Category, categorie: The Bible explained/De Bijbel uitgelegd: video
.
.
Ecclesiastes 6-8 • Wisdom and foolishness under the sun
.
Prediker 6-8 . Wijsheid en domheid on de zon
.
Paul LeBoutillier
.




In de hele Joodse Schrift lezen we dat “de vrees voor God het begin is van begrip,wijsheid en kennis.” De vrees, vertaald als het ontzag voor God, is zelfs een hoofdthema in het gehele Oude Testament:
“Het begin van alle kennis is ontzag voor de Heer; een dwaas veracht de wijsheid en weigert elk onderricht” (Spreuken 1:7).
“Het begin van wijsheid is ontzag voor de Heer, wie leeft naar Zijn wet, getuigt van goed inzicht” (Psalm 111:10).
“Wijsheid begint met ontzag voor de Heer, inzicht is vertrouwdheid met de Heilige” (Spreuken 9:10).
“Wat Hij heeft besloten, voert Hij uit, en Hij heeft nog veel meer plannen. Daarom maakt Zijn aanwezigheid mij zo beducht; wanneer ik Hem beschouw, dan sidder ik. God heeft mijn hart verzwakt, de Ontzagwekkende heeft mij verlamd” (Job 23:13-16).
“Hebben jullie geen ontzag voor Mij? – spreekt de Heer. Beven jullie niet voor mij?” (Jeremia 5:22).
“Onderwerp u, toon de Heer uw ontzag, breng Hem bevend uw hulde” (Psalm 2:11).
“Het ontzag voor de Heer is zuiver, houdt stand, voor altijd” (Psalm 19:10).
“Laat heel de aarde vrezen voor de Heer, en wie de wereld bewonen Hem duchten” (Psalm 33:8).
“Kom, kinderen, luister naar mij, ik leer je ontzag voor de Heer” (Psalm 34:12).
“Wijs mij Uw weg, Heer, laat mij wandelen op het pad van Uw waarheid, vervul mijn hart met ontzag voor Uw naam” (Psalm 86:11).
“Alles wat je hebt gehoord komt hierop neer: heb ontzag voor God en leef Zijn geboden na. Dat geldt voor ieder mens” (Prediker 12:13).
In deze teksten over Godvrezendheid is het woord ontzag afgeleid van Hebreeuwse woorden zoals yirah, yare en pachad , dat eigenlijk angst, schrik of er- tegenop zien betekent. Hoewel veel christelijke leraren de vrees voor God wat milder zullen overbrengen en in plaats daarvan woorden als respect, eerbied of eer zullen gebruiken, is de Hebreeuwse taal er vrij duidelijk over.
Het goede nieuws is dat de vrees voor God pas het begin is van begrip. Het grote nieuws is dat de Liefde van God, door Jezus Christus weerspiegeld in het Nieuwe Testament, de macht heeft om deze angst te verwerpen en ons te bevrijden!
“De liefde laat geen ruimte voor angst; volmaakte liefde sluit angst uit, want angst veronderstelt straf. In iemand die angst kent, is de liefde geen werkelijkheid geworden” (1 Johannes 4:18).
“Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en Zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden. Geliefde broeders en zusters, als God ons zo heeft liefgehad, moeten ook wij elkaar liefhebben. Niemand heeft God ooit gezien. Maar als we elkaar liefhebben, blijft God in ons en is Zijn liefde in ons ten volle werkelijkheid geworden” (1 Johannes 4:7-12).
“Maar God bewees ons Zijn liefde doordat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren” (Romeinen 5:8).
“Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals Ik jullie heb liefgehad. Er is geen grotere liefde dan je leven te geven voor je vrienden” ( Johannes 15:12-13).
Hoe kunnen wij dat zo grote nieuws over Jezus Christus begrijpen als we niet eerst de vrees voor God bevatten? Kunnen wij zonder totaal ontzag voor een volmaakte Schepper werkelijk naar waarde beseffen wat Jezus Christus, de Zoon van God, voor ons deed op het kruis van Golgotha?
Pas als we het hele verhaal begrijpen en accepteren, kunnen we ons leven leiden met een bijzondere waardering voor twee waarheden die naast elkaar bestaan: de “vrees voor God” en de “Liefde van God.”
“.. wie de Heer vreest, zeggen: ‘Eeuwig duurt Zijn trouw’” (Psalm 118:4).
“Vreugde vindt de Heer in wie Hem eren en in wie hopen op Zijn liefde en trouw” (Psalm 147:11).
“Luid riep hij: ‘Heb ontzag voor God en geef Hem eer, want nu is de tijd gekomen dat Hij Zijn oordeel zal vellen. Aanbid Hem die hemel en aarde, zee en waterbronnen geschapen heeft’” (Openbaring 14:7).










Jezus kwam om de God van de Bijbel te openbaren, terwijl God Zichzelf in Zijn boek heeft geopenbaard. Elke afwijking daarvan in ons begrip van Hem is een verzonnen god. De Bijbel zegt dat we God moeten prijzen voor wie Hij is, vooral in gebed. Een groot gedeelte van de Psalmen legt zich hierop toe. De meeste mensen concentreren zich in hun lofprijzing te veel op een beperkt aantal aspecten, zoals Gods liefde, en gebruiken de rest van hun gebeden om dingen van Hem te vragen.
Wijsheid
“Wijsheid is het vermogen om perfecte doelen te stellen en om deze doelen op de meest perfecte manier te bereiken”. God maakt geen fouten. Hij is de Vader die het echt het beste weet, zoals Paulus in Romeinen 11:33 uitlegt: “O onpeilbare rijkdom van Gods wijsheid en kennis! Hoe ondoorgrondelijk zijn zijn beslissingen, hoe onnaspeurlijk zijn wegen!”
Oneindigheid
God kent geen grenzen. Hij is onmetelijk. Deze eigenschap heeft per definitie gevolgen voor alle andere eigenschappen van God. Omdat God oneindig is, moeten ook al Zijn andere eigenschappen oneindig zijn.
Oppermacht
Dit is “de eigenschap waarmee Hij over Zijn hele schepping heerst”. Het is de toepassing van Zijn andere eigenschappen van alwetendheid en almachtigheid. Deze eigenschap geeft Hem de absolute vrijheid om datgene te doen, waarvan Hij weet dat dit het beste is. God heeft de controle over alles wat er gebeurt. Maar de mens heeft nog steeds een vrije wil en is nog steeds verantwoordelijk voor de keuzes in zijn leven.
Heiligheid
Dit is de eigenschap die God onderscheidt van alle andere, geschapen wezens. Deze heeft betrekking op Zijn verhevenheid en Zijn perfecte morele reinheid. Er bestaat absoluut geen enkele zonde of boosaardige gedachte in God. Zijn heiligheid is de definitie van wat rein en rechtvaardig is, in het hele universum. Steeds als God zich ergens vertoont, zoals aan Mozes in de brandende doornstruik, dan wordt die plaats heilig omdat God er is geweest.
Drie-eenheid
Ook al wordt dit woord niet in de Bijbel gebruikt, toch is de waarheid in de Bijbel opgenomen dat God Zichzelf in drie Personen openbaart. De Vader, de Zoon en de Heilige Geest worden alle drie God genoemd, worden als God aanbeden, bestaan eeuwig en zijn betrokken bij zaken die alleen God kan doen. Maar, ook al openbaart God Zichzelf in drie Personen, toch is God Eén en kan Hij niet worden gesplitst. De drie Personen zijn er allen volledig bij betrokken wanneer Eén van de Drie actief is.
Alwetendheid
“God weet alles en heeft daarom geen behoefte aan nieuwe kennis. God heeft nooit iets geleerd en kan niet leren.” Alwetendheid betekent “alles wetend”. God weet alles en Zijn kennis is daarom oneindig. Het is onmogelijk om iets voor God verborgen te houden.
Trouw
Alles wat God heeft beloofd zal plaatsvinden. Zijn trouw garandeert dit. Hij liegt niet. Wat Hij in de Bijbel over Zichzelf heeft gezegd is waar. Jezus zei zelfs dat Hij de Waarheid is. Dit is extreem belangrijk voor volgelingen van Jezus, omdat onze hoop op eeuwig leven juist op Zijn trouw berust. Hij zal Zijn belofte dat onze zonden zullen worden vergeven en dat wij eeuwig met Hem zullen leven in ere houden.
.
Liefde
Liefde is een zo belangrijk onderdeel van Gods karakter dat de apostel Johannes schreef: “God is liefde”. Dit betekent dat het welzijn van anderen Zijn grootste zorg is. Als je een volledige definitie van “liefde” wil ontdekken, lees dan 1 Korintiërs 13. Als wij liefde in actie willen zien, dan kunnen we het leven van Jezus bestuderen. Zijn offergave aan het kruis voor de zonden van anderen is de hoogst mogelijke liefdesdaad. Gods liefde is geen liefde die uit emoties bestaat, maar een liefde die uit daden bestaat. Zijn liefde wordt vrijelijk aan Zijn geliefden gegeven die er voor kiezen om Zijn zoon Jezus te volgen.
Pasteltekening van John Astria
Almachtig
Dit woord betekent letterlijk al-machtig. Omdat God oneindig is en omdat Hij macht heeft, heeft Hij oneindige macht. Hij staat weliswaar toe dat Zijn schepselen een zekere macht bezitten, maar dit doet op geen enkele manier af aan Zijn eigen macht. “Hij verbruikt geen hoeveelheid energie die weer aangevuld zou moeten worden”. Wanneer de Bijbel ons vertelt dat God op de zevende dag rustte, dan is dit om ons een voorbeeld te geven van de rust die wij nodig hebben, niet omdat Hij Zelf moe was.
Onveroorzaakt
Toen Mozes vroeg wie in de brandende doornstruik met hem in gesprek was, zei God: “IK BEN DEGENE DIE ER ALTIJD IS.” God heeft geen begin en geen einde. Hij bestaat gewoon. Niets anders in het hele universum is onveroorzaakt. Als er iets zou bestaan dat God had geschapen, dan zou dat andere iets Goddelijks zijn. Voor onze menselijke geesten is dit moeilijk te bevatten, omdat alle andere dingen in onze ervaringswereld uit iets anders dan zichzelf afkomstig zijn. De Bijbel zegt: “In het begin schiep God”. Hij was er al.
Zelfvoorzienend
De Bijbel zegt dat God in Zichzelf leven heeft (zie Johannes 5:26). Al het andere leven in het universum is een geschenk van God. Hij heeft nergens behoefte aan en er is geen enkele manier waarop Hij zou kunnen verbeteren. Voor God is niets anders noodzakelijk. Hij heeft onze hulp nergens voor nodig, maar vanwege Zijn barmhartigheid en Zijn liefde laat Hij ons deel uitmaken van de ontvouwing van Zijn plan op aarde en staat Hij ons toe om een zegen voor anderen te zijn. Wij zijn degenen die veranderen, God verandert nooit. Hij is zelfvoorzienend.
Rechtvaardig
De Bijbel zegt dat God rechtvaardig is, maar Zijn karakter is juist wat ons vertelt wat rechtvaardigheid werkelijk inhoudt. Rechtvaardigheid verschaft iedereen een morele gelijkheid. Wanneer slechte dingen worden gedaan, dan eist de gerechtigheid dat er een straf wordt uitgedeeld. Omdat God perfect is en nooit enig kwaad heeft begaan, zou er voor Hem nooit een straf nodig zijn. Vanwege Zijn grote liefde heeft God de straf voor onze kwaadaardige daden op Zich genomen door Zelf naar het kruis te gaan. Er moet aan Zijn rechtvaardigheid voldaan worden, voor alle mensen die in Jezus willen geloven heeft Hij hier Zelf voor gezorgd.
Onveranderlijk
Dit betekent eenvoudigweg dat God nooit verandert. Daarom zegt de Bijbel: “Jezus Christus is dezelfde, gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid.”
Barmhartig
“Barmhartigheid is de eigenschap van God die Hem actief genadig maakt”. Omdat door Jezus aan Gods gerechtigheid werd tegemoetgekomen, staat het Hem vrij om genadig te zijn voor alle mensen die ervoor kiezen Hem te volgen. Deze genade zal nooit ophouden omdat het een onderdeel van Gods aard is. Barmhartigheid is de manier waarop Hij verlangt met de mensheid om te gaan. Hij zal dit daarom ook doen, tenzij een mens er zelf voor kiest om God te verachten of te negeren. Als dat het geval is, dan wordt Zijn gerechtigheid Zijn meest prominente eigenschap.
Eeuwig
Dit feit over God is in enkele opzichten eender aan Zijn zelfvoorzienigheid. God is er altijd al geweest en zal er ook altijd zijn, omdat Hij Zich in de eeuwigheid bevindt. De tijd is Zijn schepping. Daarom kan God het einde al vanaf het begin zien en daarom wordt Hij nooit door iets verrast. Als God niet eeuwig zou zijn, dan zou Zijn belofte van eeuwig leven voor de volgelingen van Jezus van weinig waarde zijn.
Pasteltekening van John Astria
Goed
“De goedheid van God is wat Hem vriendelijk, schappelijk, welwillend en vol goedheid ten opzichte van de mens maakt”. Deze eigenschap van God verklaart waarom Hij Zijn volgelingen zegent. Gods daden definiëren wat goedheid is en we kunnen dit zonder moeite waarnemen in de manier waarop Jezus met de mensen om Hem heen omging.
Genadig
God geeft graag grote geschenken aan de mensen die van Hem houden, zelfs als zij dat niet verdienen. Genadigheid is het woord waarmee we deze houding beschrijving. Jezus Christus is het kanaal waardoor Zijn genadigheid zich beweegt. De Bijbel zegt: “Want is de wet gegeven door Mozes, de genade en de waarheid zijn gebracht door Jezus Christus.”
Alomtegenwoordig
Deze term betekent: “altijd aanwezig”. Omdat God oneindig is kent Zijn wezen geen grenzen. Het is dus duidelijk dat Hij overal aanwezig is. Deze waarheid wordt ons door de Bijbel met de woorden “Ik ben met jullie” onderwezen, die in zowel het Oude als het Nieuwe Testament 22 keer worden herhaald. Dit waren zelfs Jezus’ geruststellende woorden juist nadat Hij Zijn discipelen de opdracht had gegeven om Zijn boodschap over de hele wereld te verspreiden. Dit is ongetwijfeld een geruststellende waarheid voor alle mensen die Jezus volgen.
Dit is de beschrijving van de God van de Bijbel. Alle andere ideeën over God zijn, volgens de Bijbel, afgoden. Zij komen voort uit het voorstellingsvermogen van de mens. Door over de eigenschappen van God te leren, kun je God prijzen voor wie Hij werkelijk is en voor de manier waarop al Zijn eigenschappen jouw leven op een positieve manier beïnvloeden.
.
.
Pred. 1:12-18 >DE LEDIGHEID VAN MENSELIJKE WIJSHEID.
.
Ik, Prediker, was koning van Israël en regeerde vanuit Jeruzalem. Ik nam mij voor de zin van alles wat onder de hemel gebeurde, te willen begrijpen. Ik ontdekte dat het bestaan dat God de mens heeft toegedacht, geen vrolijke zaak is. Alle arbeid is een opeenvolging van zinloosheid, het bouwen van luchtkastelen.
Wat verkeerd is, kan niet worden goedgepraat en wat niet bestaat, kan niet worden onderzocht; het heeft geen enkel nut na te denken over wat had kunnen gebeuren.
Ik zei tegen mijzelf: “Kijk, ik heb meer nagevorst dan welke andere koning ook, die voor mij in Jeruzalem regeerde. Ik ben wijzer en heb meer inzicht.” Daarom deed ik mijn uiterste best wijs te zijn in plaats van dwaas, maar nu realiseer ik mij dat zelfs dát een luchtkasteel was.
Want hoe wijzer ik werd, des te verdrietiger werd ik; hoe meer iemand weet, hoe meer hij teleurgesteld wordt.
Pred. 2:1-3 >DE LEDIGHEID VAN GENOT.
Ik zei tegen mijzelf: “Vooruit, schep vreugde in het leven en vermaak je zo goed mogelijk.” Maar ik merkte dat ook dat niets te betekenen had. Want het is dwaas om de hele tijd te lachen. Plezier maken heeft immers geen enkel nut. Daarom besloot ik (na lang nadenken) voldoening te zoeken in het drinken van veel wijn. Ondertussen bleef ik mijn doel (het zoeken naar wijsheid) scherp voor ogen houden. Ik probeerde het met die dwaasheid om er zo achter te komen wat voor de meeste mensen het enige geluk in hun leven betekent.
Pred. 2:4-11 >DE LEDIGHEID VAN PRESTATIES.
Daarna trachtte ik bevrediging te vinden in het uitvoeren van grootse dingen, zoals het bouwen van huizen en aanleggen van wijngaarden, tuinen, parken en boomgaarden voor mijzelf en de waterreservoirs, die nodig waren om alle aangeplante gewassen van water te voorzien. Daarna kocht ik slaven en slavinnen en andere slaven werden in mijn huishouding geboren.
Ik fokte grote kuddes vee, meer dan een koning vóór mij ooit had bezeten. Ik verzamelde zilver en goud door belastingen te heffen van vele koningen en gebieden. Ik liet zangers en zangeressen optreden en genoot van alles wat mooi en goed was. Ik werd machtiger en rijker dan enige andere koning vóór mij in Jeruzalem, maar bij dat alles hield ik mijn ogen open, zodat ik overal goed over kon nadenken.
Ik nam alles wat ik wilde en ontzegde mijzelf geen enkel plezier. Ik merkte zelfs dat hard werken mij goed deed.
Het plezier dat ik daarin had, was dan ook de enige beloning die ik voor al mijn inspanningen kreeg. Toen ik terugkeek op alles wat ik had geprobeerd, leek het mij echter allemaal nutteloos. Het was weer een najagen van dromen en nergens was iets werkelijk waardevols te vinden.
Pred. 2:17-26> DE LEDIGHEID VAN ARBEID.
Daarom heb ik een hekel gekregen aan het leven. Al het werk op aarde stond mij tegen. Alles schijnt nutteloos, dwaas en het najagen van dromen te zijn. Ik kreeg een gevoel van afkeer toen ik bedacht dat ik alle vruchten van mijn harde werken aan anderen moest nalaten. Want wie kan mij vertellen of mijn zoon een wijs man of een dwaas zal zijn?
En toch zal alles aan hem worden gegeven; het lijkt zinloos. Daarom liet ik mijn harde werken (als mogelijke oplossing voor mijn behoefte aan bevrediging) in de steek. Want ook al zou ik mijn hele leven besteden aan het zoeken naar wijsheid, kennis en vaardigheden, ik moet het toch allemaal nalaten aan iemand die nog nooit een vinger heeft uitgestoken; hij ontvangt alle vruchten van mijn inspanningen, zonder er ook maar iets voor te hoeven doen.
Dat is niet alleen dwaas, maar ook nogal onrechtvaardig. Wat krijgt een mens dus als beloning voor al zijn werk? Dagen, gevuld met zorgen en verdriet en rusteloze, doorwaakte nachten. Een ontmoedigend idee.
Daarom besloot ik dat een mens niets beters kan doen dan genieten van eten en drinken, bij al het werk dat hij doet. Toen realiseerde ik mij dat ook dat genoegen afkomstig is uit de hand van God. Wie kan zonder Hem eten of vrolijk zijn?
Want God geeft een mens die Hem bevalt wijsheid, kennis en vreugde; maar van iemand die Hem niet bevalt, neemt God zijn rijkdom af en geeft het aan hen, die Hij graag mag. En ook dit is weer een voorbeeld van de zinloosheid van luchtkastelen bouwen.
Pred. 4:1-3> DE LEDIGHEID VAN MENSELIJKE TOESTAND.
Daarna keek ik naar alle verdrukking en verdriet op aarde; de tranen van de onderdrukten, die niemand hebben om hen te helpen, terwijl hun onderdrukkers machtige bondgenoten hebben. Ik kwam tot de slotsom dat de doden beter af zijn dan de levenden. En het beste af zijn zij, die nooit werden geboren en al het kwaad en onrecht op aarde niet zullen zien.
Pred. 4:4-6> De LEDIGHEID VAN SUCCES.
Vervolgens ontdekte ik dat succes meestal voortkomt uit afgunst en jaloezie. Maar ook dat is dwaasheid. De dwaas weigert te werken en verhongert daardoor bijna. Beter nu en dan een weinig rust, dan steeds maar hard werken en zinloos gejaag.
Pred. 4:7-12>DE LEDIGHEID VAN GEïSOLEERDE LEVENS.
Ik constateerde nog een zinloze zaak op aarde. Daarbij gaat het om de mens die helemaal alleen is, zonder zoon of broer, maar die toch keihard werkt om meer rijkdom te krijgen. Maar aan wie moet hij dat alles nalaten? En waarom ontzegt hij zich nu zoveel? Het is allemaal nutteloos en ontmoedigend. Twee mensen kunnen door samenwerking meer bereiken dan één. Als er één valt, helpt de ander hem overeind.
Maar als er één valt en hij is alleen, zit hij in moeilijkheden. In een koude nacht kunnen twee mensen onder één deken elkaar verwarmen, maar hoe zou iemand in zijn eentje warm moeten worden? Iemand die alleen staat, kan worden aangevallen en verslagen, maar twee mensen kunnen elkaar te hulp komen en zo de overwinning behalen; drie is zelfs nog beter, want een drievoudig koord is niet gemakkelijk te breken.
Pred. 4:13-16>DE LEDIGHEID VAN POLITIEK.
Het is beter een arme, maar wijze jongere te zijn dan een oude en dwaze koning, die alle goede raad van de hand wijst. Want zo’n jongere zou uit de gevangenis kunnen komen om koning te worden, ook al werd hij arm geboren. Iedereen wil zo’n jongere graag helpen, al is het maar om een greep naar de macht te doen. Hij kan de leider van miljoenen mensen worden en een goede heerser voor zijn onderdanen zijn. Maar dan groeit rond hem een nieuwe generatie op, die hem weer aan de kant wil zetten. Dus ook streven naar macht in de politiek leidt naar dwaasheid en zinloosheid.
Pred. 4:17-5:6>DE LEDIGHEID VAN VALSE AANBIDDING.
Neem uzelf in acht als u naar de tempel, Gods huis, gaat. Het is beter om rustig te luisteren dan ondoordacht te offeren, zoals een dwaas wel doet, die zich niet bewust is dat dat verkeerd is. Denk eerst na voor u iets zegt
en doe God geen overhaaste beloften. Want Hij is in de hemel en wij slechts hier op aarde. Zeg daarom alleen het hoognodige. Net zoals teveel drukte u nachtmerries bezorgt, zo gaat u door teveel gepraat verkeerde dingen zeggen.
Als u met God spreekt en Hem zweert dat u iets voor Hem zult doen, stel dat dan niet uit; want God heeft een hekel aan ondoordachte beloften. Kom uw belofte aan Hem na. Het is veel beter niet te zeggen dat u iets zult doen, dan het wel te zeggen en het daarna toch niet te doen. In dat geval zondigt u met uw mond.
Probeer u niet te verdedigen door de boodschapper van God te vertellen dat het allemaal een misverstand was. Dat zou God boos maken. Hij zou dan wel eens een eind kunnen maken aan uw voorspoed in het leven. Dromen in plaats van doen, is dwaas en een veelheid van woorden levert niets op. Heb liever ontzag voor God.
Pred. 5:7-19>DE LEDIGHEID VAN RIJKDOM.
Als u ziet dat een arme door rijken wordt onderdrukt en dat overal in het land het recht geweld wordt aangedaan, wees dan niet verbaasd. Want iedere beambte houdt rekening met zijn chef en de hogere beambten luisteren ook weer naar hun superieuren. En boven al die mensen staat de koning. En als die koning nu maar toegewijd is aan zijn land! Iemand die van geld houdt, heeft nooit genoeg. Wat een dwaasheid om te denken dat geld gelukkig maakt.
Hoe meer u hebt, des te meer moet u uitgeven aan personeel en anderen, net zoveel als uw inkomen toelaat.
Dus wat is het voordeel van rijkdom, behalve dan toekijken hoe het geld u door de vingers glipt? Een man die hard werkt, slaapt goed, of hij nu veel of weinig eet; maar de rijken maken zich zorgen en lijden aan slapeloosheid.
Er is nog een groot kwaad, dat ik gezien heb en dat veel leed met zich meebrengt; als een rijke verandert in een vrek. Als die rijkdom door een ongeluk verloren gaat, is er niets om aan de zoon na te laten. Zo iemand sterft net zo arm als hij op de wereld gekomen is. Hij heeft alles voor niets gedaan en laat niets na. Die gebeurtenis overschaduwt de rest van zijn leven en hij blijft ontmoedigd en ontgoocheld achter. Zelfs zijn eten smaakt hem niet meer.
Maar er is tenminste nog één goed ding voor een mens. Hij mag genieten van lekker eten en drinken en andere prettige dingen bij al het harde werken, dat hij doet in de korte tijd die God hem laat leven. En natuurlijk is het ook goed als een mens rijkdom heeft gekregen van God en bovendien de gezondheid bezit om ervan te kunnen genieten. Houden van je werk en je plaats in het leven te aanvaarden, dat is werkelijk een geschenk van God. Iemand die dat doet, denkt er niet vaak aan dat hij maar kort leeft, want God geeft hem vreugde.
Pred. 6:1-9>DE LEDIGHEID VAN MATERIALISME.
Er is nog een groot kwaad dat ik op vele plaatsen heb gezien. God heeft sommige mensen grote rijkdom en veel aanzien gegeven, zodat zij alles kunnen krijgen wat zij wensen, maar zij kunnen er niet (in goede gezondheid) van genieten en alles komt bij andere mensen terecht. Dat is zinloos en betekent een bitter lijden.
Als een man honderd kinderen heeft en heel oud wordt, maar bij zijn dood zo weinig nalaat dat zijn kinderen hem niet eens een fatsoenlijke begrafenis kunnen bezorgen, dan vind ik dat hij beter af was geweest als hij dood was geboren.
Want al was zijn geboorte dan zinloos geweest en was hij naamloos in duisternis geëindigd, zonder ooit de zon te hebben gezien of van haar bestaan te hebben geweten, dan was dat toch beter dan een heel oude, maar ongelukkige man te zijn. Al leeft een man 2000 jaar, maar zonder van het goede in dit leven te genieten, wat heeft hij daar dan aan?
Zowel wijzen als dwazen besteden hun leven aan het bijeenschrapen van voedsel, zonder dat zij ooit genoeg schijnen te krijgen. Beiden hebben dezelfde moeite, maar de arme man die wijs is, heeft een veel beter leven.
Eén vogel in de hand is beter dan tien in de lucht; dromen over heerlijke dingen is dwaas en heeft geen enkel nut.
Pred. 7:13,14>DE LEDIGHEID VAN WELVAART.
Kijk eens hoe God te werk gaat en hoe de gebeurtenissen dan precies in elkaar grijpen. Probeer daarom Zijn werk niet te veranderen. Geniet van de voorspoed zoveel u kunt en als er moeilijker tijden aanbreken, bedenk dan dat God zowel het een als het ander geeft. Wij weten niet hoe de toekomst zal zijn.
Pred. 8:2-6>DE LEDIGHEID VAN TROTS.
Gehoorzaam de koning zoals u hebt gezworen te doen. Probeer niet onder uw plichten uit te komen en verzet u niet tegen hem. Want de koning straft degenen die ongehoorzaam zijn. Achter het bevel van de koning staat een grote macht, waaraan niemand kan twijfelen en waartegen niemand is opgewassen.
Zij die hem gehoorzamen, zullen niet worden gestraft. De wijze man zal een tijd en een manier kunnen vinden om te doen wat hij zegt. Ja, voor alles is een tijd en een manier, ook al drukken de problemen van een mens zwaar op hem.
Pred. 8:7-13>DE LEDIGHEID VAN BOOSAARDIGHEID.
Want hoe kan hij dát voorkomen, waarvan hij niet weet of het in aantocht is? Niemand kan zijn geest ervan weerhouden hem te verlaten; geen enkel mens heeft de mogelijkheid zijn sterfdag te verzetten, want aan die duistere strijd ontkomt niemand. Het zal duidelijk zijn dat de goddeloosheid van een mens hem bij die gelegenheid niet te hulp komt.
Ik heb diep nagedacht over alles wat plaatsvindt op deze aarde, waar de mensen de mogelijkheid hebben elkaar pijn te doen. Ik heb gezien hoe goddeloze mensen eervol werden begraven en zij, die keurig leefden, de heilige stad Jeruzalem moesten verlaten en in de stad vergeten werden. Een onmogelijke zaak!
Omdat God zondaars niet onmiddellijk straft, denken vele mensen dat zij rustig kwaad kunnen doen. Maar ook al blijft een mens, na honderd keer te hebben gezondigd, gewoon leven, toch weet ik heel goed dat zij die God vrezen beter af zijn; in tegenstelling tot de goddelozen, die geen lang en gelukkig leven zullen leiden; hun levensdagen zullen als schaduwen voorbijschieten, omdat zij geen ontzag voor God hebben.
Pred. 8:14,15>DE LEDIGHEID VAN ONRECHTVAARDIGHEID.
Er gebeurt iets vreemds hier op aarde; het schijnt dat sommige goede mensen behandeld worden alsof zij goddeloos zijn en sommige goddeloze mensen alsof zij goed zijn. Een verwarrende zaak, die mij niet juist lijkt. Ik besloot toen mijn tijd op een plezierige manier te gaan besteden, want ik voelde dat op aarde niets beter was dan dat een man genoot van eten en drinken. Dat hij gelukkig was, met daarbij de hoop dat zijn geluk bij hem bleef in al het harde werk, dat God de mens overal geeft.
Pred. 9:13-18>DE LEDIGHEID VAN KRACHT.
Bij het observeren van het menselijke doen en laten, maakte ook het volgende een diepe indruk op mij: Een klein stadje met slechts enkele inwoners werd belegerd door een koning met zijn leger. In dat stadje woonde een wijze, arme man, die wist wat er moest gebeuren om de stad te redden en op die manier kon de stad de dans ontspringen. Maar niemand dacht eraan hem om raad te vragen.
Toen besefte ik dat (ook al is wijsheid beter dan kracht) de wijze man als hij arm is, veracht wordt en de mensen zijn woorden niet op prijs zullen stellen. Maar toch zijn de rustige woorden van een wijze man beter dan de kreten van een koning van dwazen. Wijsheid is beter dan oorlogstuig, maar één dwaas bederft veel goeds.
Toen God Job tot het besef van Zijn almacht en wijsheid wilde brengen, koos Hij als voorbeeld de struisvogel (Job 39: 16-21). Dat lijkt vreemd omdat het juist deze vogel aan wijsheid ontbreekt. De struisvogel is de grootste, en waarschijnlijk ook sterkste van alle vogels, maar hij kan niet vliegen.
Job 39: 16-21
16 Heb jij de pauwen hun prachtige veren gegeven?
Of vleugels aan de ooievaars en struisvogels?
17 Een struisvogel legt haar eieren gewoon in de grond
en laat het aan het warme zand over om ze uit te broeden.
18 Ze vergeet dat iemand ze zou kunnen vertrappen
en dat de wilde dieren ze zouden kunnen opeten.
19 Ze behandelt haar jongen hard, alsof ze niet van haar zijn.
Het maakt haar niet uit als ze voor niets eieren heeft gelegd.
20 Want Ik heb haar geen wijsheid gegeven.
Ik heb haar nu eenmaal niet verstandig gemaakt.
21 Wanneer ze van de grond opstaat,
rent ze sneller dan paarden en ruiters en lacht hen uit.
Daaruit mogen wij niet concluderen dat hij een ontwikkeling tussen reptiel en vogel is. Hij is een vogel met grote slagpennen, die hij gebruikt bij het wegrennen. Met een topsnelheid van ca. 100 km per uur is hij sneller dan een antilope. Je zou denken dat hij niet te vangen is, zeker als je ook denkt aan zijn scherpe gezichtsvermogen en voorzichtigheid.
Maar als tegenbewijs vinden wij hem in bijna elke dierentuin. Hoe komt dat? Een voorbeeld van zijn gebrek aan wijsheid: in plaats van rechtuit te rennen loopt hij in een grote cirkel. De struisvogel is een bewoner van woeste plaatsen, en kan, evenals een kameel, lange tijd zonder water.
Hij is alleseter en lust zowel dierlijk- als plantaardig voedsel. Daarom werd hij voor de Israëlieten onrein verklaard (Deuteronomium 14: 15). Zodra het vrouwtje haar eieren in een nestholte op de grond heeft gelegd, zorgt zij er niet meer voor. Het mannetje moet dan de verantwoordelijkheid overnemen.
Deuteronomium 14: 15
11 Alle reine vogels mogen jullie eten. 12 Maar de volgende vogels mogen jullie niet eten: arenden, haviken, zeearenden, 13 wouwen, alle soorten gieren 14 en alle soorten kraaien. 15 Ook geen struisvogels, koekoeken en alle soorten sperwers.
’s Nachts zit hij op de eieren, om ze warm te houden en tegen jakhalzen te beschermen, maar overdag laat hij de eieren vaak onder een laag zand liggen, om door de zon verwarmd te worden. Vroeger waren struisvogels een algemeen verschijnsel van Noord-Afrika tot in Mesopotamië. Dit blijkt uit het boek Job maar ook uit die van Jes-aja en Jeremia. Deze profeten beschrijven het verwoeste Babel o.a. als een woonplaats voor struisvogels (Jesaja 13: 21-22; Jeremia 50: 39-40), om een treffend beeld van haar verlatenheid te geven.
Jesaja 13: 21-22
21 Er zullen alleen jakhalzen wonen. In de huizen zullen uilen wonen. Er zullen struisvogels lopen en duivelse geesten rondspringen. 22 In de burchten en prachtig versierde paleizen zullen allerlei wilde dieren wonen. Bin-nenkort gaat dit gebeuren. De dagen van Babel zijn geteld.”
Jeremia 50: 39-40
39 Daarom zullen er voortaan woestijndieren, jakhalzen en struisvogels in dat land leven. Er zal geen mens meer wonen. Voor eeuwig zal het onbewoond blijven. 40 Het zal net zo onbewoond blijven als Sodom en Gomorra met de steden daar omheen die Ik vernietigd heb, zegt de Heer.
Hierop doelt waarschijnlijk ook de engel in Openbaring, wanneer hij de val van het geestelijke Babel uitroept en het “een schuilplaats van alle onrein en verfoeid gevogelte” noemt (Openbaring 18:2). Maar een mens kan zich ook zo verlaten voelen, zoals Job ervoer in zijn ellende. “Een broeder van jakhalzen ben ik geworden, en een met-gezel van struisvogels” (Job 30: 29).
Een struisvogel loopt heen en weer met een trotse blik en statige houding, alsof hij wil zeggen dat hij de koning van de vogels is. Het lijkt een goed beeld van de mens “die met al zijn praal geen inzicht heeft” en daarom “gelijk is aan de beesten, die vergaan” (Psalm 49: 21).
Wij moeten daarom zorgen dat wij hemelse wijsheid verkrijgen om het rechte spoor te gaan. “Want de Here geeft wijsheid, uit zijn mond komen kennis en verstandigheid; Hij bewaart hulp voor de oprechten, Hij is een schild voor wie onberispelijk wandelen, terwijl Hij waakt over de paden van het recht, en de weg zijner gunstgenoten be-schermt.” (Spreuken 2: 6-8).