. De zachte, heldergroene bladeren staan afwisselend, zijn tot 30 cm lang en 2-3 maal geveerd met ruw gezaagde randen. Ze komen tevoorschijn uit gegroefde scheden op de holle, eveneens van groeven voorziene stengels, die aan de onderkant donzig behaard zijn en aan de bovenkant kaal. De bloeiwijze is een eindstandig, samengesteld scherm met kleine witte bloemen die vijf bloemblaadjes hebben. De vruchtjes zijn langwerpig, kaal en zwart, met twee snavels aan de top.

Fluitekruid is inheems in Europa, Noord-Azië en Noord-Afrika. In ons land een zeer algemene verschijning op grazige, vochtige plaatsen, langs wegen en dijken en in vochtige loofbossen. De bloeitijd is mei-juni.

 

 

 

fluitekruid

 

 

 

 

 

Hondspeterselie

 

HONDSPETERSELIE (Aethusa cynapium) is een vertakte, eenjarige plant, die een grote variatie in afmetingen vertoont: gewoonlijk is hij tussen 30 en 90 cm hoog, maar er zijn ook exemplaren bekend van 3 cm hoog en andere die wel 2 meter bereiken! De holle stengels zijn blauwachtig van kleur en voorzien van fijne ribbels; de bladeren staan afwisselend en hebben een donkergroene kleur; ze zijn niet zo fijn verdeeld als bij de voorgaande soort. Ook hier staan de bloemen in samengestelde schermen, maar deze zijn minder dicht; aan de onderkant zitten omwindseltjes met drie tot vier bladeren.

De bloemen verschijnen van juni tot in de herfst. Wanneer de vruchtjes rijp worden buigen de steeltjes zich naar beneden terwijl de vruchtjes zelf rechtop staan. Ze zijn eivormig en geribbeld, zonder snavels. Alle delen van de plant zijn giftig. Er zijn vergiftigingen bekend in gevallen dat de bladeren waren aangezien voor die van gewone peterselie en de wortels voor jonge raapjes of radijzen. Hoewel dieren de planten weigeren te eten vanwege de onaangename geur, eten zij ze wèl wanneer de planten in hooi verwerkt zijn. Door het drogen zijn de giftige eigenschappen dan verdwenen. Hondspeterselie komt voor in de meeste delen van Europa en is in ons land algemeen langs wegen, op bouwland, in moestuinen en dergelijke.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Peen

 

PEEN (Daucus carota) is een tweejarige plant die 30 tot 90 cm hoog wordt. De slanke stengels staan rechtop en zijn vertakt; ze zijn hol, geribbeld, en borstelig behaard. De fijne verdeling van de afwisselend staande bladeren doet de plant eruit zien alsof hij gemaakt is van kant. De kleine witte bloempjes zitten in dichte, samengestelde schermen, die aan de voet een groot aantal schutblaadjes bezitten. Het middelste bloemetjes in het scherm is vaak rood of paars.

Na de bloei krommen de stelen van het scherm zich naar boven, waardoor als het ware een vogelnestje ontstaat. De vruchtjes zijn langwerpig, met en afgeplatte en een geribbelde, borstelige zijde. De bloeitijd loopt van juni tot in de herfst en het verspreidingsgebied omvat geheel Europa en een groot deel van Noord-Amerika. In ons land algemeen op grazige plaatsen, langs dijken en wegen. Dit is de stamvorm van de gekweekte peen.

 

 

 

 

 

 

 

Spurrie (Caryophyllaceae)

 

GEWONE SPURRIE (Spergula arvensis) lijkt wel wat op Kleefkruid. Hij heeft dezelfde manier van groeien en dezelfde kleverige stengels met de bladeren in kransen. Maar terwijl bij Kleefkruid de bladeren lancetvormig zijn, zijn die van Gewone spurrie lijnvormig. De rangschikking van de bloemen is ook anders, ze staan eindstandig in open groepjes; de vijf bloemblaadje zijn wit. De bloeiperiode loopt van april tot in de herfst. Deze eenjarige plant wordt 15 tot 30 cm hoog. Het verspreidingsgebied omvat geheel Europa. In ons land algemeen op zandgrond; wordt ook gekweekt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De Yucca : een makkelijke huisplant

Standaard

categorie : kamerplanten en bloemen

 

 

 

 

Yucca (palmlely); de makkelijke huisplant

 

 

yucca_filamentosa

 

 

De Yucca is een prachtige plant met een tropische look. Deze plant is zeer gewild vanwege het mooie, vaak robuuste uiterlijk en de simpele verzorging. Er bestaan verschillende soorten, met ieder hun eigen look. De meest bekende is de Yucca met de dikke stam en palm achtige bladeren die aan de top wijd uit staan.

 

 

 

 De verzorging

 

De Yucca is een huisplant die het liefst niet al te veel verzorging behoeft. Hierdoor is het een ideale plant voor mensen met weinig tijd of die wel eens vergeten om planten water te geven. De plant gedijt het beste in de huiskamer op een plek waar het niet te warm is, maar wel veel zonlicht komt.

De plant kan prima in een pot gehouden worden, met de juiste potgrond. Dit kan op verschillende manieren gerealiseerd worden. Er kan gekozen om als bodem hydrokorrels te gebruiken daarop wat potgrond en de kluit vast te zetten met potgrond. Ook kan er gekozen worden om de plant (voorlopig) met binnenpot en al in een mooie pot te zetten en deze later over te planten of de plant direct in potgrond te zetten.

Er wordt geadviseerd om de plant van april tot augustus normaal te bemesten en hem elk voorjaar te verpotten. Hierbij geldt dat dit beter te weinig, dan te veel kan gebeuren. De plant kun je het beste een keer in de twee weken water geven, zonder dat deze “natte voeten” krijgt.

Ook hierbij geldt beter te weinig, dan te veel. Het wordt wel geadviseerd om een keer in de drie maanden de bladeren nat te spuiten met een plantenspuit. Soms willen de bladeren nog wel eens bruin worden, deze kunnen gerust verwijderd worden zonder dat de plant hieronder lijdt.

De plant groeit niet veel in de lengte. Wel wordt het bladerdek groter en voller. Ook kunnen er uit de stam nieuwe scheuten ontstaan. Dit gebeurd meestal pas na een tijdje als de Yucca goed verzorgd wordt. Deze scheuten zijn ook uitermate geschikt om gestekt te worden.

 

 

yucca-filamentosa-9

 

 

Ziektes

 

De Yucca is een redelijk sterke plant, helaas is hij wel gevoelig voor dop-, schilt-, en wolluizen. Deze kun je voornamelijk vinden op de bladoksel en op de jonge bladeren. Dit kun je het beste behandelen met een zachte doek. Hiermee kun je de luizen wegvegen of platdrukken.

Daarna kun je met een kwast gedoopt in een sterke alcoholische drank of (blad)spiritus de aangedane plekken en de overige luizen insmeren. Deze behandeling kun je het beste nog meerdere malen herhalen, om er zeker van te zijn dat de luizen niet meer terug komen. Behandeling met insekticiden wordt afgeraden, omdat hiermee de hele plant wordt vergiftigd.

 

 

 

 

 

Verschillende soorten

 

Elke Yucca soort heeft een brede, grove houten stam waaruit lange, speervormige bladeren groeien. Deze plant kan 40 centimeter tot ongeveer 2 meter hoog worden. De breedte van de stam en van het bladeren dek kan variëren. Er zijn vier soorten die gebruikt worden als kamerplant.

Dat zijn de twee bonte rassen Quadricolor en Tricolor. Die zoals de naam al doet vermoeden uit vier en drie kleuren bestaan. Hiernaast zijn ook twee groene rassen; de Yucca Aloifolia en de Yucca Elephantipes. De Y. Aloifolia heeft lange, speervormige bladeren met een scherpe punt. De Y. Elephantipes heeft een breder en slapper blad.

 

 

quadricolor

 

 

tricolor

 

 

aloifolia

 

 

 

elephantines

 

 

rostrata

 

 

rigida

 

 

gloriosa

 

 

 

Stekken

 

Wanneer je van je oude Yucca een paar “nieuwe” wilt maken is stekken een mooie manier. Dit kan op verschillende manieren. De eerste is als je een yucca hebt met één palm top. Deze kun je netjes de stam doormidden zagen, op hoogte die je zelf mooi vindt. De wond hoeft niet perse geseald te worden.

De palmtop kan in vochtige aarde worden gezet en kan na verloop van tijd weer wortel schieten. Aan de stam komen er op een gegeven moment allemaal mooie scheuten aan de zijkant.
De tweede manier is om een aantal zij scheuten los te snijden en deze in vochtige grond te steken. Onthoud hierbij dat de oorsprong van de yucca een woestijngebied is en dus niet van natte voeten houdt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3d-gouden-pijl-5271528

 

 

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

JOHN ASTRIA

JOHN ASTRIA

 

De Ficus, een populaire kamerplant

Standaard

categorie : kamerplanten en bloemen

 

 

 

 

Ficussen zijn al jaren zeer populaire kamerplanten. Diverse soorten sieren onze woonkamers. Voornamelijk komt de Ficus van oorsprong uit Afrika, maar ook Zuid Amerika, Australie en Azië. De plantenfamilie is Moraceae oftewel Moerbeifamilie.

 

 

Ficus_benjamina2

 

 

 

Ficus onderhoud:

 

Water geven

 

 Vochtig houden Vochtig houden

 

 

De grond van een Ficus dient altijd licht vochtig te zijn, zonder dat de plant met zijn wortels in het water staat. Het is daarom verstandig om kleine hoeveelheden water per keer te geven. Geef pas opnieuw water op het moment dat de grond droger begint aan te voelen. Vooral bij een nieuwe kamerplant is het van belang om op het begin regelmatig de vochtigheid te controleren zodat het beter in is het schatten of de kamerplant de juiste hoeveelheid vocht krijgt.

Is de grond na 6 dagen nog steeds erg nat, dan krijgt de plant teveel water. Is de grond na 2 dagen al droog, geef dan iets meer water. De hoeveelheid water is afhankelijk van onder andere de temperatuur, grootte van de plant en lichtintensiteit. Er mag absoluut geen laagje water onderin de pot komen te staan, de grond moet al het vocht kunnen absorberen. Bij twijfel kan er beter minder water worden gegeven. Een Ficus verbruikt in de winter ongeveer de helft van de hoeveelheid water ten opzichte van de zomer.

 

 

amstel king

 

 

 

 

ficus alii

 

 

 

Sproeien

 

Sproei een Ficus regelmatig om stof te verwijderen en ter preventie van spint. Een zomerse regenbui werkt nog veel effectiever. Compenseer de droogte wanneer de kachel aangaat in de winter door 2x per week te sproeien.

 

.

 

Standplaats

.

 Zonnig

.

Zonnig

 

Ficussen hebben behoefte aan veel licht. Het liefst minimaal 5 uur direct zonlicht per dag. Dit kan door de plant 2-3 meter voor een raam op het zuiden te plaatsen of direct voor het raam op het noorden, westen of oosten. Wanneer deze kamerplant verder van het raam afstaat zal de groei stagneren en zal vallend blad minder snel vervangen worden.

Ficussen worden gekweekt onder gecontroleerd licht. Een overgang naar direct zonlicht kan daarom het blad verbranden. Plaats deze planten daarom geleidelijk dichterbij het raam zodat de plant kan wennen aan direct zonlicht.

 

 

ficus anastacia

 

 

 

ficus australis

 

 

 

Minimale temperatuur

.

Overdag: +/- 18 °C
‘S nachts: +/- 15 °C

.

.

.

Verpotten

 

Verpot een Ficus in de lente of direct na aanschaf. De lente heeft de voorkeur omdat eventueel beschadigde wortels dan sneller herstellen. Herhaal dit proces om de 2 jaar. Doe dit eerder als de pot te klein wordt. Een Ficus groeit meestal sneller na het verpotten. Stel het verpotten een jaar uit indien de kamerplant te groot wordt.

Plaats deze huiskamerplant in een pot die minimaal 20% breder is en gebruik normale potgrond. Gebruik geen hydrokorrels op de bodem. Het stilstaande water wat zich tussen de hydrokorrels verzameld kan minder gemakkelijk door de wortels worden bereikt en gaat rotten. Bij hoge plantenbakken is het om dezelfde reden verstandig om een inzethoes te gebruiken.

Het is belangrijk om in de periode na het verpotten een Ficus niet teveel water te geven. Daardoor gaan de wortels sneller opzoek naar water. Een groter wortelstelsel zorgt voor een gezondere palm. Een grotere pot stimuleert de groei, verhoogd de gezondheid van de plant en creëert een grotere waterbuffer omdat de grond meer vocht kan opnemen.

 

 

ficus benjamina

 

 

 

 

ficus cyasthipula

 

 

 

Voeding

 

Geef nooit voeding in de herfst of winter. Begin pas met voeden wanneer de voedingstoffen uit de potgrond zijn verbruikt. Dit is bij de meeste merken potgrond na ongeveer 6 tot 8 weken. Bekijk voor het bemesten op de verpakking voor een juiste dosering. Gebruik nooit meer dan aangegeven. Overvoeding zal de kamerplant niet ten goede doen.

 

 

ficus danielle

 

 

 

 

ficus elastica

 

 

 

Verkleurende bladeren

 

Een Ficus kan zijn blad laten vallen na verplaatsing of door tocht. Geef in dit geval dan geen extra water meer. Teveel water kan er ook toe leiden dat een Ficus blad verliest. Een paar vallende blaadjes per maand kan geen kwaad, zeker niet in de winter. Plaats de woonplant in de winter eventueel iets dichterbij het raam bij veel bladval. Het zelfde geld voor gele blaadjes. Een enkel geel blaadje is geen reden tot zorgen.

Vertoont de Ficus na een langere periode met dezelfde verzorging opeens geel blad, dan kan de voeding weleens uitgeput zijn. Bruine bladeren zijn vaak het gevolg van teveel of te weinig water. De reactie van de plant zal het zelfde zijn, omdat de wortels ‘dicht slaan’ bij teveel water. Hierdoor zal het blad verdrogen. Grijzen bladeren kunnen een teken van spint zijn.

 

 

 

ficus robusta

 

 

 

 

ficus de gantel

 

 

 

Snoeien

 

Snoei de Ficus elk najaar, of als de plant te groot wordt. Dit heeft als voordeel dat de kamerplant mooi compact blijft, zonder lelijke uitlopers. Daarnaast bereikt meer licht gedurende de winter de kern van de Ficus. Een gesnoeide stam zal in de lente meerdere uitlopers vormen.

Het vertakken levert een mooie volle kamerplant. Het snoeien gaat eenvoudig met een snoeischaar. De wond kun je het beste afdekken met sigaretten as, om het bloeden te laten stoppen. Let erop dat een gesnoeide Ficus minder water zal verbruiken, indien er veel blad is verwijderd.

 

 

ficus green gold

 

 

 

 

ficus lyrata bambino

 

 

 

Vermeerderen

 

Vermeerderen kan eenvoudig door stekken. Neem een kopstek in de lente. Spoel het sap van de wond en doop het stekje in stekpoeder. Vervolgens bij een minimale temperatuur van 22 graden laten wortelen in vochtige turf en zand.

 

 

Bloemen

 

De bloei van een Ficus is niet opvallend. Bloemen kunnen het beste worden verwijderd zodat de huiskamerplant meer energie aan het blad kan geven.

 

 

ficus lyrata

 

 

 

 

ficus lingua

 

 

 

Giftig?

 

Ficussen zijn giftig. Het melk witte sap dat vrijkomt na het snoeien is irriterend op een droge huid. Het eten van blaadjes door huisdieren en kinderen kan leiden tot bultjes op de huid.

 

 

.

Ziektes

 

Plakt de vloer onder een Ficus, dan zijn waarschijnlijk ook de bladeren van de Ficus kleverig. Verschillende soorten luis scheiden een kleverige substantie af. Hoe eerder het ongedierte wordt bestreden, hoe groter de kans dat de kamerplant het zal overleven.

Het is daarom belangrijk elke 3 maanden eens goed onder en tussen de blaadjes te zoeken naar beestjes die er niet horen. Plaats de Ficus in de zomer, bij minimale temperaturen van 18 graden, in de tuin om zo preventief op te treden tegen luist en spint. Pas echter op voor direct zonlicht.

 

 

ficus microcarpa

 

 

 

 

ficus ginseng

 

 

 

Ficus soorten

 

Het geslacht Ficus kent ruim 800 soorten;  Amstel King, Alii, Anastracia, Australis, Benjamina (Waringin), Cyathistipula, Danielle, Elastica (Rubberboom), Robusta, de Gantel, Green Gold, Golden King, Lyrata Bambino, Lyrata (Vioolbladplant, Tabaksplant), Lingua, Microcarpa Compacta, Ginseng, Nitida, Panda en Repens.

 

 

 

ficus nitida

 

 

 

ficus panda

 

 

 

ficus repens

 

 

 

 

voorpagina openbaring a4

 

 

 

pijl-omlaag-illustraties_430109

 

preview en aankoop boek “De Openbaring “: 

http://nl.blurb.com/books/5378870?ce=blurb_ew&utm_source=widget

 

 

 

JOHN ASTRIA

JOHN ASTRIA